Ronde 5 verslag

Tjonge. Alweer een nieuw gezicht! De revival van de schakerij, de revival van een kleine doch gezellige schaakvereniging in Middenbeemster. Als het zo doorgaat, puilen we eruit , uit Onder de Linden.

Misschien buiten een overdekt terrasje bouwen.

En die nieuwe mijnheer, Wouter van Waardt , heeft het duidelijk al vaker gedaan,i op clubniveau. Voor mij belangrijk, zijn notatieformulier wordt foutloos ingevuld.  En Nico de Koning heeft weinig tegen hem in te brengen.

2S7A0145WEB

Hoewel Wouter beter had kunnen reageren op een zwakke   openingszet 2 (!)  van Nico  krijgt hij toch al gauw het heft in handen. Hij ontwikkelt zijn stukken beter dan Nico. (Die ook nog met g6 zonder een loper op g7 een tochtgat in zijn koningsstelling laat vallen dat hem later fataal gaat worden.) Rond zet 10 heeft hij al een flink voordeel. Door een blunder van zwart wint hij een kwaliteit.

Wouter – Nico (10…Le8)

  11. Lh6!!

Dat voordeel geeft hij voorlopig niet uit handen, en breidt het zelfs uit.  Rond zet 25 staat hij totaal gewonnen! Hij staat dan een toren voor. Hij maakt geen fouten en het slot wordt een gezellige (voor hem en de toeschouwer, voor Nico iets minder) matcombinatie.

Wouter – Nico (32 …. f6)

f6 (maar niets is meer voldoende) 33.De7 zwart geeft op. Er kan Mat volgen in maximaal 8 zetten.  33…Kh8[33…a5 34.Td7+ Lf7 35.Dxf7+ Kh8 36.Dxg7#] 34.Df8#

Een -behalve even in de opening- tamelijk foutloze partij. Toegegeven, Nico maakte het hem ook niet erg moeilijk.

Even die zet 2:

Wouter – Nico (2…Pf6)

 Hier leerde ik -als puber al – dat  2. Pf6 geen goede voortzetting is in het Damegambiet.

3.cxd5! Pxd5 4.Pf3 om e5 te voorkomen 4…g6 (4…Lf5 5.Pbd2 Pb6 6.e4!) 5.e4! Pb6 6.Lf4  Wit krijgt een tempo kado om zijn centrum op te bouwen met e4!. En daar gaat het maar om in de opening.

De Partij Doeke – Fjodor was grappig. Fjodor speelt elke week wat beter. Hoewel Doeke bijna de hele partij voordeel heeft – soms eigenlijk zelfs beslissend- weet Fjodor te profiteren van Doekes aarzeling om zijn voordeel in winst om te zetten.  Hij ontsnapt met remise. In een eindspelstelling die alleen ijzersterke computerprogramma’s -en wellicht valsspeler Niemann- als  toch voor zwart verloren beschouwen. Ik denk dat niemand van ons dat eindspel met wit zou kunnen winnen. Dus treft Doeke wat dat betreft geen blaam. Wel wat betreft het niet afstraffen van een openingsblunder van Fjodor bij zet 2 . (Ja ook hier. )

Fjodor – Doeke (2…f6 )

 2     f6?????   Dat wist ik al toen ik 16 was, uit de boekjes van Prof Dr M.E.   3. Pxe5 ! Want   3. ………  fxe5 4. Dh5+  g6   5 De5+ en 6. Dxa8      Andere zetten helpen nauwelijks.  

Wees niet beledigd Arissers! Ik noteer dit niet voor de andere 13 clubleden want die zullen dat allemaal wel weten, maar voor de 4 nieuwe. We beloofden toch dat we ze zouden helpen met het verbeteren van hun spel  Nou dan …!

Het ingewikkelde eindspel. Het lijkt erop dat zwart met heen en weer spelen van zijn loper de zaak redt. En als ik thuis zie wat Prof Mr Dr K zegt dan denk ik : Misschien heeft het computerprogramma het wel mis als hij winst bedenkt voor wit. Dat wil hem in een eindspel wel eens overkomen!

K. geeft aan: wit moet eerst zijn  loper op f5 zetten, dan die loper ergens op de a8-h1 diagonaal wegzetten. En dan eventueel g- en/ of h-pion offeren.  Maar ook wordt mij duidelijk: dit is voor gewone stervelingen niet meer te winnen.

Hier enkele varianten:

Sven tegen Hugo was een Pirc. Sven koos een opzet die ook in het KoningsIndisch en in de Siciliaanse Draak tegen het zwarte fianchetto veel voorkomt, en scherp is. Met f3, 0-0-0 ,  g4 en h4. Een van de redenen waarom ik ooit van de Pirc en van  de Draak afstapte. Hugo schjjnt er vrij lakoniek onder te blijven! Maar K. laat zien,dat overeind blijven toch ook nu wel weer heel erg subtiel is.

Sven – Hugo (11.Lh6) (2

Hier speelt Hugo  11 ….  Pe5 waarna 12. Lxg7 Kxg7 een  flink betere stelling voor wit oplevert.

Terwijl 11. … Lxh6!  12 Dxh6 b4!  gelijkspel betekent. Het gaat hier om slechts één tempootje! Omdat wit na Lxh6 eerst moet terugnemen

Na Hugo’s Pe5  blijft het moeilijk en na later Pg8

SvenHugo14h5

  14 ….Pg8 (De7. Het blijft moeilijk maar er kan nog gespeeld worden)  komt zwart er niet meer aan te pas. De witte aanval krijgt een Oekraiens karakter. Hugo verlaat het oorlogsgebied op de 21e zet, nadat  al zijn bruggen zijn verwoest.

Sven – Hugo (21.Pg5)

  Er dreigt nu veel te veel tegelijk!

Paul tegen Matthijs.  Schots gambiet. Maar het blijkt wel een gambiet te worden, maar voor de verkeerde kleur, omdat beide spelers al na zet 4 hun eigen openingentheorie ontwikkelen.

Paul - Matthijs (4.Lc4).jpg

4.  …..d6? (Pf6! 5  e5  d5! )   5. Pg5 (Pxd4] Pe5 6.Dxd4 Pxc4 7  DXC4

Paul – Matthijs (7.Dxc4)

 En hier geeft zwart een pion weg. 7…… Le6???  Hoe komt zoiets? Je zou zeggen dat is toch niet ingewikkeld. Le6 wordt 2x aangevallen en maar 1x gedekt. Onnauwkeurigheid? Of rekende Matthijs op iets na  8.Pxe6 fxe6  9 Dxe6     en dan maar  De7   dat er niet inzat.

Paul laat op gedegen, welhaast hautaine wijze  in het vervolg zien hoe je wint als je een pion  voor staat. Matthijs is niet te beroerd daarbij een handje te helpen door zoveel mogelijk stukken te ruilen en zo aan te sturen op een simpel eindspel met een pion minder. Je kan beter proberen zoveel mogelijk stukken op het bord te houden. Hopend op een tactisch grapje.

Paul – Matthijs (32.Kd5)

 32 Kd5  en zwart wordt opgerold. Lesje Koningsactiviteit in het centrum, in een pionneneindspel.

Bert-Martin

Bert speelt een KoningsIndisch in de voorhand, waar Martin een dubbelfianchetto tegenover zet.  Bij zet 9 gaat hij strategisch in de fout door niet op e4 te ruilen.

Bert – Martin (9.e4)

 9 …..Pd7? Hierna speelt wit e5 waarna beide lopers van zwart voorlopig ernstig in hun beweging worden belemmerd. Martin probeert dat op te lossen met f6, maar dan zit hij weer met een achtergebleven pion op e6. Na een mindere zet van wit 18 Lf4  lijken de zwarte problemen toch zo’n beetje opgelost.

Bert – Martin (18.Lf4)

 Martin ziet een leuke combinatie, maar ziet daarbij een schaak over het hoofd, zal daardoor een stuk verliezen, en geeft op. Daarna blijkt dit een situatie  waar iedere schaker wel eens een nachtmerrie van krijgt: opgeven als je (nog ) niet verloren staat. Want achteraf blijkt dat zwart het stuk dat hij verliest weer terug kan winnen.

Gerrit-Thomas

Gerrit geeft al ineen heel vroeg stadium een pion weg. Thomas geeft dan een lesje hoe je zoiets dan wint.  Nog iets levendiger dan het lesje vanavond van Paul. Over hetzelfde onderwerp.  Thomas geeft Gerriit nog één kansje, maar die wordt overzien.

Commentaar van Thomas

Gerrit – Thomas (4…g6)

5. Ld2? Pxd5

“Theorie was 5.c4 of  5.Pc3. Na het weggeven van de pion herpakte wit zich nog redelijk.

Gerrit – Thomas (7…d5)

Hij miste helaas 8. Pxd5! Pxd5 9. Lc3!  Met rente op de ‘’geleende’ pion.

(Eddy: Let op, na 9 . …. Pxc3 10. Lxf7 !! verliest zwart een dame!! Dat vermeldt Thomas niet, waarschijnlijk omdat hij dat te vanzelfsprekend vindt. )

Gerrit - Thomas (29.g3).jpg

Analyse this’ geeft toch 29 … Tc2 als iets meer dan 29. …Kf8, maar ik vertrouwde  d6 niet helemaal.”

Eddy :  Kf8  30 Pe1 Td8  en ,wit geeft op, er zal nog een pion verloren gaan en die vrijpion op d4, ijzersterk ondersteund door de superieure loper , belooft weinig goeds

Ron -Hans

Commentaar van Ron:

“Hans en ik begonnen als de vorige keer. Toen speelde hij onhandig gelijk 6. Le3, waarna zwart met Lb4 al in voordeel komt. Dus vandaar nu 6. a3.

Hans – Ron (5… Dc7)

   6. a3

Ik hoopte nu op een kans de hoofdthema’s van deze opening uit te kunnen testen. Maar Hans gaf denk ik per ongeluk vervolgens pion e4 weg. Hij dacht daarna lang na en offerde op b5!

Hans – Ron (9…Pxe4)

  10. Pcxb5!?

Die had ik niet zien aankomen. Het is ook niet goed, maar ik ging weer spoken zien. Ik weet nog niet waarom ik geen 11…, Dc6 dorst te spelen.

Hans – Ron (11.Pxb5)

  Dit brengt een tegendreiging op g2. 12. Pa7 kan dan niet, vanwege 12…,Txa7 13. Lxa7, Pc3! 14. Lf3, Pxd1 15. Lxc6, Pxc6 en zwart blijft materiaal voor. Na 11…., Dc6 kan zwart wel normaal ontwikkelen.
Na mijn voorzichtige 11…, Dd8 sta ik nog steeds beter. Maar makkelijk is het niet. Hans dacht weer lang na en speelde de sterkste zet 12. c4! Nu zie ik de opstormende pionnen al komen, zie dat ik niet veilig gemakkelijk kan loskomen en dat ik vermoedelijk stuk moet gaan terug offeren. Daarom zag jij, Eddy, mij hoofdschuddend zitten.

Hans – Ron (12.c4)

  Het sterkst is nu 12…., Lc6 om dat irritante paard onschadelijk te maken, maar dat zag ik niet. Gelukkig wel 13…, f5! (alternatief Db8 heb ik ook naar gekeken) om mijn koning extra vluchtvelden te geven. 15…,d5 geeft daarna echter definitief mijn voordeel weg (15…., Kf7!),

Hans – Ron (15.Lf4)

  want na 16. c5! is stelling al gelijk. Ik ben gedwongen om stuk terug te geven. Hans nam gelijk remise aan. Het is dan ook volledig in evenwicht.

Eddy:  Ik zag die vrije damepionnen ook wel als compensatie voor het stuk (knap gevonden van Hans!) maar zat steeds te wachten op het met wat voordeel terugofferen van dat stuk. Daarom speelde je toch ook Pa6!?

Dat was het weer. Tot volgende week.

Eindcorrectie moet nog plaats vinden.