Alle berichten van Eddy Saraber

Eindstand 2016-2017

Overzicht voor ronde 28, gespeeld op 28 mei 2017

Wit

 

Zwart

Uitslag

Martin Zwanenveld

Ab Hauer

1-0

Ron de Vink

Gerrit van Dok

1-0

Bert Kuijer

Externe wedstrijd

½-½

Marco van Wijk

Afwezig met geldige reden

 

Jasper Ittmann

Afwezig met geldige reden

 

Paul Verkooijen

Afwezig met geldige reden

 

Joop Kuijer

Afwezig met geldige reden

 

Peter van Putten

Afwezig met geldige reden

 

niels Kuier

Afwezig met geldige reden

 

Frank de Geus

Afwezig met geldige reden

 

Ranglijst bijgewerkt t/m ronde 28

Nr

Naam

Punten

Gsp

Gw

Rm

Vl

Perc

1

Ron de Vink

330,33

26

13

12

1

73,1

2

Bert Kuijer

309,17

25

14

7

4

70,0

3

Paul Verkooijen

263,33

20

8

9

3

62,5

4

Martin Zwanenveld

247,17

25

10

5

10

50,0

5

Gerrit van Dok

236,67

26

7

9

10

44,2

6

Frank de Geus

201,83

17

7

6

4

58,8

7

Jasper Ittmann

150,33

22

3

1

18

15,9

8

Peter van Putten

124,17

15

3

2

10

26,7

9

Ab Hauer

121,00

14

4

2

8

35,7

10

Marco van Wijk

106,33

11

5

1

5

50,0

11

niels Kuier

88,67

10

3

1

6

35,0

12

Joop Kuijer

23,33

0

0

0

0

0,0

 

Laatste ronde 2016-2017

Volgende week zal het wel weer vluggeren moeten worden. Want dat is de laatste speeldag van het seizoen.  Dus de ronde van 22 mei, de 28e, zal de laatste wel zijn.

Dan is Ron afgelopen maandag toch weer eens kampioen geworden.  Proficiat. Bijna het hele seizoen stond onze veelvuldig champion Albertus J. met een kleine voorsprong alweer bovenaan, maar Ron’s eindsprint was net iets effectiever. Is jammer voor Bert, maar voor de club wel mooi; zo blijft het voor iedereen toch een beetje spannend.

Bert moest tegen Stefan, van wie Ron vorige week won, zij het met behoorlijk wat inspanning. Bert lukte dat nu niet. Hij speelde zijn geliefde Siciliaanse  Paulsen-variant  (Kan-variant) met 2. e6  en 4 a6 . Zijn opening leek verder sprekend op die van vorige week tegen Paul, en ook nu liep het niet volledig naar wens. Net als vorige week koos hij voor 7. … d6, als 7. … d5 ook heel goed mogelijk is. En hierna blokkeerde  Stefan voor zwart direct vrijwel de mogelijkheid ooit tot d5  te komen met gelijk 8. c4! En hierna staat wit gewoon wat actiever.

28Bert1    28Bert1

Het verschil met de partij Paul-Bert was alleen dat in die partij Bert zelfs wat in de problemen raakte. Daarvan was nu geen sprake. Het lukte Stefan minder goed dan Paul om echt gevaarlijk te worden. Maar wel zag hij kans om het evenwicht goed te handhaven. Met een klein combinatietje dwingt hij remise af.

28Bert2  28Bert2

23.Txb7 Txb7 24.Lxa6 Tcb8 25.Lxb7 Txb7  En na 26. Ta8+ gaan ook nog de torens van het bord en moet Bert  wel remise accepteren bij zet 28. In een sterk uitgedunde en erg gelijke stelling.

Ron gebruikte deze laatste ronde om erg overtuigend te winnen van  Gerrit. Het was eigenlijk een lesje: meester De Vink leert zijn tegenstander hoe je een koningsaanval opzet.  Hij greep daartoe terug op zijn ouwe trouwe London.

28Ron1  28Ron1

9. …. cxd4? Dat helpt niet echt. Het belemmert de witte stukken niet, die een perverse belangstelling voor de zwarte koningsstelling gaan vertonen.  10. exd4 Te8  (beter 10. … h6, wat tenminste voorkomt dat op h7 wordt geslagen.  11. Pe5!    Nu veel lastiger dan na 10. … h6 want dan zou 11. ….  Pfd7 mogelijk zijn geweest en het gevaarlijke paard op e5 kan tot ruil worden gedwongen.  

28Ron2

Nu kan dat niet! Wegens Lxh7+. 11. …..   Dc7?? Alsnog 11. …  h6 was geboden. Maar wit staat zowiezo nu al prettig. Wit kan nu al offeren op h7!  Een standaardoffer omdat na Pxc6 nu de standaardzet Dh5 kan volgen.  Dat vindt Ron waarschijnlijk zielig voor zwart en lijkt met 12. f4 nog wat te verknoeien. Maar Gerrit ziet het al niet meer zitten en zijn volgende paniekzetten maken het er allemaal niet beter op. 12. … Pe4  (h6!?)  13. Pxe4 dxe4 14. Lxe4

28Ron3  28Ron3

en de dreiging Dh5 wordt zwart alsnog te veel. 14. … g6 helpt ook niet meer. Met 15. Df3 en g4 vindt de dame een andere route naar de h-lijn. (Maar er zijn nog veel meer sterke zetten voor wit.)  Na  14. … f5 (altijd link!)  15. Lxc6!  Dxc6  16.  Dh5 geeft zwart op   (Nog leuker 16. Txh7 Kxh7 17. Dh5+  Kg8  18. Dxe8)  Na 16 zetten konden de stukken in de doos.  De rest van de avond werd er driftig geschoolmeesterd. En zo had Ron alsnog een redelijke voorsprong op nr. twee van de ranglijst opgebouwd. Hij was dan ook duidelijk in een heel goede stemming.

Martin probeerde het weer: het BDG, Blackmar Diemer Gambiet. Je moet het gewoon veel spelen.  Je gaat ervan uit dat je een grote kans loopt dat je materieel wat minder komt te staan, maar je hoopt op levendige stellingen, waarin de beste wint. Dat kan tegenvallen, maar het wordt meestal wel een interessant partijtje. Als je het maar vaak genoeg doet, ga je de mogelijkheden en de hoofdvarianten herkennen. Een ideale opening om op internet ervaring mee op te doen.   Ab speelde de Teichmann-variant. Zonder dat te weten natuurlijk. Het is een vrij logische voortzetting, waar ik echter nooit echt depressief van werd. Je komt hem veel tegen. Als ik binnenkort verder ga schrijven aan mijn BDG- verhaaltjes (beloofd!) zal ik het eerst naar die Teichmann-variant kijken. 

1. d4 d5 2 e4 dxe4 3. Pc3  (noodzakelijk, vóór je f3 speelt, wegens anders …,.e5!)  ….   Pf6  4. f3 exf3 5. Pxf3 Lg4

  28Martin1  28Martin1

Hier speelt elke BDG-er zonder nadenken 6. h3! Martin die dat nog niet weet, vreesde na 6. ….  Lxf3 7.  Dxf3 voor   7.  …  Dxd4. Maar na 8. Dxb7 kan zwart opgeven.  Martin dacht dat  het te redden zou zijn met  8. … De5 +  maar dat werkt niet. Zet het maar eens op een bord!   Martin gaf in ons gesprekje na afloop aan, dat zwart dus niet 7. …. Dxd4 moet doen, maar beter 7. … c6. Dat is juist.

28Martin2 28Martin2

Leuk hierna is o.a. 8. Ld3 !?   Prof Mr Dr K. geeft hier : vrijwel volledige compensatie voor de pion. En leuke stelling! (Dit is een 2e pionoffer!!  Bijv. 8. ….  Dxd4  9. Le3  Dh4+  10. g3  Db4  11. 0-0-0 en de voorsprong in ontwikkeling is voldoende compensatie voor 2 pionnen! En er kan geschaakt worden! Dit alles schrijf ik in de hoop dat u met spanning wacht op mijn zomerse DBG4.

Zwart hoeft niet te slaan op f3, maar kan ook spelen  6. …..  Lh5 . Hierna speelt elke BDG-er 7. g4! Ook met complicaties. Ook hierover deze zomer dus meer. Martin speelde dus behoudender:

28Martin1  28Martin1

6. Le2  waarna Ab toch op f3 sloeg. Wat zonder veel voordeel vrijwillig verlies van het loperpaar betekent en verlies van een tempo. (Twee zetten met de loper, met als enig resultaat de witte koningsloper een beter plekje geven.) Beter kun je gewoon verder ontwikkelen.  Bijv. met 6. … Pc6  of  6.  ….  e6.  Enige zetten later blijkt dat Martin – m.i. ten onrechte- niet tevreden is met zijn loper op f3.

28Martin3   28Martin3

10. Le2? Dat lijkt mij onlogisch. Dat ding staat voorlopig best wel goed op f3. Dat kan desgewenst ook later nog wel eens.  Eerst verder ontwikkelen! Martin gaf later aan :  10. Dd3!?  Dat lijkt mij juist. Hierna wordt ook 11. Tae1 mogelijk.

Maar na 10. Le2 wordt het nagelbijten. Wanneer maakt zwart een foutje? Martin offert nog een pion. Goedzo. Niet bang zijn! Dat hoort erbij. Maar intussen staat zwart dus echt beter! En zwarts foutje wil niet erg! Of toch?

28Martin4  28Martin4

Als zwart hier nu 14. …. Dg4 speelt zal wit de dames wel laten ruilen, maar dat kan natuurlijk nooit prettig zijn voor wit. Die dames moeten zo lang mogelijk op het bord blijven, wil je iets met je gambiet bereiken. Ab speelt 14. …. Dd8?  En gelukkig, daar komen de foutjes waarvan de BDG-speler het vaak moet hebben.  Dit had op veel manieren beter gekund! Voor die dame zijn er nog wel andere plekken. Waar ze blijft meedoen. Dit is wel een beetje erg voorzichtig. En later volgt er nog een onnauwkeurigheid. 15. Tad1  Pbd5? Daar kan hij verjaagd worden! 16. Pe4!  0-0  17. c4! 

28Martin5  28Martin5

17 …..  Pc7. Heel erg veel beter is er niet. Maar dat paard doet ook voorlopig even niks.  ( 17. Pb4 is een slechts tijdelijk succes na Lb1 volgt a3 en Lc2) Komodo geeft hier inmiddels 0.70, dus licht voordeel voor wit.  Waarom? Met twee pionnen achterstand!?  Omdat bijna alle witte stukken er prima bijstaan, alleen voor de loper op f2 moet nog een beter plekje gezocht worden, maar dat gaat gemakkelijk lukken. Verder allemaal open torenlijnen en loperdiagonalen. En dan ook nog het loperpaar.  g4 en h4 beginnen zich aan te kondigen.  Met 18. Lc2!  (toren d1 valt de dame aan) en 19. Dd3!  dwingt wit zijn tegenstander minstens tot de noodstop  19. … f5 wat nieuwe zwakke velden bij zwart oproept.  Martin ruilt hier echter de paarden 18. Pxf6  Lxf6  En mist dus direct Lc2, maar had best gezien dat een loperzet zijn aardige kanten had.

28Martin6  28Martin6

19. Lh7+  Dat wint de dame.  Maar tot verrassing van Martin en mij ontdekten we na afloop al dat Stockfish slechts een gering voordeel voor wit zag. Komodo ziet helemaal geen voordeel.  19. … Kxh7  20.  Txd8  Tfxd8   Die rekengriezels zeggen gewoon: D tegen T+L+ 2 pionnen is D tegen 10 pionnen.

Maar wit blijft toch best wel meer mogelijkheden behouden. Na zet 23:

28Martin7  28Martin7

En nu loont zich dat :  23. …  g6  (Lxb2!?)   24. h4! Lg7  ( Td7!?) (Ld4+ !?) Maar helaas, omdat Martin niet zijn lichte voorsprong weet vast te houden, blijft zwart overeind.

28Martin8  28Martin8

26. Df3? (b3) en ook nu kan gewoon 26. …  Lxb2  met vrijwel gelijke stand. Maar langzamerhand is Ab moe van al dat denkwerk van een DBG  26. …….  f6?  27. De3!!  e5? (Te7!?)  28. Lh6  (Dh3!?) Tf7

Wit geeft zijn kleine voordeel nu niet meer uit handen. Zijn pionnen stomen op. Wat resulteert in de volgende slotzetten:

28Martin9  28Martin9

35. …… Tf6?  (Tg8 is beter, maar niet voldoende)  36. Txf5  Taf8? (niets helpt meer  …..  Txf5 37. Dxg6+ en alsnog Dxf5)  37. h6+ !!  zwart verliest een toren en geeft dus op. Wat is het toch een heerlijke opening. Martin ga zo voort, je kunt het!!

Heer Zwaneveld sr. liet zich de hele avond tevreden onderrichten door Frank.

Dat was het dan weer: een laatste verslag, een laatste speelavond, van een enigszins desastreus seizoen. Met dank voor uw eventuele aandacht.

 

Stand na ronde 27 (15 mei)

Overzicht voor ronde 27, gespeeld op 15 mei 2017

Wit

 

Zwart

Uitslag

Martin Zwanenveld

Gerrit van Dok

0-1

Paul Verkooijen

Bert Kuijer

½-½

Frank de Geus

Ab Hauer

1-0

Ron de Vink

Externe wedstrijd

1-0

Joop Kuijer

Afwezig met geldige reden

 

Peter van Putten

Afwezig met geldige reden

 

niels Kuier

Afwezig met geldige reden

 

Marco van Wijk

Afwezig met geldige reden

 

Jasper Ittmann

Externe wedstrijd

0-1

Ranglijst bijgewerkt t/m ronde 27

Nr

Naam

Punten

Wa

Gsp

Gw

Rm

Vl

Perc

1

Ron de Vink

316,33

18

25

12

12

1

72,0

2

Bert Kuijer

297,83

17

24

14

6

4

70,8

3

Paul Verkooijen

263,33

16

20

8

9

3

62,5

4

Martin Zwanenveld

237,17

15

24

9

5

10

47,9

5

Gerrit van Dok

230,67

14

25

7

9

9

46,0

6

Frank de Geus

201,83

13

17

7

6

4

58,8

7

Jasper Ittmann

150,33

12

22

3

1

18

15,9

8

Peter van Putten

124,17

11

15

3

2

10

26,7

9

Ab Hauer

116,00

10

13

4

2

7

38,5

10

Marco van Wijk

106,33

9

11

5

1

5

50,0

11

niels Kuier

88,67

8

10

3

1

6

35,0

12

Joop Kuijer

23,33

7

0

0

0

0

0,0

 

Ronde 27

Voor mij wel weer een leuke avond. 

Onze nieuwe aanwinst, heer Zwaneveld,  was er weer, en met succes. Hij speelde een heel verdienstelijk vriendschappelijk potje remise tegen Ab. Wat mij het commentaar ontlokt:  ‘Mijnheer Zwaneveld, u moet blijven. U bent een aanwinst voor de club. ‘   Zijn zoon deed het wat minder deze avond. Maar die mag desondanks natuurlijk ook wel blijven.  Gerrit won, en lijkt nu wel weer ineens in vorm. (Vorige week Paul aan zijn zegekar gebonden en nu Martin.)  Ab was eerder op de avond kansloos tegen aanvallend spel van Frank.  Ron won van een mystery-guest.

Foto’s groter, beter? Dan erop klikken.

IMG_0236bWEB

Mystery guest

Wat een verrassing dat ineens daar in levenden lijve was: Stefan , met vakantie terug in Nederland. Wellicht om het recente resultaat van een van zijn scherpzinnigste winstcombinaties aan de familie te tonen: een dochtertje van 2 maanden.  Ik viste natuurlijk gelijk naar zijn toekomstplannen en zijn succes als verre emigrant. Nog geen idee. Misschien terug naar Nederland. Maar misschien ook niet. Wel was hem inmiddels duidelijk dat emigratie naar Nieuw  Zeeland (of was het Australië?) niet vanzelf een permanent succesverhaal is. Gezien deze visie en ook gezien het taaie verzet dat hij vanavond bood tegen Ron, mogen wij bij Aris de Heer nog even hopen.  

Bert moest met zwart tegen Paul en na een gelijk opgaande opening koos hij niet het sterkste plan en kreeg het even moeilijk. Daarna restte hem slechts taai te verdedigen en dat ging hem wel goed af. Na 31 zetten was Paul tevreden met remise. Gezien de ranglijst Bert waarschijnlijk niet, maar hij moest wel. Temeer daar Paul in de eindstelling toch weer een fractie beter stond.

Martin-Gerrit

Ik speelde vroeger tegen Gerrit alleen in vluggertjes mijn geliefde Blackmar-Diemer-gambiet. Nooit in gewone partijen. Ik had ervaren dat ik met dat spelletje tegen zijn defensieve stijl – met nogal wat afruil van stukken-  nooit veel voeten aan de grond kreeg, en zeker niet zo’n leuke combinatoire stelling kreeg waar elke gambietspeler op hoopt.

Martin probeert het tegen Gerrit wel, maar niet consequent.  1. d4 d5  2. e4  dxe4  3. Pc3 e6 de Euwe-variant. Niet de naarste voor wit, vind ik. Na 4. f3 exf3  5. Pxf3 heeft wit een open torenlijn voor zijn pion en is zijn witte koningsloper veel actiever dan de zwarte dameloper ! Daarom kunnen hier leuke aanvalsstellingen uit voortkomen. (Lastiger voor wit zijn varianten met vroeg Lf5 en pas  daarna e6.)

27Martin1  27Martin1

4. Pxe4 ?   Wel veilig natuurlijk, maar niet konsekwent.

(Zie mijn serietje over het DBG in juni/juli 2016. Ik moet dringend dat hoofdstuk afmaken, maar het kwam er nog niet van. Maar wellicht in juni/juli 2017 wel. Alhoewel ….  Martin lijkt hier nog eens te willen bevestigen dat  de vruchten van mijn inspanning  of niet gelezen worden of razendsnel vergeten.)  Martin wil wel graag een gambiet, maar toch maar niet, of toch maar wel. Hij slaat met Pxe4. Door dat geaarzel raak je wel heel gemakkelijk  in een Franse stelling, waar menig witspeler een hekel aan heeft omdat het zo lang tam blijft. Ik herinner me een uitspraak van Ron:  “Vroeger speelde ik ook veel BDG, maar daar ben ik mee opgehouden omdat mensen dan vaak switchen naar Frans, en daar heb ik een hekel aan!”  (Ik denk dat de overtuigde BDGambiet-liefhebber  ook maar een gambiet tegen het Frans achter de hand moet hebben. )

Na  4. …. Pf6  staat wit voor een moeilijke beslissing

 27Martin2  27Martin2

Wit wil liever zijn paard niet ruilen. Hij wil ‘aanvalluuh’, maar dat gaat beter met veel stukken op het bord. Het vervelende van dit soort stellingen is dat stukkenruil niet erg te voorkomen is.  Volgens Komodo is dan het beste dat maar accepteren en toch 5. Pxf6  spelen. ( 5. …  Dxf6 6. Pf3 en nu moet zwart even uitkijken voor Lg5 (zeker na Ld3, want dan kan zwart zomaar ineens zijn dame kwijt zijn)  en daar gaat een vertraging van de ontwikkeling  in zitten:  Bijv. 6. ….h6  7. Ld3  Ld6  8. 0-0  en wit staat een tikje beter.  Natuurlijk kan zwart na 5. Pxf6 ook terugslaan met de g-pion, wat ook zijn aardige en onaardige kanten heeft. Maar dat zie ik Gerrit niet zo gauw spelen.  (Frank wel.)

Om stukkenruil te voorkomen kun je ook 5. Pg3 overwegen. Maar dan is 5. … c5 niet plezierig. Had je maar niet met dat c3-paard aan het springen moeten slaan!  Of je speelt 5. Ld3, maar dan gaat ruil op e4 volgen.

Volgens PowerBook wordt in de diagramstellig het meest 5. Lg5 gespeeld. Dat doet Martin ook. Maar een forse stukkenruil is toch bijna onvermijdelijk. Hier ging het als volgt verder: 5.  …Le7  6. Ld3 Ld7  7. Pf3 Lc6  en daar gaat het dan toch gebeuren 8. Pxf6 Lxf6 9. Lxf6 Dxf6  en wit heeft niks bereikt  (=  0.03) . Dat was nu niet bepaald het ideaalbeeld dat Martin met 2. e4 !? voor ogen had.  En dus gooit hij er toch nog alsnog een pionoffertje tegenaan. Beter laat dan nooit.

27Martin3  27Martin3

10. Pe5 In principe best een goede en leuke zet. Maar het wordt wel een stelling waarin heel veel precizie vereist wordt en omdat hij dat verderop wel eens heel eventjes niet in huis heeft, blijft het voor wit: ‘hij offerde een pion en zag      die     nooit      meer      terug!

27Martin4  27Martin4

Hier heeft wit nog wel wat compensatie voor zijn pion:  de zwarte geïsoleerde damepionnen. De sterke positie van zijn loper. ’  Maar zwart verdedigt stug.

14. … Tb8!  

Met de nu volgende zet gaat wit in de fout. 15. b4 ? En daarmee ziet wit af van een lange rochade, wat nu nog kon.  Maar met de dames nog op het bord wordt dat toch wel link. Zwart krijgt langzamerhand, afgezien van zijn pionnetje meer, meer mogelijkheden.

27Martin5  27Martin5

Hier is 20 ….   De7  het degelijkst.  Het paard op d7 dekken en ook na d5 kan zwart dus gewoon rocheren.  Wit krijgt nog één kans:  20. … Df4? En nu zou 21. d5 heel vervelend zijn geweest voor zwart. Maar wit speelt 21. Tf3? En na 21. … Dd6!! Komt wit er niet meer aan te pas.

27Martin6 27Martin6

Zwart staat een gezonde pion voor en kan zelf  veilig gaan rocheren, wit niet. Gerrit wikkelt het bekwaam af. 8 zetten later als hij weer een pion gaat winnen geeft wit op. 

Gerrit: ‘Cruciaal is denk ik 10. …..Lxg2 geweest.  Kon niet berekenen of wit daardoor een complete aanval kon opzetten en dus of ik mij het slaan van deze pion kon permitteren. Heb tijdens de partij een paar keer het idee gehad dat het maar net goed ging.’

Ron-Stefan

Ron:  “De mystery gast was erg leuk. Tja, ik greep maar terug op mijn oude London, omdat ik daar eerder tegen hem mee gewonnen heb. Hij deed zelf Lf5 en dan kan het heel scherp worden als hij op b1 slaat en dan e5 speelt. Mijn rochade gaat dan verloren ten koste van een pion, maar het is scherp, maar waarschijnlijk niet voldoende voor zwart. Nu krijg je met wit zo altijd wel een veilige en prettige stelling. Maar hij verdedigde later wel taai hoor. De highlights heb je al mee gekregen. De fout zit hem in zijn b6….”

27Ron1  27Ron1

Maar na 7 …  Ld6 gaat het nog best wel. Maar de echte fout is nu 7. …  Pbd7 Nu volgt een leerzame afwikkeling:  8. cxd5 Pxd5  (wat beter  8 …..  exd5 maar ook dan 9. La6 ) 9. Pxd5 ed5  10. La6! En ineens zit zwart in de problemen.  Er dreigt eenvoudig Lb7. De zwarte toren kan niet naar b8. Een mooi voorbeeld van een krachtig loperpaar!

27Ron2  27Ron2

Stefan grijpt naar een noodmaatregel die de zaak alleen maar ernstiger blijkt te maken. 10. … b5 ? (ook die wordt later kwetsbaar) 11. Lb7 Da5+  12. Kf1  Td8  13. Lxc6  en hierna staat zwart verloren.

Toch bleef de partij de hele avond het aanzien waard omdat er een eindspel op het bord komt dat eenvoudig lijkt met twee  pionnen meer voor wit, maar gek genoeg moet er nog heel wat vindingrijkheid aan te pas komen voor het spel dan toch echt gewonnen is.

IMG_0240bWEB   0240WEB

Zwoegen! Veel moeilijker dan je zou denken.

Je zou verwachten dat wit met die vrije pion op f3 gaat opmarcheren, maar het wordt toch wat ingewikkelder. Terecht besluit Ron dat het oorlog op twee fronten moet worden. Een westfront en een oostfront. Zo wordt het toch voor de eenvoudige amateur een leerzaam eindspelletje.

27Ron3  27Ron3

Natuurlijk straal gewonnen voor wit. Maar moeten er misschien toch nog geheime wapens als ‘zetdwang’ aan te pas komen?   44. b4! Ka6  ( axb4+ 15. Kxb4 en het vervolg lijkt simpeler te berekenen, en wellicht doet Stefan dat daarom niet)  45.Pe2 (Ron durft kennelijk 45. b5 Kb6 niet aan, wellicht bang dat hij dan even niet verder komt, en daar zit iets in. Ook Komodo heeft eindeloze varianten nodig om dit eindspel dan te winnen!)

Analyse diagram:

27Ron4 27Ron4

Na  b5 en Kb6.  Wit valt d5 èn h5 aan. De zwarte loper mag dus niet spelen. Maar zetdwang lukt niet omdat als wit driehoekjes met de koning gaat maken, doet zwart dat ook! Maar hoe nu verder? Zelfs Komodo heeft heel veel tijd en eindeloze varianten nodig om dit te winnen. En een duidelijk plan kan ik in die varianten niet ontdekken. Lijkt een beetje op trial and error.  Meestal 35 halve zetten diep. Daar heeft Ron geen zin in.  Die doet het anders. f4 is een leuk veld voor het paard, maar toch maar een ander leuk veld voor het paard zoeken. 

45. Pe2

27Ron5   27 Ron5

45. ….   Le8  ( wellicht had zwart nu toch maar op b4 moeten nemen ) 46. Pg3!

Als zwart op a4 slaat, slaat wit op h5  en met  2 vrijpionnen ver van de zwarte koning moet dat een eitje worden.  46. … Lg6   47. f4  ja, die troef was er ook nog   axb4  48. Kxb4 Kb6  49. f5  Nu moet zwart knokken tegen twee vrijpionnen op twee vleugels. Dat lukt niet meer. Na zet 53 (!!!)  geeft zwart op.

Minder simpel dan je zou verwachten, en zeker leerzaam.

Paul-Bert

27Bert1 27Bert1

Je ziet zelden Bert in zijn geliefde Siciliaan b6 spelen. Die houdt van b5. En waarom speelt hij d6 als d5 goed mogelijk is (geen wit paard op c3!) ?  Misschien heeft hij geen zin in snelle ruiltjes en afwikkelingen. Rustig ingewikkeld laten worden en pas dan toeslaan? Hij moet winnen om Ron bij te blijven. Even lijkt zo’n aanpak  goed uit te pakken, maar na zet 15. wordt het allemaal een beetje te bedachtzaam.

27Bert2   27Bert2

15. ….  Db8? ( a5!?)  16.  a5!  d5 (!? Eindelijk, maar nu niet meer zo sterk als bij zet 8 ) 17. exd5  exd5 18. c5

27Bert3  27Bert3

18. …  bxc5  19. Pxc5 en hierna slaat zwart met zijn loper i.p.v. met zijn paard, wat meer voor de hand   ligt.  19 . … LxPc5 ? 20. bxc5

27Bert4  27Bert4

Ik kan me voorstellen dat zwart het hier een beetje benauwd gaat krijgen. Commentaar van Paul achteraf: “Ik had wat meer ruimte”.  En dat wordt er niet beter op voor zwart na 20. Te8 21. Dd1  Da8  Hoopt op iets stiekems (m.b.v. opstomen van de d4-pion)  richting g2. Maar a8 is toch verder niet zo’n erg fantastische plek voor een dame om haar talloze fraaiheden aan den volkje te tonen.

27Bert5 27Bert5

Maar Paul verleent belangeloos wat medewerking  22. Pf3 (22. Ld4!?) Pe4 !? ( is tenminste nog wat!) 23. Lxe4  en nu zou ik maar met de Toren teruggeslagen hebben om nog steeds iets met d5-d4 erin te houden. Na 23. …  exd4  Maar thuis vertelde K. me dat het een beetje beter was, maar niet zo heel veel scheelde.  ( 0.50 voor wit  i.p.v. 0.86 ) Wit staat intussen erg prettig.

27Bert6  27Bert6

Nu leek mij Pd4 een sterke zet. Komodo vindt echter Ph4 nog sterker. Zwart moet nu iets doen tegen de durende aanval op paard d7, maar zit ook nog  met de dreiging Pf5 met vervelende uitstraling naar g7 (komt de witte dame er ook nog aan?) en naar d6.  Zo’n paard op d6 wordt in de literatuur een ínktvis genoemd. Met armen richting b7, c8 en e8. Maar Paul speelt 24. Pd2? En dat geeft zwart de kans om zelf iets te gaan doen. Vanaf nu zijn de grootste zorgen van zwart voorbij. 24. ….  Pe5  25. Pc4 Pxc4 26. Txc4 Lc6

27Bert7 27Bert7

Met de dreigende witte vrijpion is gehandeld  volgens de richtlijn van Nimzowitsch: gestopt door een stuk. Die pion kan niet opmarcheren.  De zwarte dame kan nu gaan denken over een zoektocht naar een prettiger plekje dan a8. Dit gaat verdacht veel op remise lijken. 

27Bert8  27Bert8  

Door een volgens K. wat minder sterk 31. …  Dxc4  (Tde8!) vindt K. dat na 32. Dxd8 Te8  33. Db6 wit het nog even had kunnen proberen (0.45) , maar mij lijkt het remisevoorstel logisch, ook al wegens de ‘ongelijke’ lopers. Enige opluchting wrsch. bij Bert, maar niet veel, want Ron loopt nog iets verder uit.

Frank-Ab

Door een ernstige strategische fout bij zet 6. komt zwart er al snel niet meer aan te pas:

27Ab1  27Ab1

6. … f6   een beginnersfout.  Zwart zet zo zijn koning op de tocht.  Onweersbuien dreigen via de diagonaal h5-e8.    Nee …  Pf6 en Le7, en zo snel mogelijk rocheren, dat leren wij onze leergierige schaakkindertjes. Door een verder ondermijnen van zijn koningsstelling met 9. ..  g5 wordt het helemaal een puinhoop. Zwart verliest zijn rochade, moet met zijn koning aan de wandel. Zwart slaat met zijn loper een paard op f5.

27Ab2  27Ab2

Na 26. exf5 Pxf5  27. Pe4 !! en daarna g4 wordt het zwarte rommeltje  snel opgeblazen. Maar nu gebeurt waar alle schakers die gewonnen staan voor moeten oppassen: zorgeloosheid neemt bezit van het schaakbrein. Frank speelt 26. gxh6??  En nu zou zwart snel zijn loper kunnen terugtrekken.   26. ..  Lf5-d7  en na 27. h6xg7 Kxg7 raakt de witte dame in moeilijkheden  27. Dh2  Th6 heeft zwart weer behoorlijk wat spel. OK, hij staat nu 2 pionnen achter, maar hij kan weer bewegen.  Zwart speelt echter 26. … Lxh6 en na 27. exf5 is het uit. Zwart moet nog een paard  offeren om geen toren te verliezen.

27Ab3   27Ab3

Einde voorstelling.

Hierna werd er nog aardig wat afgevluggerd. Wat een gezellig clubje is het toch.

IMG_0247WEB   0247WEB

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ronde 27

 

Voor mij wel weer een leuke avond. 

Onze nieuwe aanwinst, heer Zwaneveld,  was er weer, en met succes. Hij speelde een heel verdienstelijk vriendschappelijk potje remise tegen Ab. Wat mij het commentaar ontlokt:  ‘Mijnheer Zwaneveld, u moet blijven. U bent een aanwinst voor de club. ‘   Zijn zoon deed het wat minder deze avond. Maar die mag desondanks natuurlijk ook wel blijven.  Gerrit won, en lijkt nu wel weer ineens in vorm. (Vorige week Paul aan zijn zegekar gebonden en nu Martin.)  Ab was eerder op de avond kansloos tegen aanvallend spel van Frank.  Ron won van een mystery-guest.

 

Foto’s groter, beter? Dan erop klikken.

 

 

 

Mystery guest

 

Wat een verrassing dat ineens daar in levenden lijve was: Stefan , met vakantie terug in Nederland. Wellicht om het recente resultaat van een van zijn scherpzinnigste winstcombinaties aan de familie te tonen: een dochtertje van 2 maanden.  Ik viste natuurlijk gelijk naar zijn toekomstplannen en zijn succes als verre emigrant. Nog geen idee. Misschien terug naar Nederland. Maar misschien ook niet. Wel was hem inmiddels duidelijk dat emigratie naar Nieuw  Zeeland (of was het Australië?) niet vanzelf een permanent succesverhaal is. Gezien deze visie en ook gezien het taaie verzet dat hij vanavond bood tegen Ron, mogen wij bij Aris de Heer nog even hopen.  

Bert moest met zwart tegen Paul en na een gelijk opgaande opening koos hij niet het sterkste plan en kreeg het even moeilijk. Daarna restte hem slechts taai te verdedigen en dat ging hem wel goed af. Na 31 zetten was Paul tevreden met remise. Gezien de ranglijst Bert waarschijnlijk niet, maar hij moest wel. Temeer daar Paul in de eindstelling toch weer een fractie beter stond.

 

Martin-Gerrit

 

Ik speelde vroeger tegen Gerrit alleen in vluggertjes mijn geliefde Blackmar-Diemer-gambiet. Nooit in gewone partijen. Ik had ervaren dat ik met dat spelletje tegen zijn defensieve stijl – met nogal wat afruil van stukken-  nooit veel voeten aan de grond kreeg, en zeker niet zo’n leuke combinatoire stelling kreeg waar elke gambietspeler op hoopt.

Martin probeert het tegen Gerrit wel, maar niet consequent.  1. d4 d5  2. e4  dxe4  3. Pc3 e6 de Euwe-variant. Niet de naarste voor wit, vind ik. Na 4. f3 exf3  5. Pxf3 heeft wit een open torenlijn voor zijn pion en is zijn witte koningsloper veel actiever dan de zwarte dameloper ! Daarom kunnen hier leuke aanvalsstellingen uit voortkomen. (Lastiger voor wit zijn varianten met vroeg Lf5 en pas  daarna e6.)

 

  27Martin1

 

4. Pxe4 ?   Wel veilig natuurlijk, maar niet konsekwent.

(Zie mijn serietje over het DBG in juni/juli 2016. Ik moet dringend dat hoofdstuk afmaken, maar het kwam er nog niet van. Maar wellicht in juni/juli 2017 wel. Alhoewel ….  Martin lijkt hier nog eens te willen bevestigen dat  de vruchten van mijn inspanning  of niet gelezen worden of razendsnel vergeten.)  Martin wil wel graag een gambiet, maar toch maar niet, of toch maar wel. Hij slaat met Pxe4. Door dat geaarzel raak je wel heel gemakkelijk  in een Franse stelling, waar menig witspeler een hekel aan heeft omdat het zo lang tam blijft. Ik herinner me een uitspraak van Ron:  “Vroeger speelde ik ook veel BDG, maar daar ben ik mee opgehouden omdat mensen dan vaak switchen naar Frans, en daar heb ik een hekel aan!”  (Ik denk dat de overtuigde BDGambiet-liefhebber  ook maar een gambiet tegen het Frans achter de hand moet hebben. )

Na  4. …. Pf6  staat wit voor een moeilijke beslissing

 

  27Martin2

Wit wil liever zijn paard niet ruilen. Hij wil ‘aanvalluuh’, maar dat gaat beter met veel stukken op het bord. Het vervelende van dit soort stellingen is dat stukkenruil niet erg te voorkomen is.  Volgens Komodo is dan het beste dat maar accepteren en toch 5. Pxf6 spelen. ( 5. …  Dxf6 6. Pf3 en nu moet zwart even uitkijken voor Lg5 (zeker na Ld3, want dan kan zwart zomaar ineens zijn dame kwijt zijn)  en daar gaat een vertraging van de ontwikkeling  in zitten:  Bijv. 6. ….h6  7. Ld3  Ld6  8. 0-0  en wit staat een tikje beter.  Natuurlijk kan zwart na 5. Pxf6 ook terugslaan met de g-pion, wat ook zijn aardige en onaardige kanten heeft. Maar dat zie ik Gerrit niet zo gauw spelen.  (Frank wel.)

Om stukkenruil te voorkomen kun je ook 5. Pg3 overwegen. Maar dan is 5. … c5 niet plezierig. Had je maar niet met dat c3-paard aan het springen moeten slaan!  Of je speelt 5. Ld3, maar dan gaat ruil op e4 volgen.

 

Volgens PowerBook wordt in de diagramstellig het meest 5. Lg5 gespeeld. Dat doet Martin ook. Maar een forse stukkenruil is toch bijna onvermijdelijk. Hier ging het als volgt verder: 5.  …Le7  6. Ld3 Ld7  7. Pf3 Lc6  en daar gaat het dan toch gebeuren 8. Pxf6 Lxf6 9. Lxf6 Dxf6  en wit heeft niks bereikt  (=  0.03) . Dat was nu niet bepaald het ideaalbeeld dat Martin met 2. e4 !? voor ogen had.  En dus gooit hij er toch nog alsnog een pionoffertje tegenaan. Beter laat dan nooit.

 

  27Martin3

 

10. Pe5 In principe best een goede en leuke zet. Maar het wordt wel een stelling waarin heel veel precizie vereist wordt en omdat hij dat verderop wel eens heel eventjes niet in huis heeft, blijft het voor wit: ‘hij offerde een pion en zag      die     nooit      meer      terug!

 

  27Martin4

Hier heeft wit nog wel wat compensatie voor zijn pion:  de zwarte geïsoleerde damepionnen. De sterke positie van zijn loper. ’  Maar zwart verdedigt stug.

14. … Tb8!  

Met de nu volgende zet gaat wit in de fout. 15. b4 ? En daarmee ziet wit af van een lange rochade, wat nu nog kon.  Maar met de dames nog op het bord wordt dat toch wel link. Zwart krijgt langzamerhand, afgezien van zijn pionnetje meer, meer mogelijkheden.

 

  27Martin5

 

Hier is 20 ….   De7  het degelijkst.  Het paard op d7 dekken en ook na d5 kan zwart dus gewoon rocheren.  Wit krijgt nog één kans:  20. … Df4? En nu zou 21. d5 heel vervelend zijn geweest voor zwart. Maar wit speelt 21. Tf3? En na 21. … Dd6!! Komt wit er niet meer aan te pas.

 

 27Martin6

 

Zwart staat een gezonde pion voor en kan zelf  veilig gaan rocheren, wit niet. Gerrit wikkelt het bekwaam af. 8 zetten later als hij weer een pion gaat winnen geeft wit op. 

Gerrit: ‘Cruciaal is denk ik 10. …..Lxg2 geweest.  Kon niet berekenen of wit daardoor een complete aanval kon opzetten en dus of ik mij het slaan van deze pion kon permitteren. Heb tijdens de partij een paar keer het idee gehad dat het maar net goed ging.’

 

Ron-Stefan

 

Ron:  “De mystery gast was erg leuk. Tja, ik greep maar terug op mijn oude London, omdat ik daar eerder tegen hem mee gewonnen heb. Hij deed zelf Lf5 en dan kan het heel scherp worden als hij op b1 slaat en dan e5 speelt. Mijn rochade gaat dan verloren ten koste van een pion, maar het is scherp, maar waarschijnlijk niet voldoende voor zwart. Nu krijg je met wit zo altijd wel een veilige en prettige stelling. Maar hij verdedigde later wel taai hoor. De highlights heb je al mee gekregen. De fout zit hem in zijn b6….”

 

  27Ron1

 

Maar na 7 …  Ld6 gaat het nog best wel. Maar de echte fout is nu 7. …  Pbd7 Nu volgt een leerzame afwikkeling:  8. cxd5 Pxd5  (wat beter  8 …..  exd5 maar ook dan 9. La6 ) 9. Pxd5 ed5  10. La6! En ineens zit zwart in de problemen.  Er dreigt eenvoudig Lb7. De zwarte toren kan niet naar b8. Een mooi voorbeeld van een krachtig loperpaar!

 

  27Ron2

 

Stefan grijpt naar een noodmaatregel die de zaak alleen maar ernstiger blijkt te maken. 10. … b5 ? (ook die wordt later kwetsbaar) 11. Lb7 Da5+  12. Kf1  Td8  13. Lxc6  en hierna staat zwart verloren.

Toch bleef de partij de hele avond het aanzien waard omdat er een eindspel op het bord komt dat eenvoudig lijkt met twee  pionnen meer voor wit, maar gek genoeg moet er nog heel wat vindingrijkheid aan te pas komen voor het spel dan toch echt gewonnen is.

 

 

  0240WEB

Zwoegen! Veel moeilijker dan je zou denken.

 

Je zou verwachten dat wit met die vrije pion op f3 gaat opmarcheren, maar het wordt toch wat ingewikkelder. Terecht besluit Ron dat het oorlog op twee fronten moet worden. Een westfront en een oostfront. Zo wordt het toch voor de eenvoudige amateur een leerzaam eindspelletje.

 

  27Ron3

 

Natuurlijk straal gewonnen voor wit. Maar moeten er misschien toch nog geheime wapens als ‘zetdwang’ aan te pas komen?   44. b4! Ka6  ( axb4+ 15. Kxb4 en het vervolg lijkt simpeler te berekenen, en wellicht doet Stefan dat daarom niet)  45.Pe2 (Ron durft kennelijk 45. b5 Kb6 niet aan, wellicht bang dat hij dan even niet verder komt, en daar zit iets in. Ook Komodo heeft eindeloze varianten nodig om dit eindspel dan te winnen!)

 

Analyse diagram:

 

  27Ron4

Na  b5 en Kb6.

Wit valt d5 èn h5 aan. De zwarte loper mag dus niet spelen. Maar zetdwang lukt niet omdat als wit driehoekjes met de koning gaat maken, doet zwart dat ook! Maar hoe nu verder? Zelfs Komodo heeft heel veel tijd en eindeloze varianten nodig om dit te winnen. En een duidelijk plan kan ik in die varianten niet ontdekken. Lijkt een beetje op trial and error.  Meestal 35 halve zetten diep. Daar heeft Ron geen zin in.  Die doet het anders. F4 is een leuk veld voor het paard, maar toch maar een ander leuk veld voor het paard zoeken.  45. Pe2

 

   27 Ron5

 

45. ….   Le8  ( wellicht had zwart nu toch maar op b4 moeten nemen ) 46. Pg3!

Als zwart op a4 slaat, slaat wit op h5  en met  2 vrijpionnen ver van de zwarte koning moet dat een eitje worden.  46. … Lg6   47. f4  ja, die troef was er ook nog   axb4  48. Kxb4 Kb6  49. f4 Nu moet zwart knokken tegen twee vrijpionnen op twee vleugels. Dat lukt niet meer. Na et 53 (!!!)  geeft zwart op. T

Minder simpel dan je zou verwachten, en zeker leerzaam.

 

Paul-Bert

 

 27Bert1

 

Je ziet zelden Bert in zijn geliefde Siciliaan b6 spelen. Die houdt van b5. En waarom speelt hij d6 als d5 goed mogelijk is (geen wit paard op c3!) ?  Misschien heeft hij geen zin in snelle ruiltjes en afwikkelingen. Rustig ingewikkeld laten worden en pas dan toeslaan? Hij moet winnen om Ron bij te blijven. Even lijkt zo’n aanpak  goed uit te pakken, maar na zet 15. wordt het allemaal een beetje te bedachtzaam.

   27Bert2

 

15. ….  Db8? ( a5!?)  16.  a5!  d5 (!? Eindelijk, maar nu niet meer zo sterk als bij zet 8 ) 17. exd5  exd5 18. c5

 

  27Bert3

 

18. …  bxc5  19. Pxc5 en hierna slaat zwart met zijn loper i.p.v. met zijn paard, wat meer voor de hand   ligt.  19 . … LxPc5 ? 20. bxc5

 

   27Bert4

 

Ik kan me voorstellen dat zwart het hier een beetje benauwd gaat krijgen. Commentaar van Paul achteraf: “Ik had wat meer ruimte”.  En dat wordt er niet beter op voor zwart na 20. Te8 21. Dd1  Da8  Hoopt op iets stiekems (m.b.v. opstomen van de d4-pion)  richting g2. Maar a8 is toch verder niet zo’n erg fantastische plek voor een dame om haar talloze fraaiheden aan den volkje te tonen.

 

 27Bert5

 

Maar Paul verleent belangeloos wat medewerking  22. Pf3 (22. Ld4!?) Pe4 !? ( is tenminste nog wat!) 23. Lxe4  en nu zou ik maar met de Toren teruggeslagen hebben om nog steeds iets met d5-d4 erin te houden. Na 23. …  exd4  Maar thuis vertelde K. me dat het een beetje beter was, maar niet zo heel veel scheelde.  ( 0.50 voor wit  i.p.v. 0.86 ) Wit staat intussen erg prettig.

 

  27Bert6

 

Nu leek mij Pd4 een sterke zet. Komodo vindt echter Ph4 nog sterker. Zwart moet nu iets doen tegen de durende aanval op paard d7, maar zit ook nog  met de dreiging Pf5 met vervelende uitstraling naar g7 (komt de witte dame er ook nog aan?) en naar d6.  Zo’n paard op d6 wordt in de literatuur een ínktvis genoemd. Met armen richting b7, c8 en e8. Maar Paul speelt 24. Pd2? En dat geeft zwart de kans om zelf iets te gaan doen. Vanaf nu zijn de grootste zorgen van zwart voorbij. 24. ….  Pe5  25. Pc4 Pxc4 26. Txc4 Lc6

 

  27Bert7

 

Met de dreigende witte vrijpion is gehandeld  volgens de richtlijn van Nimzowitsch: gestopt door een stuk. Die kan niet opmarcheren.  De zwarte dame kan nu gaan denken over een zoektocht naar een prettiger plekje dan a8. Dit gaat verdacht veel op remise lijken. 

 

 

 

Door een volgens K. wat minder sterk 31. …  Dxc4  (Tde8!) vindt K. dat na 32. Dxd8 Te8  33. Db6 wit het nog even had kunnen proberen (0.45) , maar mij lijkt het remisevoorstel logisch, ook al wegens de ‘ongelijke’ lopers. Enige opluchting wrsch. bij Bert, maar niet veel, want Ron loopt nog iets verder uit.

 

Frank-Ab

Door een ernstige strategische fout bij zet 6. Komt zwart er al snel niet meer aan te pas:

 

  27Ab1

6. … f6   een beginnersfout.  Zwart zet zo zijn koning op de tocht.  Onweersbuien dreigen via de diagonaal h5-e8.    Nee …  Pf6 en Le7, en zo snel mogelijk rocheren, dat leren wij onze leergierige schaakkindertjes. Door een verder ondermijnen van zijn koningsstelling met 9. ..  g5 wordt het helemaal een puinhoop. Zwart verliest zijn rochade, moet met zijn koning aan de wandel. Zwart slaat met zijn loper een paard op f5.

 

  27Ab2

 

Na 26. exf5 Pxf5  27. Pe4 !! en daarna g4 wordt het zwarte rommeltje  snel opgeblazen. Maar nu gebeurt waar alle schakers die gewonnen staan voor moeten oppassen: zorgeloosheid neemt bezit van het schaakbrein. Frank speelt 26. gxh6??  En nu zou zwart snel zijn loper kunnen terugtrekken.   26. ..  Lf5-d7  en na 27. h6xg7 Kxg7 raakt de witte dame in moeilijkheden  27. Dh2  Th6 heeft zwart weer behoorlijk wat spel. OK, hij staat nu 2 pionnen achter, maar hij kan weer bewegen.  Zwart speelt echter 26. … Lxh6 en na 27. exf5 is het uit. Zwart moet nog een paard  offeren om geen toren te verliezen.

 

   27Ab3

 

Einde voorstelling.

 

Hierna werd er nog aardig wat afgevluggerd. Wat een gezellig clubje is het toch.