Categorie archieven: Interne competitie

Ronde 19, 18 febr 2019

Overzicht voor ronde 19, gespeeld op 23 februari 2019

Wit Zwart Uitslag
Gerrit van Dok Herman Zwaneveld 1-0
Ab Hauwer Mathijs de Groot 1-0
Paul Verkooijen Bert Kuijer ½-½
Martin Zwaneveld Afwezig met geldige reden
Frank de Geus Afwezig met geldige reden
Koen van Lankveld Afwezig met geldige reden
Peter van Putten Oneven
Ron de Vink Niet gespeeld buiten schuld
Jos Lohmann Niet gespeeld buiten schuld

Ranglijst bijgewerkt t/m ronde 19

Nr Naam Punten Wa Gsp Gw Rm Vl Perc
1 Ron de Vink 235,00 18 18 9 9 0 75,0
2 Bert Kuijer 203,17 17 16 7 8 1 68,8
3 Jos Lohmann 181,33 16 15 3 9 3 50,0
4 Paul Verkooijen 173,83 15 13 7 4 2 69,2
5 Gerrit van Dok 162,33 14 18 8 3 7 52,8
6 Martin Zwaneveld 153,00 13 17 6 5 6 50,0
7 Ab Hauwer 118,33 12 14 6 0 8 42,9
8 Peter van Putten 91,33 11 11 4 0 7 36,4
9 Frank de Geus 90,33 10 7 3 3 1 64,3
10 Herman Zwaneveld 85,50 9 16 0 2 14 6,3
11 Mathijs de Groot 66,33 8 9 1 2 6 22,2
12 Koen van Lankveld 23,00 7 3 0 0 3 0,0

Volle bak (11 febr. ’19)


Toen ik 11 februari binnenstapte was ik verbaasd. Het Beemster Eetcafé zat goed vol. Nieuwe leden?

2S7A5171WEB

 Nee, een wedstrijd van ons  viertal.

Dat eerst maar:  

Aris de Heer- Degoschalm/Revanche

Peters stelling (bord 2, wit) kon ik al gauw niet meer met droge ogen aanschouwen. Hij speelde de opening niet slecht, maar trok iets te voortvarend van leer. En vergat toen op al zijn stukken te blijven letten.Ik fotografeerde de stelling waarin hij een stuk achterstaat, en nu nog meer materiaal gaat verliezen.

2S7A5182WEB

 Dus daar was voor Peter  al vroeg in avond de lol vanaf. Niet erg, want de rest van de avond keuvelden beide bejaarde heren gezellig vol. Over de hedendaagse problematiek van de moderne gehoorapparatuur en zo.

Ab moest het opnemen tegen een mijnheer wiens uiterlijke verschijning mij zeer boeide. Daar wilde ik een portret van maken: fascinerende kop!

2S7A5180bWEB

Later bleek die mijnheer een door de sporen van de tijd enigszins veranderde, veel interessanter geworden dus, oud-collega van me te zijn. Dat ik hem niet herkende, vergaf ik mezelf, want hij werkte destijds maar kort op onze school, en het was wel 45 jaar geleden. Toen ik hoorde dat hij Erik  Piet heet, realisereerde ik me ineens dat ik later ook nog eens tegen hem schaakte. En dat dat een heel gedenkwaardige avond werd, die 10e januari 2011. Even een stukje roemrijke Aris de Heer- historie : We speelden toen ook tegen Degoschalm. Ook toen al hadden we moeite een heel team bij elkaar te krijgen. We begonnen dus met twee reglementaire nullen. Ons team bestond uit slechts 6 (zes)  personen: Bert, Paul, Gerrit, Martin, Eddy en Gerard (Maat). Gerard verloor, Gerrit speelde remise en tot ieders verbazing: alle anderen wonnen! Dus hoewel we ons al hadden verzoend met de gedachte dat dit natuurlijk niet goed zou kunnen gaan, gingen we toch met de volle buit naar huis! 4,5-3,5. Ik herinner me nog onze gezellige opwinding in de auto op de terugreis.

Ab redde het niet tegen Erik Piet (wit). De laatste gaf een lesje openingsbehandeling: centrum bezetten, alle stukken ontwikkelen, rocheren. Keurig. Piet stond na 11 zetten er zo degelijk bij dat hij zich zelfs een onhandigheid met pionverlies tot gevolg gewoon kon veroorloven. Nog steeds een goede stelling. Die pion wint wit bij zet 19 terug en zwart  blijft tot machteloosheid gedoemd. (Alweer zo’n opgesloten loper op c8!) Het afwachten is tenslotte voorbij rond zet 23:

  PietAb

De dame op b6 valt de toren op d8 aan, en ook de pion op b7. Goede raad is duur.

23. ….  Td7 ?  24. Na Td6! dreigt wit zijn torens te verdubbelen op de d-lijn. En 24. … Td7xd6 25. exd6 is niks. De witte stukken zijn volop in aktie  en de zwarte stukken staan er te passief bij om die vrijpion op d6 voldoende weerwerk te bieden.

23. ….  Lxd7  is dan nog maar het beste, maar dan kan gewoon 24. Lxb7 Tab8 25. Td6 enz.

Maar Ab denkt niet lang na (daar is hij niet zo goed in) en speelt 23. … De7?? en geeft na 24. Txd8 op. Terecht. Zo’n fout vergeven we hem best wel. Erik Piet was gewoon beter. Ab stond zowiezo toch al moeilijk. Zoals Tarrasch al zei: als goede zetten ontbreken komen de slechte vanzelf. Maar waarom zag ik op z’n klok dat hij nog geen half uurtje gebruikt had voor die 23 zetten? Hij bleef daarna nog lang op de club rondkijken. Dus hij speelde niet snel om vroeg naar huis te kunnen, omdat hij het bij ons niet gezellig meer vond.

2S7A5169

Matthijs (zwart)speelde een interessante partij tegen Frans Kool. Het gaat lang ongeveer gelijk op. Bij zet 8 staat hij duidelijk beter, maar geeft dan onnodig zijn loperpaar prijs. Dan staat wit een tikje beter. Dan wordt wit bij zet 14 wat te agressief en staat Matthijs weer een tikkie beter. En dat blijft maar  zo heen en weer laveren. Kleine verschillen, onnauwkeurigheidjes wederzijds, maar nergens grote fouten. Zacht briesje, tot zet  24. Dan steekt de wind op.

   ExtMatthijs1

Hier kan zwart het beste 24. … Dc5 spelen (om pion c7 te dekken!) Zijn pionnen op de damevleugel staan er wat zwakjes bij, maar zo redden ze het nog wel even. Maar Matthijs speelt  24. …. Tb8? en na 29. Dxc7! wordt die situatie daar op die zevende rij toch zorgelijk. 25. … Te8  26. Txe8 Pxe8  27. Dxf7


ExtMatthijs2

Wat is hier aan de hand. Klopt mijn stelling niet? Wit staat totaal gewonnen. Twee pionnen meer en aanval  op paard e8.   27. … Dxa2 Bijna alles is nu vrijwel direct winnend voor wit. Slaan van het paard op e8, of Df5+,  en ook het gespeelde 28. f5. Maar de heren besluiten tot remise. Ik weet niet of er iets is misgegaan met de notatie, of dat er iets was met de klok. Ik heb wel het idee dat Matthijs hier een beetje het geluk aan zijn zijde heeft.

Herman (wit)speelde een zeer degelijke pot tegen Renate Spruit.

Hij speelde de hele avond zeer geconcentreerd. Maar ook zijn tegenstandster was een toonbeeld van concentratie.  Volgens mij liet die geen moment haar bord alleen, om wat rond te kijken. Kijkt er nog wel eens een schaker wat verstoord op als uw wepmeester weer eens rond zijn/haar schaakbord dreutelt, of een foto van het bord maakt (zonder flits), deze dame keek niet op of om, zag niets dan alleen haar stukken!

Ik verliet het strijdtoneel om half elf. Alleen Herman was nog bezig. Een stelling waarvan ik dacht: ik ben blij dat ik niet meer achter zo’n bordjevol hoef te zitten, want dat is toch best behoorlijk ingewikkeld. Nog zo veel stukken! En alles kan zo in duigen vallen als je even een verkeerd plannetje kiest, een verkeerd pionzetje doet. En plannen maken is lastig! Wat is het uitgangspunt? Ik vrees dat Herman dat zo laat op de avond niet gaat redden. Vast nog wat te ingewikkeld voor hem. Voor mij ook trouwens.

ExtHerman1

 Ik heb een computer nodig om vast te stellen dat wit hier heel erg goed staat als hij het het aldus aanpakt:  22. dxe5! Dxe5 23. f4! De6 (of d6) 24. e5! Dc6 25. Pd4!

    ExtHerman2

Weliswaar is het nog steeds niet eenvoudig om de aanknopingspunten voor een goed krijgsplan te vinden, maar duidelijk is wel dat wit meer terrein beheerst, een lastige vrijpion op e5  heeft, misschien t.z.t. een huurmoordenaar op g2, een leuk paard op d4.

Maar Herman doet het anders, niet zo goed, maar ook niet slecht. En krijgt na 24. … De6? bij zet 25 een heel mooie kans:

  ExtHerman3

25. dxe5? Kijk, daar had ik het over, net het verkeerde pionzetje. Niet slecht, maar het wint niks. Omdat zwart op e4 ook een pion pakt. Als wit nu eerst even met een tempowinst op d5 had gepakt (zwarts dame staat in) en daarna op e5 (fxe5) wint hij gewoon een pion, maar bovendien: ineens is die huurmoordenaar op g2 een verschrikkelijk gevaar voor zwart aan het worden.

Neemt niet weg dat ook nu wit beter staat. Als de twee kemphanen (nu ja, in dit geval kempkip + kemphaan) remise overeen komen, staat wit nog steeds heel goed. Maar ja, het was waarschijnlijk al heel laat en de andere drie Degoschalmers wilden waarschijnlijk wel eens naar huis.

Maar wel duidelijk, één van Herman’s beste partijen dit seizoen. Als het niet zo laat was geweest had eervol verlies met 1,5-2,5  erin gezeten. Nu werd het 1-3. Nu ja, in ieder geval een leerzame avond.

1 .  Ab Hauer    –  . Erik Piet  1499 0-1
2 .  Peter van Putten  1120  –  . George Tadrous  1352 0-1
3 . Matthijs Groot    –  .  Frans Kool  1079 ½-½
4 . Herman Zwaneveld    –  .  Renate Spruit   ½-½    1120    1310  

Dan onze interne. Ronde 18.

Bert tegen Ron werd een grootmeesterremise. Die wilden waarschijnlijk hun krachten sparen voor vrijdag as. Bert probeerde eens een ‘gesloten’ Siciliaan. Niet erg agressief. Ron vond het best. Probeerde nog even iets  (5…. d5-d4) , maar toen dat niet veel uithaalde besloten de heren al bij zet 8 tot een remise. De rest van de avond zat Ron in zijn bekende sneltreinvaart openingsvarianten met Bert door te nemen. Die ik op een gegeven moment hoorde verzuchten : Ron, dit gaat me echt allemaal veel te vlug!!

Gerrit tegen Paul was best boeiend. Paul verkoos iets draakachtigs. Omdat Gerrit natuurlijk daartegen geen ingewikkelde agressieve varianten tot zijn beschikking had (bijv. het bekende  f3, lange rochade, g4, h4) had zwart al gauw gelijk spel. Maar een blunder van hem bij zet 8. had hem al vroeg de das kunnen omdoen. Maar Gerrit kon die das even niet vinden. Beide heren zagen hem na afloop van de partij wel hangen!

   Ext18Gerrit1

8. … Lb7 ??  Na 9. Db3! kan zwart het wel schudden. Aanval op f7 en aanval op b7. Na het gespeelde 9. Le3 blijft zwart er heel redelijk voor staan, en hij wil natuurlijk winnen. Maar dat is nog niet zo simpel.

De heren meenden achteraf dat wit ook in de volgende stelling een mooie kans liet liggen.

  18Gerrit2

21. Ld6 !!  Gerrit had er wel naar gekeken, maar was bang voor Dxb2.Later speet hem dat.Maar dat is niet terecht. Er is wel een dubbele aanval op c5 en f8, maar inderdaad na 21. .. Dxb2 schijnt zwart voldoende compensatie te hebben voor het verlies van een kwaliteit tegen een pion. (Bijv. 21. Ld6 Dxb2  22. Lxc5 Dxc2 23. Lxf8 Lxf8)  Maar ja, zie dat maar eens! Is een beetje achter ons aller  horizon, vrees ik. Na het gespeelde , betere, 21. Tb1! schuift Paul geduldig zijn intussen toch nog wat betere stelling richting de winst. Het is een lust voor het oog (van de toeschouwer, niet van Gerrit) om te zien hoe intussen zijn loperpaar moordend sterk wordt, de lichte zwarte stukken ideaal samenwerken, het gebrek aan ruimte en het gebrek aan samenwerking tussen zijn stukken, wit opbreekt.

  18Gerrit3

De witte dame wordt aangevallen. Maar waar moet ze naartoe? 27. Dc5? Ld4!  met damewinst

27. Dc7 is de beste, maar al lang niet voldoende meer.  27. … Dxc7 28. Lxc7  Lxe1

en  27. Lc6?  (gespeeld) 27. ….  Dxc6 28. b5 is vernuftig, maar helpt ook niet meer. Het geraffineerdste is nu 28. …  Dc5+  29. Lf2 Ld4!! en wit heeft geen tijd om de loper op a6 te winnen. Maar ook Paul’s eenvoudige 28. …. Pxa5 is meer dan voldoende voor de winst.

Met enige welwillende medewerking van Gerrit lukte het Paul weer eens om een gaaf partijtje te spelen. (Afgezien van die vreselijke 8e zet. Er moet nu eenmaal iets te mopperen overblijven.)

Martin tegen Jos.

Dat werd natuurlijk weer circus. Jos zoekt als altijd de griezeligste taferelen op, om als zijn tegenstander eronder is bezweken, of dreigt eronder te bezwijken, met remise tevreden te zijn. Gaat hem niet om het resultaat, maar om de taferelen.

Bij zet 6. weet Martin het niet meer zo goed en raakt hij het witte voordeel wel kwijt. Bij zet 9. loopt hij al een klein nadeel op. Bij zet 13. wordt dat al een duidelijker minnetje.

Komt dat zien, komt dat zien, wat voor eigenaardige opstelling onze opperstalneester nu weer in de arena heeft neergezet:

 18Jos1

Zwart (Jos) mag niet meer rocheren, zwart heeft een onontwikkelde damevleugel, (en hoe ga je daar iets aan doen?) Je zou zeggen dat wit wel wat compensatie heeft voor die pion achterstand. Maar nee, zegt Komodo. Zwart staat wat beter. Na 15. … d6. Zwart speelt 15. … Te3. Ook nog wel leuk. Zwart biedt remise aan. Ik kan me voorstellen dat Martin het wel best vond. Die had er natuurlijk geen zin meer in z’n hersens af te tobben met het zoeken naar weerleggingen voor nog meer afwijkingen van de normale schaakwetten.

Ook een kort potje dus. Maar hier bepaald geen ‘grootmeester-remise’. Gewoon circus.

eindcorrectie moet nog plaatsvinden

Technische storing website

Door het nieuwe fraaiere en voor mij eenvoudiger ‘levende’ diagram is er een probleem ontstaan. Alle oudere diagrammen werken niet meer. Ik zoek nog naar een hanteerbare oplossing, maar denk dat er niets anders opzit dan heel veel oudere berichten te gaan opruimen en van een aantal  belangrijkere  de codes van de partijen opnieuw in een schaakprogramma te gaan  invoeren.  Al met al heel veel werk. Ik zal nog even overleggen wat belangrijk is om te bewaren. En met Martin nog zoeken naar een betere oplossing. Maar ik vrees met grote vreze. Voorlopig functioneren dus alleen de laatste berichten toonbaar.

ronde 16, 28 januari 2019

Even terzijde: Ik las gisteren in de krant dat mijn voorspelling in ‘Het drama Kramnik” nu al is uitgekomen. Kramnik stopt met professioneel schaak en gaat zich toeleggen op schaakwerk voor kinderen en onderwijs.  En nu maar hopen dat Jorden van Foreest mijn voorspelling  wel  gaat logenstraffen.

Ter zake:  28 januari was het de avond van mooie stukoffers. Die toch niet brachten wat we ervan verwachtten.

Jos speelde weer eens een hoogst interessante opening met zwart. Daar zat  Paul wat onwennig naar te kijken. Wat hij ertegen te berde bracht was niet helemaal toereikend. Rond zet 10 staat zwart wat beter. Rond zet 20 is dat uitgegroeid tot heel duidelijk beter. Dan offert zwart een stuk. Dat was niet nodig, want ook op rustiger wijze leek winst in aantocht. Het offer en het fraaie vervolg toonden absoluut kenmerken van genialiteit! (zie diagram en analyse bij Highlights) Maar vijf zetten later was duidelijk geworden dat de route ongelofelijk mooi was, maar de eindbestemming toch niet goed haalbaar.   Mede door kleine onnauwkeurigheden bij zet  22. Ta3  (Pxc2!?) en zet 30. (Denk ik, want die zet kon ik niet met zekerheid reconstrueren. Ik vind mezelf al heel knap dat ik het tot hier gered heb met twee vaak onleesbare handschriften!)  Zo ontstond er toch een remisestelling. Het was een feestje dat als een nachtkaars uitging. Ik denk dat Paul heel tevreden naar huis ging omdat hij al het denkgeweld had overleefd.

Bert bracht een echt loperoffer, reeds bij zet 13,  in een daartoe zeer uitnodigende situatie. Gerrit had,  o.a. middels twee verloren tempi,  hem daartoe hartelijk aangemoedigd. Het was een mooi offer, vooral omdat met geen mogelijkheid vooraf te berekenen was of het wel correct was. ! (zie hun volledige  partij met wat analyse bij Highlights)  Mijn geniale leermeester prof dr K legde me thuis geduldig uit dat het wel correct was, maar niet zo correct als door ons gehoopt. Het had toch hoogstens tot remise kunnen leiden. Wat de heren achteraf zelf ook hadden vastgesteld. Maar doordat Gerrit de reddende zetten miste in een behoorlijk gecompliceerde situatie, won Bert toch. Niet leuk voor Gerrit, maar wel een passende onderscheiding  voor Bert, voor de moed waarmee hij het slagveld opzocht.

Bij Herman en Peter stond de partij ook in het teken van het offer. Eerst in het ontbreken ervan. Want beide spelers hebben een reputatie op te houden als het gaat om het nodeloos opofferen van een stuk, vooral wat later op de avond, als het tijd wordt voor het senior moment. Het leek er lang op dat ze dat nu maar eens niet gingen doen. In een partij die er behoorlijk logisch uitzag,  verkreeg Herman al snel met zwart een licht voordeel. Het had een groot voordeel kunnen worden. Maar gelukkig deden beide spelers hun reputatie toch eer aan bij zet 21.  (zie diagram en analyse bij Highlights) Peter gaf toch een stuk weg. Althans dat was zijn bedoeling. Maar Herman koos een afwikkeling  die de zoete tractatie aan zijn neus voorbij liet gaan. Eigenlijk gaf die dus virtueel nu ook een stuk weg. Maar  hij hield nog steeds een licht voordeel. Met degelijk spel groeit dat toch weer aan tot een bijna beslissend voordeel rond zet 38. Maar dan kiest hij een verkeerd plan. Waartoe behoort een pionoffer. Wat helaas tot niets leidt! (zie diagram en analyse bij Highlights). Hoewel Peter weinig vertrouwen heeft in zijn eigen eindspelkunde, wint hij toch netjes dit eindspel met 2 pionnen meer. Ik denk niet dat Herman erg tevreden naar huis ging. Hij speelde heel lang heel goed en had eigenlijk  moeten winnen vanavond.

Alleen bij Ab tegen Ron werd niet geofferd. Ab speelde –beetje tegen zijn gewoonte – een heel behoorlijke opening. Het duurde lang voor Ron er een heel klein beetje voordeel tegen kon bereiken. Hij deed niet moeilijk, ruilde de dames bij zet 6, en rekende erop dat zijn tijd nog wel komen zou. Hij won inderdaad een pion bij zet 18. Maar daarmee werd het nog steeds niet simpel. Pas bij zijn sterke zet 29. werd het Ab te machtig. (zie diagram en analyse bij Highlights)  Met een betere zet had hij misschien ook wel verloren, maar dan was het nog een lange zitting geworden. Maar hij onderschatte de kracht van zet 29, en toen had Ron niet veel tijd meer nodig om de buit binnen te halen.  Toch was Ab was best tevreden : “Ik ben in ieder geval niet opgerold!”

Highlights

Genialiteit bij Paul-Jos

16Jos1

20. …  Pxc3 !?  Paul zal gedacht hebben:   “???  Nou dat wil ik wel eens zien!” 21. Dxc3 Pxd4 !?

16Jos2

22. Le3! (22. Dxd4?? Lc5! ) Het zijn eigenlijk 2 paardoffers. Gebaseerd op de mogelijkheid om dan Lc5 te spelen. Het knappe vind ik, afgezien van de diepte van de combinatie, dat je stukken moet wegdenken om te kunnen zien dat Lc5 dan gedekt is door de dame en dat de d4-pion weg is, waardoor er een penning mogelijk is. En daar schreef ik al eens over. Dat vind ik het moeilijkst van het schaakdenken. Niet waar een stuk naartoe gaat, maar dat het dan weg is van de oorspronkelijk plek.  

Echter,  als wit het tweede paardoffer niet aanneemt, heb je slechts 2 pionnen voor het eerste paard. En Paul is natuurlijk niet achterlijk. Die ziet wat Komodo ziet: het tweede paard niet nemen en het grote voordeel van zwart is dan verdampt tot een klein voordeeltje. Dat zal ook wel meegespeeld hebben in het denken van de zwartspeler. ‘Als het toch niet goed uitpakt, zal ik vast nog wel remise hebben.’

16Jos3

Volgens Komodo handhaaft zwart toch ondanks een kleine materiële achterstand wat voordeel. Daartoe moet hij nu gewoon spelen  22. …. Pxc2

Bij voorbeeld: 22…Pxc2 23.Dxc2 Lxg5 24.fxg5 Dxe5 25.Lf4 Dc5+  met 3 pionnen voor zijn stuk

Maar Jos blijft – ten onrechte- jagen op groter wild.

22…Ta3 ‘Nu moet je echt even ophouden’, denkt Paul. Ik ga echt niet alles geloven!” 23.Dxd4!


16Jos4

Txe3! Mooi allemaal. 24.Kh2!    (24.Dxe3?? Lc5! Daar issie weer! Leuk!!)

24…Dc6   En nu schijnt zwart toch voldoende compensatie te hebben om de stelling met slechts 2 pionnen tegen een stuk als remise te laten taxeren. En dat wordt het 5 zetten later dan ook.  Wat een schitterend partijtje! Vooral van de kant van Jos, maar  vlak het aandeel van Paul ook niet uit!

Peter-Herman

Het paardoffer dat niet wordt geaccepteerd:

16Herman1

20 ….  Da3!! [tja, dan staan er 2 witte stukken in. Het beste is nu 21. Tb3 maar na Pxb3  22.cxb3 Dc5 staat zwart op winst! (  – 3.25    Een kwaliteit voor, en die pion op b6 gaat er ook aan. Dus   –+ )

21.Db1? en nu vergeet Herman het paard te slaan, middels 21. … Dxc3 en speelt Pxe2+?? waarna het aangevallen paard ijlings de benen kan nemen    22.Pxe2!  Jammer, maar helaas.

Een verkeerd pionoffer:

Stelling na  38.g4 f4?  [38…Txb6 waarom niet?   -+    (-2.05, voor zwart dus) ]  39.Tb1


16Herman2

39.Tb1 e4?? Een niet functionerend pionoffer. Hier pas verspeelt zwart de winst echt.  [ beter 39…g5! 40.Tb5 Ta8! 41.Txc5 Txb6 ]  40.fxe4 Tf7 41.Tb5! f3? [41…f5!?] 42.Txc5 f2en die vrijpion gaat zonder dekking gewoon verloren.

16Herman3

43. Tf1 Txb6  en na een later Kg2 is f2 ondekbaar. Resteert voor zwart een eindspel met 2 pionnen minder.

Ab-Ron

De uiteindelijke winst:

16AbRon1

30. g4??  c2  31. Tc1  Ta2  32. Ke2  La3! en die vrijpion kan nu alleen met een kwaliteitsoffer nog worden tegengehouden.  En dan wint Ron natuurlijk.

Ik heb de symbooltjes die een schaakprogramma produceert nog maar eens voor u op een rijtje gezet. U kunt ze gebruiken bij de nu volgende analyse. Er is vast wel iemand die daar baat bij heeft. Zie elders op de site bij “Analyse-symbooltjes”

Om beweging in het diagram te krijgen klik op de pijltjes die eronder staan of op de tekst van de zet die u getoond wilt zien.



eindcorrectie moet nog plaatsvinden.

Stand na ronde 15

Overzicht voor ronde 15, gespeeld op 21 januari 2019

Wit Zwart Uitslag
Bert Kuijer Peter van Putten 1-0
Martin Zwaneveld Ron de Vink ½-½
Gerrit van Dok Ab Hauer 1-0
Paul Verkooijen Herman Zwaneveld 1-0
Jos Lohmann Afwezig met geldige reden
Koen van Lankveld Afwezig met geldige reden
Frank de Geus Afwezig met geldige reden
Mathijs de Groot Afwezig met geldige reden

Ranglijst bijgewerkt t/m ronde 15

Nr Naam Punten Wa Gsp Gw Rm Vl Perc
1 Ron de Vink 187,33 18 15 7 8 0 73,3
2 Bert Kuijer 155,17 17 12 5 6 1 66,7
3 Jos Lohmann 141,33 16 13 3 7 3 50,0
4 Paul Verkooijen 136,83 15 10 6 2 2 70,0
5 Gerrit van Dok 133,33 14 15 7 3 5 56,7
6 Martin Zwaneveld 120,67 13 15 5 4 6 46,7
7 Frank de Geus 94,00 12 7 3 3 1 64,3
8 Ab Hauer 92,67 11 10 5 0 5 50,0
9 Peter van Putten 67,67 10 8 3 0 5 37,5
10 Herman Zwaneveld 66,50 9 12 0 1 11 4,2
11 Mathijs de Groot 56,67 8 7 1 1 5 21,4
12 Koen van Lankveld 23,00 7 3 0 0 3 0,0