Categorie archieven: Externe competitie

Ronde 7 Extern: Feyenoord – Go Ahead Eagles 5-0


Ext7StefanWEB Stefan, man of the match

Er zijn van die sportuitslagen die een verkeerde voorstelling van zaken teweegbrengen. De Rotterdamse voetballers ontsnapten in de eerste helft aan gevaarlijke uitvallen van hun Deventer tegenstanders, die niet echt onder de indruk waren van de laatste resultaten van de Kuip-bewoners, en er fris tegenaan gingen. Pas in de tweede helft ging het resultaat er draconisch uitzien. 5-0 En werd het dus toch wat men noemt een geflatteerde nederlaag.

Aris de Heer – Aartswoud2 2-6

had daar ook wel iets van. En nu heb ik het even niet over het gemis van goalgetter Pellè wegens een rode kaart voor onfatsoenlijk gedrag. Inderdaad om soortgelijke reden lieten topsterren bij Aris de Heer verstek gaan. Maar ook Aris de Heer moest het met de opstelling van een geduldige bankzitter (Joop bij ons) kunnen redden. Nee , ik bedoel het wedstrijdverloop.

Met verwisseling van zetten trok Jasper Selemeijer listig onze Bert in een soort Blackmar-Diemer-gambiet.

 7EXT

5 ….. exf3 6. Pxf3

Ron: "Hoewel het nergens om ging werd ik ook niet echt blij om de andere partijen. Bert liet zich in Blackmar-Diemer lokken. Dat is niet erg als je het kent. "

Maar m.i. was het voor Bert zowiezo niet erg. Aanvankelijk leek wit wel wat compensatie voor de geofferde pion te hebben, maar zeker niet meer dan bijna voldoende. Bij zet 19 ging hij er onzorgvuldig mee om. Tot zet 24 heeft zwart niks te klagen. Dan – maar dan is de openingsfase al lang voorbij – we zitten in de tweede helft – kiest hij een wat mindere en trekt wit naar voren. De zwarte achterhoede komt licht onder druk te staan. Een paniekreactie van een centrale verdediger (kwaliteitsoffer: 25 … Txd5) leidt slechts tot grotere problemen. Maar om nu te zeggen dat er fraaie doelkansen worden gecreëerd, nou nee. Een puntendeling hoort nog zeer wel tot de mogelijkheden. Doch (pas) bij zet 33, zenuwslopend dicht tegen het einde van de reguliere speeltijd, raakt de zwarte verdediging het kalme overleg kwijt en wordt nog slechts met lange halen uitverdedigd. Een verkeerd plan in tijdnood. Zwart doet daarmee zichzelf alsnog de (club)das om. Een wel een beetje verdiende, maar toch ook weer niet superverdienstelijke, overwinning van wit. Zwart kon best met opgeheven hoofd het speelveld verlaten.

Iets dergelijks bij Paul. Die kiest tegenwoordig wel vaker -vorige week nog- een voor hem experimentele opstelling tegen het Siciliaans, met een extra aanvaller op het middenveld. 3.c4!? Ik verdenk onze tegenstanders ervan dat ze waarnemers op onze tribune hebben gezet (idioot groot aantal bezoekers van onze website vorige week!) en dat Michel Verweij zich voorbereid had. Hij speelde de door mij vorige week aanbevolen overgang naar een soort (want pion op c4) Draak. Wegens gebrek aan ervaring ermee begon Paul wat te rommelen, en grijpt zwart het initiatief. Ook bij Paul dan maar een kwaliteitsoffer, maar bij hem wèl zinvol. Die mooie zwarte Draak-loper geruild tegen een nog inactieve toren. Echter, bij zet 20. pakt hij , naief als hij kan zijn, een pionnetje mee vlak bij de hoekvlag, daarmee onvoldoende lettend op een paard dat stiekem het speelveld had betreden, en op zijn beurt een pion onder zijn hoeven dreigde te vertrappen. Gelukkig overzag zijn tegenstander dat hij op zijn beurt met een kwaliteitsoffer duidelijk voordeel had kunnen bereiken. ( 21. …. Txc4 22. bxc4 Pb3) Nu werd de knol voor hij verdere schade kon uitrichten door aansnellende terreinknechten van het veld verwijderd. Ook hier resteerde nu, net als bij Bert, een stelling met kwaliteitje achter tegen een pion. Nog lang niet duidelijk. Maar dan ….  de openingsfase is al lang voorbij, we zitten in de tweede helft, de stelling is totaal gelijk, en – alweer- een puntendeling gaat tot de mogelijkheden behoren. Wit denkt ten onrechte zijn tegenstander op eigen helft te kunnen vastzetten met druk over de zwarte velden en verspeelt daarbij twee keer achter elkaar de bal en biest dan zijn tegenstander de gelegenheid voor een prachtig ogende razendsnelle counterattack.

7ExtPaul

28 …. f4! 29. g3? Tf5!

Dan is de wedstrijd gespeeld. Ernstig geblesseerd moet de belangrijkste speler van wit (de dame) naar de kant. Paul geeft op. Een leuke slotactie van de Aartswouder, maar echt een smetteloze overwinning, nou nee. Toegegeven, ook wit kon hier niet echt met opgeheven hoofd het speelveld verlaten.

Ext7MartinWEB   Martin als Houdini (de boeienkoning dus)

Martin stond tegen Marcel Kuiper, na een vreemde Siciliaan zonder e4 ( tactisch plan van hun trainer?) en zonder Pf6 (te korte warming up? ) al na zijn 6e zet compleet verloren. (Houdini: +- ( 3.38) ) "Ja, inderdaad, chaos" en hij glimlachte verontschuldigend naar me. De zwarte spelers liepen elkaar in de weg, de zwarte koning was veel te ver uit zijn doel. Gelukkig waren de witten kennelijk ook zwaar geschrokken: al direct op winst, luttele minuten na het eerste fluitsignaal. Ze deden aanvankelijk absoluut, volkomen, totaal niets, met hun ongelofelijke veldoverwicht. In wanhoop probeerden de zwarten het maar met een valletje. Een valletje van niks. Ze deden namelijk ook nog een pionnetje in de aanbieding. Speculeerden op de luie hebzucht van die jonge verwende profs aan de overzijde. Die dachten dat ze al gewonnen hadden. Verder te beroerd om zich nog in te spannen. De witte fans ergeren zich daar regelmatig aan. En verdomd, ook deze veel te goed betaalde gozers liepen niet, maar wel erin! Het thuispubliek op de tribune veerde overeind:

 7ExtMartin

Want na 9 …. Pe7 kwam 10. Dxf7? ( i.p.v. 10. c3 of 10. Ld3 ) en na Dxe4 11. Le2? (Le3!?) Dg6! kregen de zwarte fans weer moed. Weliswaar was nu na 12. Dxg6 hxg6 beter dan het gespeelde Pxg6, maar toch. Zwart "was weer terug in de wedstrijd". Martin speelde verder verbazend goed. Zocht activiteit voor zijn stukken. Kreeg nu zelf veldoverwicht. Wit werd tot een afwachtende houding op eigen speelhelft gedwongen. Na zet 25 geeft Houdini: "gelijke stand"! Hoe is het mogelijk? Weliswaar zijn er twee licht geblesseerde pionnen op de damevleugel, en heeft wit nog twee lopers in het veld, maar voorlopig zijn de zwarte paarden nog fitter, de zwarte torens sneller, en zijn de zwarte pionnen sterk aanwezig op het middenveld.

Bij zet 27 mist zwart een kans voor open doel (kwaliteitswinst na 27. … , Pe3!) met minstens een prachtige kans op puntendeling.

Nu gaat zich de geweldige krachtsinspanning van de eerste helft wreken. De vermoeidheid begint – ook nu, akelig dicht bij het einde van de reguliere speeltijd- een rol te spelen. Na een mindere 28e zet is er nog niets verloren, na de 30e zet is er weer een leuke kans (….. Pf4!) voor zwart, waarna een witte loper om pionverlies te voorkomen voortijdig zou moeten worden vervangen en wit dus zijn later wellicht sterker wordende loperpaar zou missen. Maar de zwarten lopen inmiddels op hun tandvlees, de reservebank is leeggeraakt, geregeld moeten spelers met kramp worden behandeld, en dus wordt ook een unieke kans bij zet 31 gemist.

7extMartin2

De zwarte flankverdediger schiet naast voor open doel.  31. …. Pe3 schaak, en na Pxd1 gaat wit hoogstwaarschijnlijk verliezen.

Na 31 …. Pf5 ?? 32. Lf2+ !! Pe3 33. Kd2 verliest zwart een kwaliteit of een stuk.

Maar ook de opgeveerde verwende jonge witte profs blijken overmoeid. 32. Lxf5?? en na …. Pe3+ en Pxf5 heeft wit vrijwel niks meer. Maar de zwarten strompelen nu over het veld, want ook deze derde kans wordt gemist. Na 31. … Pxc3 blijft zwart een stuk achter, en dan kunnen dus zelfs deze zwaar overschatte en overbetaalde witte ventjes nog wel winnen.

Dat waren dus nu al drie lichtelijk geflatteerde overwinningen voor de gasten.

En we gaan nog even door! Frank past ook in dat rijtje. Met dit verschil dat zijn zwarte team al vrijwel direct gelijkwaardig was aan dat van de tegenstander. Dat speelde wat te gemakkelijk 'tiki-taka' (Barcelona) tegen een wat gevarieerde Svesnikov. Omdat zwart eerst 4. …. a6 speelde in plaats van Pf6 is 5….. e5 eigenlijk wat te vroeg (dus met het paard nog op g8)

7extFrank1

omdat nu wel 6 Pf5! gespeeld kan worden. (Wat na 4…. Pf6 5. Pc3 e5 6. Pf5? niet kan wegens 6 …. , d5! en nu kan Dd1 niet slaan op d5, want er is geen paard dat haar dat belet)

Maar wit kijkt niet verder dan zijn Svesnikov-neus lang is en speelt 6. Pf3. (Dat is natuurlijk wel een voordeel van 4 …. a6, dat nu het geijkte Pdb5 niet kan.) Nu staat zwart na 6 ….. Pf6 7. Ld3? (weer tiki-taka) heel bevredigend. Mogelijk beginoffensiefje van wit is verdampt. Een bevrijdend … d5 zit in de lucht. De 15e zet van Frank is wat minder, maar wit profiteert niet. 23e zet idem. Integendeel, wit gaat in de aanval, de witte verdedigers overschrijden de middenlijn, en verwaarlozen hun defensieve taken. Wat Frank haarfijn aantoont. Bij zet 29. dreigt wel even grote narigheid als de centrale verdedigster uitglijdt in het strafschopgebied

7extFrank2

29 …. , Dd6?? 30. Th8 + Lxh8 31 Dxf7+ Lg7 32 Dg8 mat. Maar wit ziet het niet, haalt beide dames van het veld (30.Dxd6? Txd6), en dan is er niet veel meer aan de hand. Zwart blijft iets beter staan, krijgt ook nog een kans voor open doel maar – ook hier: akelig dicht bij het einde van de reguliere speeltijd- het schot mist richting (35. ….. Pc1 i.pv. 33 …. Pf4). De stand is daarna ongeveer gelijk. Wit speelt door, maar niet alleen maar om onsportief van een gunstiger stand op de klok te profiteren. De stelling is nog interessant, lastig en beide partijen zouden nog kunnen winnen. Als het onherroepelijke eindsignaal klinkt, werpen enkele zwarte spelers zich wenend ter aarde. Hoe is het mogelijk dat deze partij toch nog verloren ging? Zo gaat het soms in de sport. Zelfs de fans op de tribune applaudiseren. Aan strijdlust heeft het de zwarten niet ontbroken. Ook niet aan kwaliteit. Maar ja. Wel aan een beetje geluk.

Viel bovengenoemde teamleiders al weinig te verwijten, de overige vier kunnen we alleen maar loven.

Joop hield lang kranig stand. Diep geconcentreerd tuurde hij op het bord. Hij keek maar één keer op. Om mij een gemene blik toe te werpen. (Terecht, ik begreep hem. ) Hij moest tegen een tegenstander met ongeveer 500 Elo-punten meer. Diep geconcentreerd lukte het hem om twee uur lang niets cadeau te doen aan zijn opponent. Die had wel heel veel geduld nodig. Eindeloos de bal rondspelen, en maar wachten op een misser. En ja, die kwam. Een ongelukkige situatie, gevolgd door een schot in eigen doel. Jammer, maar helaas.

Ext7Joop1

Joop kon het plezier er wel van inzien. Zijn tegenstander ook. Wij ook.

 

Zelfs Ron reageerde vol waardering: Pa Kuijer deed het lange tijd best goed. Helaas is de partij op mysterieuze wijze uit mijn kamera verdwenen. Geeft niet, we weten zo ook wel dat Joop zichzelf overtrof. Waarschijnlijk was ook de sensor zo onder de indruk dat hij vergat deze prestatie vast te leggen. Opvragen aan Joop kon niet, want die had niets genoteerd. Zijn tegenstander(Ron Vlugt) vond dat niet erg. Ook een aardige man dus! 

Aan Gerrit lag de dikke nederlaag ook niet. Hij kreeg een Orang Utang – opening (Sokolsky) voorgeschoteld. (1. b4) Toevallig een van de weinige openingen waar hij zich zelf wel eens theoretisch mee heeft beziggehouden. ("Openingentheorie? Daar heb ik zo'n vreselijke hekel aan!") Maar na drie zetten is zijn tegenstander al uit database PowerBook 2014. Geeft niet, Gerrit kan wel zonder.

7ExtGerrit1

Na wit's vreselijke 15e zet (Pa4) kan hij een prachtige assist geven. (Een stuk winnen of twee pionnen! 15 …. cxb5 16. cxb5? Lc2!) Die ziet hij even niet staan (15 …. Td8?), maar het loopt evengoed nog even best aardig. Echter, dan stokken de combinaties. Onnodig balverlies. 15 …. Td8 16. Db3 cxb5? 17. Dxb5 Lc2 18. Pxe5 Wit wint een pion. Bij de 21e zet geeft hij wit de gelegenheid om naar een veelbelovend eindspel af te wikkelen met een pion meer, een betere pionnenstelling, en het loperpaar. Die denkt dat het mooier moet kunnen, gaat pingelen, en loopt zich vast op de zwarte verdediging. Toch blijft zwart onder druk. Dat mannetje minder op het veld mis je toch. Wat wit niet weet, is dat Gerrit in de slotfase pas echt plezier in het spelletje gaat ontwikkelen, vooral als hij achter staat. Ron Vlugt (1736 (zijn Elo, niet zijn geboortejaar) ) moet na veel gedoe met zware stukken proberen een eindspel te winnen met alleen Dames en pionnen aan dezelfde kant van het bord (4 tegenover 3) . Dat is lastig. Voor iedereen, dus ook voor Ron. Zo'n dame duikt steeds weer ergens anders op, trekt zich niets aan van straatverboden, en blijft die koning stalken. Moedeloos geeft wit die pion dan ook nog weg. Dan is het remise. Gerrit glundert. "Ik had het wel moeilijk" Destemooier zo'n gelijkspel. Ron V. zal aan het eind van de avond niet al te vrolijk in de spelersbus zijn gestapt.

Voor onze eigen Ron stond er aan het eind van de avond geen comfortabele spelersbus. Nijdig in zichzelf mopperend beende hij naar huis.

Ron: "Ik zal gelijk maar reageren. Ik vind dit dus BALEN! Dit is nu precies de reden dat ik vroeger gestopt ben met schaken. Speel je een goede partij -weer bracht de London iemand in problemen- , was blij de tijdcontrole gehaald te hebben, maar verklooi je het op zet 37! "

 7ExtRon1

"Zat daar te bedenken dat ik c6 en d5 moest spelen, dacht dat de volgorde niet zoveel uitmaakte, maar toen ik 37. c6deed, zag ik direct dat dan 37…, Te6 kon. Weg mooie dubbele vrijpion. Na eerst 37. d5 kunnen de pionnen niet gestopt worden, hij kan wel beide pionnen winnen ten koste van zijn loper, maar dat is natuurlijk ook niet voldoende. Hun eerste bordspeler zei dat hij gezien het partijverloop lange tijd een 0 voor hen ingecalculeerd had."

"Ik had dus met een klein trucje met zet 32 pion c6 gewonnen en daarna is het normaal gesproken m.i. uit. Moet je wel natuurlijk nog wel even nauwkeurig blijven spelen. Wijt het ook aan vermoeidheid."

Desondanks, aan onze debacle was Ron natuurlijk al helemaal niet schuldig. Zonder zijn professionele keeperswerk was het alleen maar nog erger geworden.

Waar het zeker ook niet aan lag, was de man van de match: Stefan. Ons enige licht- en winstpunt. Ron: "Stefan zag ik weer eens goed spelen, die jongen moet gewoon vaker komen."

Er zijn sporters die af en toe even moeten stoppen, om daarna nog sterker terug te komen.

Bij zo'n optreden van Stefan moet ik altijd denken aan Marco van Basten, die na een poosje verhinderd te zijn geweest op een EK de sterren van de hemel speelde. (1988 Met het Nederlands landenteam dat notabene Europees kampioen werd. )

Hoe ook Stefan zich nu weer over het veld bewoog, die elegantie waarmee hij elk uitgestoken been ontliep, slidings ontweek, de knapheid waarmee hij zag waar de zwakke plekken van de tegenpartij waren, en natuurlijk die techniek om zo schitterend te scoren! Prachtig. Bijna kunst.

Zelfs qua uiterlijk lijkt Stefan een beetje op van Basten. Ja, vind ik wel!

Al bij zet 1 probeerde Stefan (wit) zijn tegenstander in de war te maken. 1. Pc3 (De Van Geet opening. De bedoeling is om de witte openingskeuze nog even uit te stellen, en af te laten hangen van zwart's eerste zetten.) In dit geval werd het een Philidor. Waarin Stefan zich veroorloofde op d4 met de dame terug te nemen. En om die dame op de diagonaal a1-h8 te kunnen handhaven offert Stefan zelfs met Lb5 zijn loperpaar op. Zo te zien niet zo'n slecht idee. Toegegeven, zijn tegenstander is niet te beroerd om Stefan daarbij een handje te helpen. Hij verzuimt bijv. bij zet 12 te rocheren. Ja, daarna hoeft het niet meer. Na zet 14 staat Stefan al bijna op winst, en bij zet 16 al helemaal. Hij wint een stuk. Ron van Putten wordt gewoon van het bord geblazen. Maar ja, Stefan moet dan toch wel steeds de beste zetten doen.

 7ExtStefan1

16. Pb3 c4 17. Pc5 Dc6 18. Pxe4

En ook hierna doet Stefan dat dan ook voortdurend. Krakend storten de resten van de zwarte ambitie in. Bij zet 21 zou zwart al kunnen opgeven. Hij doet dat niet. Bij zet 24. maakt S. met mat een eind aan zijn lijden. Een miniatuurtje dus.

6-2 voor Aartswoud2.

Ik vind echt: het lijkt veel erger dan het was. Eerlijk is eerlijk, ze waren sterker, maar dat wisten we van te voren.

Al met al mogen we niet ontevreden zijn met ons eindresultaat in dit competitiejaar: een vijfde plaats in de tweede klasse, in de middenmoot. Nooit echt in degradatiegevaar verkeerd. Ik heb de indruk dat Aris de Heer sterker is geworden. Marko, Frank en Martin zijn verder gegroeid. Ron was een duidelijke versterking van onze top. De anderen werden zeker niet zwakker. De toekomst ziet er zonnig uit.

Als we nu ook nog eens een paar aanstormende talenten zouden kunnen strikken! Feyenoord haalde jonge talenten uit Brazilie. Is dat geen leuk idee voor ons?

31-03-2014 Aris de Heer  – Aartswoud 2                2-6    
1   Bert Kuijer  1776  –   Jasper Seelemeijer  1921 0-1
2   Ron de Vink  1996  –   Tobias Hendriks  1867 rem
3   Martin Zwaneveld  1682  –   Marcel Kuiper  1782 0-1
4   Paul Verkooijen  1768  –   Michel Verweij  1800 0-1
5   Frank de Geus  1682  –   Gerco Stapel  1764 0-1
6   Stefan Vink  1610  –   Ron van Putten  1726 1-0
7   G. van Dok  1609  –   Ron Vlugt  1736 rem
8   Joop Kuijer    –   Lukas Boots  1704 0-1
   1731    1787  

 

Uit de degradatiezorgen na ruim uitgevallen zege op Caïssa-5

 

Te ruim? Gerard Groot verklaarde dat Caïssa-5 vooral bestaat uit spelers die vorig jaar in Caïssa-6 speelden. Dus dat hun team veel te hoog was ingedeeld. Natuurlijk, onze gemiddelde ELO is bijna 200 punten hoger. Maar het was toch al heel laat op de avond dat het echt duidelijk werd dat we deze voor ons heel belangrijke wedstrijd gingen winnen. Het Hoornse team vocht dapper, en hield dat heel lang vol.

Het begon goed voor ze. Tuinstra (tot nu toe 0 uit 3) strafte een luchthartigheid van Marko (wit) af. Die stond bij de 14e zet nog uitstekend, kon op de 15e een pion winnen, maar was te slaperig om 3 zetten vooruit te rekenen. Of hij was bang voor een vergissing onderweg. Hier blijkt dan een wekenlang zorgvuldig opgebouwd gebrek aan zelfvertrouwen. Marko is dus 'uit vorm'.

  Ext5Marko1

Zwart's laatste zet (Ph5) was fout. Wit maakt grote vorderingen na 15. Pxe7+ Dxe7  16. Lxd6!  Pxg3 17. Lxe7 Te8  18. Lxc5. Wit verliest dan de pion op e4, maar heeft dan toch een pion gewonnen. Marko speelde 15. Dg4 . Jammer maar nog geen man overboord. Bij de 23e zet maakt in lastige stelling wit een verkeerde keuze en komt een beetje onder druk. Hoeft tegen een Tuinstra nog geen ramp te zijn.

Maar dan komt er zo'n typische Marco-zet. Althans de laatste weken. Zo rond 22.00 uur. Slaap?

  Ext5Marko2

Hij kijkt weer niet een zet verder dan zijn neus kort is.  27. c4 ??  En Tuinstra ziet het wel direct. Hij heeft natuurlijk wel zo'n krappe 40 jaar schaakervaring bij Caïssa. b5! en na 28. cxb5 axb5 moet het paard op a4 weg 29. Pb6 (het enige veld) en kan veld c3 niet meer gedekt worden. Nu dreigt Lc3 en bovendien raakt het verdwaalde paard op b6 in ernstige moeilijkheden. Dat ziet Marko nu wel (te laat) en probeert het met een noodsprong 28. Txe5 Maar met een eenvoudiger stelling, een kwaliteit voor en een wit paard op b6 in trouble lukt het Tuinstra  om te laten zien dat hij best wel een beetje kan schaken.   0-1

Marko uit vorm? In vredesnaam, gewoon door blijven schaken Marko. Het gaat vanzelf over.  Wij hebben er nog veel vertrouwen in!

Gelukkig hebben we er ook één die langzamerhand flink boven zichzelf uitstijgt. Gerrit.  Maakt niet uit of hij zwart of wit heeft. Hij doet me af en toe aan Lodewijk Prins denken. Streeft niet naar voordeel in de opening. Komt later wel, desnoods in het eindspel. Ooit vertelde Tabe Bas me dat hij tegen Lodewijk Prins altijd heel aardig mee kon. Maar dat die dan op vereenvoudiging en een eindspel aanstuurde, en dat dan altijd van hem won!

(Uit Wikipedia:     Lodewijk Prins (Amsterdam, 27 januari 191311 november 1999) was een Nederlandse schaker (grootmeester). Hij verzorgde jarenlang de schaakcolumn van Het Parool. Hij speelde soms een eigenaardige opening die alle schaaktheorie tartte. De openingszetten 1.e4 c5 2.Pf3 Da5 speelde hij zelfs op zware toernooien met afwisselend succes. Prins won in 1948 het Hoogovenstoernooi. In 1965, 52 jaar oud, werd hij schaakkampioen van Nederland. J. H. Donner reageerde hierop door te zeggen dat Prins geen paard van een loper kan onderscheiden, een verwijzing naar eerdere polemieken tussen hen over het loperpaar.)

En ook doet Gerrit me soms denken aan ene Carlsen, die daar zeer recentelijk wereldkampioen mee werd. Waarom Gerrit niet? Nou ja, een beetje te oud.

Een beetje simplistische opening. Licht nadeel. "Geeft niet. Als ik het maar snap."  Gerrit (zwart)  staat toch bij de 18e zet alweer gelijk. Er gebeurt niets. Afruilen maar weer. En zoals zo vaak al gauw een geweldige voorsprong in tijd. Bij de 30e zet denk je: Wat moet een mens hier nog mee? Dat wordt natuurlijk remise.

 Ext5Gerrit1

 Niks aan de hand. Nou ja een wit dubbelpionnetje op b3. Er gebeurt tien keer niks. Nou ja,  koningen centraliseren. Voorzichtig een pionnetje opspelen.

En als je dan bij de 49e zet geeuwend nog een keer gaat kijken …….

  Ext5Gerrit2.

staat wit compleet verloren. Hij verliest de pion op c4. Moet de torens ruilen. De zwarte koning staat veel beter. En voor wit  dreigt ook nog tempodwang.  Na 49. ……. Txc4 50. Txc4  Kxc4  51.   Kc2 kondigt  Houdini mat aan in in 16 zetten. Grappig, maar volslagen onbelangrijk natuurlijk.  Gerrit hoeft niet verder te denken dan aan promotie. 51 …. , c6   Eitje!  (….  Kd4  …..d5  Brrrrr )

Gerrit:  "Na 59 zetten konden de stukken weer in het doosje. Had nog ongeveer 33 minuten op de klok staan."    Hoe is het mogelijk!?!?

Ron:  "Van de andere partijen kreeg ik mee dat iedereen eigenlijk wel goed speelde behalve Marco, en dat Gerrit  weer eens ijzersterk een toreneindspel in winst wist om te buigen. Die is echt in topvorm nu. "

Bert was snel vanavond.  Gerard Groot, met tijdelijk een lagere ELO dan we van hem gewend zijn, ten gevolge van een intussen overwonnen dip, slaagde er niet in zijn vorige remise tegen Bert's Konings- Indisch te herhalen. Hij wilde doen wat er van wit tegen die opening verwacht wordt: aanvallen op de damevleugel.

 Ext5Bert1

Ik leerde al in de sixties dat je in deze stelling eerst 12. b3 moet spelen, en daarna 13. a3 gevolgd door eindelijk 14. b4. Gerard dacht dat dat sneller kon:  12. a3 om te ontdekken dat er na 12 … , a4! niets van het b4-plan terecht komt.  Stand ongeveer gelijk. Op de 19e zet denkt Gerard een prachtig veld te hebben voor zijn paard.

 Ext5Bert2

19. Pc6  Bert toont aan dat de kracht van dat paard op c6 maar schijn is. Het doet daar eigenlijk niks. Bert gaat geduldig en langdurig druk zetten via een open lijn op de witte koningsstelling. Op de 33e zet begint wit tekenen van stellings-erosie te vertonen. Maar het moet allemaal nog net een beetje kunnen.

  Ext5Bert3

Bij zet 34. bezwijkt wit dan toch echt. Blundertje. Misschien speelde zijn klok hier ook een rol. 34. gxh4  vergeet de dekking van f4 en dat vraagt om grote moeilijkheden. …..  Dxf4+  36. Kh1 Dxh4 37. Txg7 Dxh3 mat. Een rechtlijnige, geduldige overwinning van Bert.

Ron:  'Ik "baalde" wel dat ik Bert zag winnen, omdat ik dus toen ook wel moest winnen.' En het zou nog heel lang duren voor het zover was. OK. 2-1. Maar toch. Het is intussen 22.00 uur. En erg duidelijk is het nog niet. Het kan laat gaan worden vanavond.

Eddy dacht dat hij een veel zwakkere tegenstander zou treffen en vond dat hij zijn Blackmar-Diemer-gambiet maar weer eens van stal moest halen. Een slechte opening, maar wel leuk. Vooral tegen mindere tegenstanders. Geen zin in een lange avond zwoegen. Hopend op een snelle kortsluiting in de vijandelijke regio. Daar leek het wel op.

Eddy:  'Hij deed het m.i. niet erg gevaarlijke 3. …. e6. En een vreemd 5 …. h6. "Makkie" dacht ik. Ik speelde heel goed (volgens Houdini). Maar het resultaat viel toch tegen. Je staat nu eenmaal een pion achter. Ik deed niets fout. Rond zet 10  kon ik mijn gambietpion terugkrijgen, maar dat was het dan wel. Niks leuke ingewikkelde aanval. (Te veel stukken -noodgedwongen- geruild. Nee, helaas, hij was zo slecht nog niet.) Rond zet 20 raakte ik in problemen. Rond zet 25 vreesde ik te gaan verliezen. Ik begon ook al een beetje in tijdnood te raken. Zoals zo vaak gaat m'n tegenstander dan sneller spelen. Een foute taktiek. Ik win een pion. Rond de 28e zet begaat hij een onnauwkeurigheid. Ik won nog een pion.

  Ext5Eddy1

Op 28 …. Lf7 volgt  gewoon 29. Lxf5. Na Lxe6 komt 26. Lxe6 en wit wint de kwaliteit terug. Ik haalde de tijdcontrole. Hij bleef snel spelen. Ik bleef denken. Tsja ….  een toreneindspel. Ik houd daar niet van. Dus het bleef lastig. Maar ik deed het wel goed. Toen ik in de fatale fase nog vier minuten had, en hij nog 25 stond hij inmiddels in een pionneneindspel 4 pionnen achter. Dat had ik in vier minuten op mijn sloffen gered. Hij gaf op. Maar riant was het niet."

We waren intussen al drie uur verder, het is 23.15 uur, de stand 3-1 voor ons, maar echt zeker zijn we nog lang niet. "Jullie halen dat puntje nog wel" fluisterde Gerard Groot me toe. Maar we moesten niet gelijk spelen, we moesten WINNEN!! Weg uit de degradatiezone!

Ik probeerde het met het blote oog een beetje te begrijpen  (U weet: zonder computer zie ik niks meer.)  :Martin leek beter te staan. Een kwaliteitje voor. Maar ja …. Martin!  (Hoe later op de avond, hoe schoner vergissing.) Stefan stond wellicht gelijk maar wel iets actiever. Paul  leek een stuk te gaan winnen, maar daar leek zijn tegenstander absoluut niet aan te willen meewerken. Ging dat wel lukken? Zat Paul zijn grote voordeel hier te vergokken? Ron stond natuurlijk wel behoorlijk, gevaar liep hij niet, maar echt opschieten deed het daar ook niet.

Heel laat op de avond volgde de verrassende en bevrijdende ontknoping.

Stefan  (zwart) liet zien een onmisbare schaak-zzp-er te zijn. Met een Siciliaan met direct 4…. , e5 (Kalashnikov)  i.p.v. eerst Pf6 (Sveshnikov) verkreeg hij snel gelijk spel,

  Ext5Stefan1

 omdat wit de amateuristische fout  5. Pxc6 maakte. Na …….   bxc6 heeft zwart geen problemen meer in zijn centrum. (De beste zet is hier  5. Pb5  ( …..  d6  6. Pc3 (of c4) a6  7. Pa3 b5 8.Pd5)   Ook 5. Pb3 en 5. Pf3 (Paul) zijn voor de echte kenner niet verontrustend.)

De stand is ongeveer gelijk en dat blijft het lang.  Wit wordt opgescheept met een dubbelpion, maar dat lijkt niet rampzalig. Maar bij zet 21 volgt het thematische d6-d5. En daarna weet wit het niet zo goed meer.

  Ext5Stefan2

Na 22. De1?  e4!  23. Td4 Taf8 24. Tb4? Dc5 is het toch leuker achter de zwarte stukken. Het zwarte voordeel groeit als gras. Bij zet 26 staat het volgende moois op het bord:

  Ext5Stefan3

Stefan verknoeit hier zijn voordeel bijna volledig met  26 …. , T6f7?

Wat dacht u van  het voor de hand liggende 26 … , Txf2!  ( Materieel na dame tegen 2 torens nog ongeveer gelijk maar die witte pionnenstelling blijft problematisch) of het rustige 26. …. h6  (Tijd voor eerst een vluchtgaatje. Tarrasch: " Was ist ein Mensch ohne Ventil ?") Gelukkig doet wit bij zet 28 alweer afstand van zijn gelijke stand. Stefan krijgt weer licht voordeel, maar winnen …..? En de klok gaat een woordje meespreken. Maar direct na de tijdcontrole laat Stefan pas goed zien wat hij waard is. Zijn tegenstander zit ten onrechte nog een beetje uit te blazen  (Ziet eruit als een gelijke stand. Zal wel remise worden) Maar zwart doet de ene krachtzet na de andere.

  Ext5Stefan4

En de mooiste is 38 ……… ,  Df6!    En die pion op d5 dan? En Da5-d8 dan?  Dreigt dat ook niet van alles? Welnee! 39.  Da4  Alles is hier fout! Kijk zelf maar! 39 ….Df3 en wit geeft op. Mat is niet te verhinderen.

Knap hoor. Maar toch ook wel : heel lang volgehouden door de Caïssaan.

En nu is het al bijna half twaalf en staan we nog pas op 4-1.  Gelijkspel nog mogelijk?
 

Maar we zitten inmiddels in de sudden-death-fase en nu gaat het hard.

Net als Stefan speelde Martin  (zwart) een Kalashnikov.  Maar zijn tegenstander verkoos 5. Pb3  (zie diagram 1 bij Stefan). Na  Pf6  6. Pc3 Lb4 (Juist! En nu heeft zwart al geen echte problemen meer) 7. Ld3    (voor de hand liggend, maar Ld2 is iets beter, en Lc4 leuker)

5ExtMartin1 5ExtMartin1

Hier geeft de theorie  7 …. d5.   (PowerBook 2014 geeft 16 partijen met  7 …. d5  en slechts 1 met 7 …. d6. )  7 … d6 is wel speelbaar, maar zwart maakt het zich dan lastiger. Die achtergebleven pion en het veld d5 moeten bewaakt worden.  Toch is de stand na 8. Ld2 0-0  9. a3 Lxc3 10. Lxc3 gelijk. En alsnog kan nu 10 …. d5. En weer ziet Martin er van af.

    5ExtMartin2

Hij speelt het hoogsteigenaardige 10 …. , Pg4 dat smeekt om 11. (of 12) h3. Wit maakt er geen haast mee (waarom niet?) en speelt 11. 0-0, waarop zwart het nog merkwaardiger 11. …… , Dh4 uit de hoge hoed tovert. Hij hoopt toch niet op een mat in één. Zo slecht is Caïssa-5 nu ook weer niet! 12. h3  Ph6 en nu geeft Rybka-4 :  flink voordeel voor wit (1.25)

Martin : " De keuze om de koning te gaan aanvallen maakte ik omdat ik snel mijn stukken naar die vleugel kon bewegen. Veel sneller dan wit. Toch is mijn ervaring dat dit heel moeizame aanvallen zijn die zeer veel tijd kosten. En het bleef dan ook lang gelijk, alhoewel dat achter het bord natuurlijk niet zo wordt ervaren."

De waarheid is dat wit zijn voordeel weggooit bij zet 15.

   5ExtMartin3

Nu had wit tot alle prijs zwart's  15 ……   f5-f4 moeten voorkomen. Dus zelf 15. f4 spelen. Na het te langzame 15. Tae1  f4!  16. Dh2  (Wat een snert-plek. Dat kun je een dame toch niet aandoen! Sorry, maar het kan even niet anders!) is er van het witte voordeel niets meer over. De stand is nu inderdaad gelijk.

In het vervolg blijkt Martin duidelijk wat sterker dan zijn tegenstander.  Die bij zet 23 f3? in het nadeel raakt. Het resulteert in kwaliteitswinst voor zwart. Maar zwart heeft wel een loperpaar en zwart zit nog steeds met die achtergebleven pion op d6!  Had hij nu maar bij zet 7 …….  En al dat gezoek naar winst kost tijd. Bij zet 35 is er bijna geen voordeel meer over. Maar na de 1e tijdcontrole verovert zwart zich langzaam weer voordeel, en laat dat bij zet 41 opnieuw verdampen.

 5ExtMartin4

41….. Dc7?    (41 …. , g4!  42. hxg4  (42Kh2,  f3)  Tg6)   42. c3 en alweer is de stand gelijk. En weer knokt Martin zich naar voordeel, en weer ….. Tijdnood wordt weer een item. Het verhaal wordt eentonig. Maar bij zet 50 kan eindelijk de toren zijn overwicht aan de loper bewijzen. Nu lijkt de witte stelling in te storten. Maar de omstanders zien dat zwart toch nog steeds ook een probleem moet oplossen, te weten twee dreigende vrijpionnen op de damevleugel. Maar hij doet dat bekwaam. Bij zet 60 weten ook wij: dit kan niet anders dan een winstpunt worden. Zwarts vrijpionnen zijn veel gevaarlijker. 

 5ExtMartin5

Hè hè. Dat is de winst van de match. 5-1  Eindelijk. Bijna middernacht.

Als Paul zijn voordeel heeft vergokt is dat niet zo erg meer voor ons. Voor hem wel misschien. Ook een bêta kan gevoel hebben, bijvoorbeeld eergevoel.In een Najdorf- Siciliaan speelt Paul (voorspelde ik u hierboven al) zijn voorliefde  8. Pf3. Bij de 12e zet krijgt wit wat voordeel. Met wat hulp van de tegenstander weet hij dat te handhaven. Bij zet 24 krijgt hij de winst gratis aangeboden.

  5ExtPaul1

24. Lb2!  Nu staat de loper op e7 in. Als die vertrekt of geruild wordt hangt de pion op g5. En De5 dreigt natuurlijk met mat. Dit wordt te moeilijk voor zwart.  Maar Paul speelt 24. Txd3 met iets beter spel. Maar winnen ….?  Bij zet 33 krijgt hij een herkansing. En het lijkt erop of Paul het nu echt gaat afronden.

  5ExtPaul2

33. …..   Le7??  (La7!?)  en nu 34. De5!!   f6  (er is hier niet veel beters meer) 35. gxf6  Dh4+  36. Kg1 Lxf6 

   5ExtPaul3

Rybka geeft hier 37. Ld5+ met mat in acht zetten of  37. Txf6 met onafzienbaar wit voordeel. (14.75) Die laatste simpele dan maar:  37. Txf6 Dxf6  38 Ld5+ Kg7  39. De7+ met damewinst en snel mat. Of: 37. Txf6  Txf6  38. De7  Op 38. ……  Tf7 volgt nu op zijn minst damewinst, maar waarschijnlijk ook mat. Op 38. ….. Lf7 volgt 29. Lxf6 met damewinst,resp. mat. Enz. Enz.

Naar dit soort combinaties was Paul op zoek. Maar hij vond ze niet. Hij speelde 37 De6+ en dat is een stuk minder, maar nog steeds straal gewonnen. 37 …..  , Kg7  38. De7+ ( de loper op f6 staat gepend door La1) Tf7


  5ExtPaul4

En nu wint 39. Txf6 Txe7  40. Tf4+  Kg8  41. Ld5+  Lf7  42. Lxf7 en op de volgende zet gaat de  zwarte dame in de  kist en blijft wit een stuk voor.   (vooral niet 41. Th4??   wegens Te1+ (die is er nu nog)   42 Kh2  Txa1 en dikke kans dat dat remise wordt)  Leuk allemaal, maar ja. Zie dat maar eens als de klok luid in je oor tikt. (Doen ze dat nog tegenwoordig?)

Paul speelt dus 39. Lxf6+  ??  om na Dxf6! te ontdekken dat er geen sprake meer is van stukwinst. OK , wit staat wel nog steeds een fractie beter. Ik weet niet hoe het tenslotte met die klok precies afliep, maar zie wel dat Paul nog een kans laat liggen. Hoe hij nu uiteindelijk won, weet ik niet. Klok? Of blunder van de tegenpartij? Paul was duidelijk aangeslagen. Ik miste zijn geheimzinnige glimlach. "Ik dacht dat ik een stuk ging winnen" stamelde hij somber. Niet tevreden. Wel gewonnen.

Stand 6-1. OK.

En nu Ron nog. Die was de laatste. Hij hoefde niet meer te winnen voor de club. Maar wel natuurlijk voor zichzelf. En deed dat tenslotte dan ook. Hij speelde een keurige London. Robert van Dijkhuizen liet zich niet zomaar opknopen.

Ron :  "Wat mijn partij betreft. Ik heb dit zo nog niet eerder op het bord gehad, had het natuurlijk wel al eens bekeken."

Het bijzondere van Dijkhuizen's verdediging was het zeer snelle fianchetto van zijn dameloper.

  Ext5Ron1

"Maar wat mij nu opviel was dat hij heel vaak e5 dreigt en dat is nog gevaarlijker met een ongedekte loper op d3. Ik moet ook uitkijken met trucs met Dd5 die dan zowel mat als stukwinst kunnen dreigen. Zolang zijn b8 paard niet gespeeld heeft, is het ook lastig om te bepalen waar je dame het beste staat. Zowel op c2 als e2 (om de loper te dekken) kan zij dan helemaal verkeerd staan, zo bedacht ik mij tijdens de partij en dat kostte me behoorlijk wat tijd."

´Over 11. Lc2 was ik niet echt heel tevreden omdat het doorzetten van e5 dan uiteindelijk toch mogelijk blijkt en ik nog moet nakijken of ik dan wel beter sta of niet. In de partij gaat mijn tegenstander consequent verder en de vraag is hoe het na 16. De2 staat"

10  ….  Pc6  11. Lc2  Te8  12. Te1  Dc7 13. Tc1 Lf8 14. Lh2  e5 15. dxe5 dxe5  16. De2

 Ext5Ron2

Houdini vindt de stelling aanzienlijk beter voor wit.

16 …….  Pd7  17. Pg5  g6  18. Lb3  Te7 en nu offert Ron een kwaliteit. Ik vind dat allemaal toch wel heel  knap. 19. Lxe7 Txf7  20. Pxf7  Kxf7

Ext5Ron3

"Na het offer van 2 lichte stukken tegen toren en pion blijkt zwart het toch nog niet gemakkelijk te hebben vanwege toch de gaten in zijn stelling en zwaktes van e6 en f7. In onze na-analyse (met Bert) bleek de verdediging lastig."

  Ext5Ron4

 "We hadden hier beiden al behoorlijk wat tijd verbruikt. 24. b4 verhindert stukken op veld c5 en dreigt ook en passant wat. 24…, Pf6 was een blunder waar mijn tegenstander behoorlijk van baalde. 25. Pxf6 Lxf6  26. b5  Ik win dan vervolgens een stuk en sta dan een kwaliteit voor. De rest is dan een kwestie van techniek, waarbij ik aldoor op dameruil probeerde aan te sturen, iets wat hij lang wist te verhinderen. "

"Het slot van ons eindspel heb jij gezien, maar ik kan altijd afdwingen dat ik de toren geef voor loper en pion in een gewonnen stelling. Vanwege de weinige tijd (sudden death) is er niet meer genoteerd. Ik had aan slot nog 2 minuten, hij 1,5 maar dat was ruim genoeg voor mij om mat te zettten. Daar liet hij het niet meer op aankomen. Overigens bleek dat mijn tegenstander ook nog eens uit frustratie zijn rekening niet had betaald."

En zo werd het dan toch nog een heel grote overwinning. Die echter net zonder slag of stoot tot stand kwam, en waar ook heel veel tijd in was gaan zitten voor het zover was.

OK. Nu zullen we wel niet meer degraderen. Dat wordt een derde seizoen in de tweede klasse. Vroeger hielden we het niet langer dan één jaar vol. Zijn we dan toch wat sterker geworden?

 

Geslaagde bedevaart naar Andijk

 

 

Het is inmiddels een jaar geleden dat het wonder plaats vond in Andijk. Ons gehandicapte team verhief zich uit de rolstoelen,  gooide de krukken weg. En we liepen, op eigen kracht, eerst wankelend, dan nog aarzelend,  maar steeds zelfbewuster naar de eindstreep: een gelijkspel tegen het toen sterker geachte Schaaklust, met maar zes man: 4-4. Het mirakel van Andijk. Nu dus tijd voor een eerste bedevaart. Wellicht wordt het een jaarlijkse traditie.

Ik heb het nog eens nagezien in de apocriefe boeken: het mirakel bestond destijds uit maar liefst drie wonderen. Allereerst was daar de wonderbaarlijke wederopstanding van Marko, verder de bemoeienis van de voorzienigheid met de onverklaarbare winst met een kwaliteit minder van Paul, en de verhoring van het gebed van Ron.

En nu? Bijna was er weer een mirakel te vieren. Maar nu door de schaaklustigen tegenover ons. Het zag er namelijk lang naar uit dat AdH dit jaar een forse overwinning ging behalen. Ruim voor de tijdcontrole waren Marko en Eddy al gereed. Stefan stond na het middenspel op winst. Paul had dit jaar weer iets met een kwaliteit, maar dit keer in zijn voordeel. Zijn eindspel moest gewonnen kunnen worden, ook zonder inmenging van hogerhand. Bert deed het weer -als vorig jaar- geweldig tegen Gorter. Zeker remise, maar misschien zelfs nog wel winstkansjes. Ron zat als een duivel om zich heen te hakken: ik kon bij bord 2 duidelijk de geur van zwavel ruiken. Nou dan weet je het wel. Bij Frank zouden wat gemene inblazingen van de 'viant'  wellicht nog wel nuttig kunnen zijn, maar ach voor onze eigen verse eindspelliefhebber moest het ook zonder dat hij zijn  ziel en zaligheid ging verkopen nog wel gaan lukken. Alleen Gerrit kwam niet op dreef.  Zijn stelling zag erin het middenspel al zeer verdacht uit. Met toch, met een beetje mazzel zou het zomaar wel eens 6-2 kunnen worden.

Nou dat werd het dus helemaal niet. Als door een wonder liep het zo helemaal niet af. En pas uit later, zeer zeer diepgravend onderzoek bleek dat hier waarschijnlijk niet van een wonder sprake was voor de Schaaklustenaren maar van een soms meer en soms minder oneigenlijk gebruik van de tijdmachine. Tijdnood speelde zeker een rol.

 

Paul gaf om totaal onduidelijke redenen pardoes zijn voorsprong weg. Het getik van een imaginaire klok moet bij hem een acute aanval door hersenschimmen hebben bewerkstelligd met fatale psychische gevolgen.

ExtPaul1

 

47 fxg5?    

(47.Td8+ Ld6  

a) 47…Ke4 48.d5   

b) 47…Ke6 48.d5+ Ke7 49.Th8  

c) 47…Kc6 48.Tc1+ Kb7

d) 47…Kc4 48 d5  

Na 47 fxg5  probeerde Paul, weer met twee benen op de grond, maar toch tegen beter weten in,  wanhopig nog wat te redden van zijn winstmogelijkheden. Dat bleek onzin. Het werd terecht gauw remise.

Stefan koos precies de (enige?) verkeerde voortzetting in totaal gewonnen stelling.

 5ExtStefan0

 

Na 40 Td6+ Kc5! kan wit opgeven (41. Td1 Txd1 42. Txd1  b1D)

Maar na  40. ….  Ke4??  is remise onvermijdelijk. 41. e6! (de tijd die zwart nodig heeft om te promoveren benut wit voor zijn eigen vrijpion)  Txb1 42. e7 Tf1!  43. Ke2  Te1+  44. Kf2 Tf1+ en zo kunnen we nog uren doorgaan.. Een soort 'dolletoren-motief'. Remise.

Frank had er geen zin meer in om een nog een beetje beter staand eindspel uit te melken. Nog zo'n wonderlijke remise.

Ext5Frank2

Remise. Maar :  31. Ld5 !?

Het publiek hield de adem in toen Ron ineens verkrampte in een toreneindspel met drie pionnen meer. Hij zag ineens overal spoken. En waarom gaf zijn tegenstander niet gewoon op?

Ext5 Ron3

 

Tja, volgens de regels mag je best proberen om nog wat gemeens via de schaakklok te regelen. Maar de toeschouwer krijgt er toch een nare smaak van in de mond.

 

Wat nog meer het geval was bij de partij van Bert. Hij had prachtig gespeeld. Hij had remise voor het opscheppen. Maar die klok. Hij stond een tikje beter. Hij stelde remise voor. Werd geweigerd. Eigenlijk had Gorter niks. Nou ja, vier minuten meer in de sudden death-fase. Ik vind het zeer onbevredigend dat de regels zo zijn dat iemand maar een beetje kan gaan aanrommelen, om  toch te winnen. Het maakte niets meer uit voor de gastheren. Verliezen gingen ze toch. Toen de roemruchte nhsb-corifee, veteranenkampioen Appel nog bij ons was, hoorde ik hem daar ook wel over klagen. Hij was zelf  every inch a gentleman. Good sports. Hoe belangrijk is zo'n Elo nu eigenlijk ? Dus zo moet je spelen om een hogere Elo te krijgen? Gorter won. Vraag niet hoe. Ja, dat hebben wij niet in huis. Gelukkig deden we vorig jaar leukere ervaringen op in Andijk. Gelukkig was er deze avond daar ook iemand die tegen mij zei: "Gefeliciteerd, je hebt het verdiend!" Dat is ook schaaklust. Gelukkig maar. Ik keek er trouwens wel even van op. Dat bestaat dus ook nog. Kijk, ook dat is schaak in de onderbond.

En zo werd het 'slechts'  4,5-3,5 voor ons. Waar we op de terugweg tegen elkaar best onze tevredenheid over konden uiten.

Wat een pokkeneind is dat Andijk. Maar al met al toch wel een zeer geschikt oord voor een bedevaart.

 

 

Nu nog wat kleine karakteristieken en wat bijzonderheden:

Marko had geen enkel probleem vanavond. Als je tegenstander tegen jouw volgens de regels gespeelde Siciliaan 3 a3 en 9 h3 speelt, is dat goed voor je zelfvertrouwen. Bij de 17e zet is het eigenlijk al uit en over.

Ext5marko1

17 …..Lxh3! 

Na de 23e zet staat Marko 4 pionnen voor. Daar hoeft geen mirakel meer aan te pas te komen.

Eddy (wit, nee toch!?) liet zich door een heel exclusieve start van zijn tegenstander uit zijn repertoire sleuren (c6, d6, e7, g6): niks Colle, niks Blackmar-Diemer teneinde zijn tegenstander te verwarren. In tegendeel, hij raakte zelf in de verwarring. Hij stond na de opening absoluut niet beter. Om het veel te voorzichtig uit te drukken. Maar toen begonnen toch langzaam wat inspirerende herinneringen aan een schaakactiever verleden een rol te spelen. Voor zwart werd toen de spanning te groot, of de stelling te ingewikkeld, of de hoop op winst  te aanwezig  -weet ik veel- maar hij gaf pardoes een belangrijke  pion weg en tot mijn verassing en vreugde stortte toen zijn stelling volstrekt automatisch in elkaar. Daar hoefde mijnerzijds nauwelijks denkwerk aan te pas te komen. De stelling deed het ineens helemaal zelf.

Frank kreeg een soort Pirc voor zijn neus. ( 1. e4 d6  2. Lc4 (zeldzaam) Pf6 3. Pc3 g6  )  Frank speelde zelf geen d4, wel 4. f4 en vond zelf zo een Pirc-parallel uit van de bij hem ooit populaire Siciliaanse Grand Prix -opening. Zwart, ook een uitvinder kennelijk,  speelde toen maar direct  …..  5 Lg4. Tja, dan al kan daar kan geen boek of database meer tegenop. Maar dat heeft Frank ook niet nodig. Na 5. …..  Lg7 kan bij ontstentenis van een paard op c6 of d7 gewoon gelijk 6. e5 !!!  Nu kan zwart eigenlijk alleen maar dxe5 spelen. Dan staat wit goed. maar vooruit dan maar.  Alle andere zetten blijken alleen nog maar geschikt voor de grof vuil-bak.  Kijk en huiver:

5extFrank1

a.  6.  …..   dxe5  7. fxe5  Ph5 (of Pd7)  8. Lxf7+ (alstublieftdankuwel) (Kxf7 9. Pg5+ en de loper op g4 gaat eraf) Dat is dan een gewonnen pion en een gewonnen rochade.

b.  6.  …..  Pe4  7. Pxe4  d5  8. Pf2 Lxf3  9. Dxf3 dxc4  10. Dxb7 Pd7  11. Dc6 en wit staat straks 2 pionnen voor .

c.  6. ….  Ph5  7. Lxf7  Kxf7  8. Pg5+ enz.

Albert Droog probeerde het met Lxf3, maar ook dat is niks.

6. ….. Lxf3  7. Dxf3  Pfd7  8. Dxb7  Pb6   en volgens een sippe Frank (achteraf) had 9. Pd5  de zwarte stukken zeer hebben doen verlangen naar hun veilige, warme opbergdoos. Hij speelde 9. Lb5+. Maar ook dan staat hij prachtig. Dat zielige geklaag achteraf sloeg dus (bijna) nergens op. Nee, pas later laat hij het er een beetje bij zitten, en kan zwart nog wel zwoegen op een nog steeds niet lollige, maar wel iets minder desastreuze stelling. Uiteindelijk met een pion voorsprong, maar met lopers van ongelijke kleur, gelooft Frank het wel: remise

Gerrit ging ook op de uitvinderstoer en bedacht na de overbekende zetten 1. e4  e5  2. Pf3 Pc6  3. d4 exd4  4.Lc4  Le7  5. c3  d6  (Pa5!? Pf6!?) dat er  i.p.v. 6 ….  Pf6 toch iets leukers te vinden moest zijn. "Is dit alles, is dit alles, is dit alles wat er is?" neuriede hij zachtjes voor zich heen. En speelde resoluut 6 ….  Lf6. Geen goede zet, maar die wel tot gevolg had dat zijn tegenstander een beetje de koers kwijt raakte. Maar bij zet 16 gaat het voor Gerrit mis.

ext5GerritX   

Na 16. ……..  f5? (i.p.v. Lxc3!? gevolgd door f5) wordt het lastiger:  

Gerrit:  "Beslissende fout is, denk ik, door mij gemaakt met 16. ….. f5. Had dit beter moeten voorbereiden door eerst de lopers te ruilen of Kh8 te spelen. Maar dan had wit ook de kans gehad om 17. f5 te spelen. En dat was vermoedelijk ook niet prettig voor zwart……."

Inderdaad  krijgt wit nu na 17. e5 een mooie stelling met een vrijpion in het centrum, en flink ruimtevoordeel. Daar valt zelfs door onze boeienkoning Gerrit niet meer tegen op te boksen. Bij de 28e zet, met twee pionnen achterstand, en geen vin meer  om te verroeren,  heeft Gerrit geen zin meer om op de fatale afloop te gaan zitten wachten. Hij geeft op. Terecht.

 

Paul (wit) bereikte tegen zwarts Siciliaans vierpaardenspel niets. Toen hij ook nog de elementaire onhandigheid 8. Pxc6 beging, stond hij na bxc6 minder. Omdat het daarna voor zwart wel erg eenvoudig wordt om vroeg of laat het altijd bevrijdende ….  d5 door te zetten. Zwart bouwt een aanvankelijk voordeeltje langzaam uit en bij zet 24 is de witte stelling deerniswekkend. Gelukkig begint dan op zijn beurt zwart wat aan te modderen. Hij verspeelt zijn voordeel bij zet 27 geheel. De gelijke stand wordt verder ondermijnd als Paul de tijd krijgt om zijn torens op de e-lijn te verdubbelen. Zwart verspeelt dan in zijn zenuwen twee pionnen. En probeert het dan maar met een kwaliteitsoffer tegen één pion. Nu staat wit een kwaliteit en een (vrij)pion voor, en is het wachten op de doodklap voor zwart. Zoals ik hierboven al vermeldde, die komt niet. In het daar afgedrukte diagram ziet u de opzienbarende werking van een of meer hersenschimmen. Paul geeft eerst een pion op, offert later ook nog de kwaliteit terug, en heeft dan niets leuks meer over.

Net als Gerrit en Frank zocht Stefan (zwart) naar eens iets anders! Na 1. e4 speelde hij manmoedig  1. ….  Pc6. Heus, dat bestaat! Je ziet het zelden. Het heeft de naam van toch echt niet de eerste de beste: de Nimzovitsch – verdediging.  Beide spelers weten waarschijnlijk wat ze doen, want t/m zet 6 staat het nog in de database.  2. d4  d5  3. e5 Lf5  4. Pf3  e6  5. a3 f6  6. Lb5  Pge7

Ext5 Stefan1

Nu weet wit het niet meer, en na 7. De2 heeft zwart zeker niets te klagen. Hij krijgt zelfs voordeel. Dat hij echter bij zet 9. weer weggeeft. En bij zet 10 in klein nadeel omzet. Rond zet 23 blijkt het aan wit niet besteed. En rond zet 30 krijgt plotseling Stefan mooie kansen.

Ext5 Stefan2

Die vrijpion op b3 is natuurlijk een geweldige troef. Maar na 32. Tc1! zal het niet meevallen om daar iets leuks mee te doen. Na 32 … b2  33. Tc7+ Ke8 heeft wit eeuwig schaak. En na 32 … Tb7 om de toren van c7 af te houden volgt Tc6.  Of het wordt ook nu eeuwig schaak, of zwart ruilt dan maar zijn b-toren waarna wit de overblijvende toren naar b6 speelt en die vrijpion op b3 daarna een kopje kleiner maakt. Wit ziet het niet en speelt 32. Ta6? waarna hij het na 32 …. b2 verder kan vergeten. Na  33. Tb1 volgen volstrekt logische zetten die uiteindelijk leiden tot het diagram van de stelling waarin wit moet verliezen, zoals hiervoor bij het algemene verslag van de wedstrijd al is gesuggereerd. Zie eventueel alsnog daar (ext5stafan0). Jammer van het verspelen van de winst. Maar wel een heel leuke stelling beleefd. Dat zie je ook niet elke week.

Ook Bert kreeg een heel eigenaardige opening voor zijn kiezen. Vorig jaar speelde Gorter al behoorlijk revolutionair met een opening van Eigen Merk, maar nu maakte hij het ook bont: 1. d4 d5 2. c4 e6 3. Pf3 f5!?  Tot mijn verbazing vond ik er in PowerBook toch nog 162 partijen mee. Met een verwisseling van zetten arriveren we bij het ook nog bekende

Ext5 Bert1

In PowerBook 2014 tref ik aan:  6. Lf4 (11x)  6. Lg5 (8x) en 6 .Pe5 (2x)

Bert speelt hier 6. Dd3. Die bedoeling van die zet begrijp ik niet. Houdini geeft de voorkeur aan 6. Lf4. 6. Dd3 is m.i. niet erg ambitieus, maar natuurlijk ook niet slecht. Nu zal ook Gorter wel uit zijn theorie zijn. Dat belet hem niet om zo rond zet 10 Pe5+? (10. g3!?)  het wat betere van het spel te verwerven, en dat met wat vallen en opstaan goed te conserveren. Tot zet  31…  b6. Ineens is Bert weer volledig bij de les:

Ext5 Bert2

Met 32 Pe5+ ! start een boeiend stukje schaak: Wit of zwart? Welke torens staan er beter?  Welke koning staat het slechtst? Welk paard is het gevaarlijkst? Al gauw blijkt dat Bert weinig te vrezen heeft. En na zwarts laatste zet voor de tijdcontrole 36 …..   Td7+, wat doen we dan?  ?

Ext5 Bert3

37. Pd4. Niet slecht (1.04) , maar Houdini geeft directe winst voor 37. Td6! (5.00)

Bijv.: 37 ….  Txd6 38. Lxd6+ en het paard  op b4 valt!  of 37 ….   Tg7  38. Lh6 Tee7  39. Tc7  en uit  of 37.  … Pxc6  Tdxd7  of 37. ….  Tc7  38. Pxb4

Maar ook na 37. Pd4 staat wit nog goed. Bij zet 43. ligt opnieuw de winst voor het grijpen

Ext5 Bert4

43. g5 (o.a.) Pxf4?  44. Txf6+ en de toren krijgt het paard op f4 terug. Maar ook Lg3 was goed genoeg.

Bert speelt 44. Lg5? Maar blijft ook dan nog licht in het voordeel. In ieder geval heeft Gorter nulkommanul. Die roffelt de zetten eruit met maar één oogmerk. Bert door zijn klok jagen. Jammer, jammer, jammer. Wat ik ervan vind heb ik hierboven al gesuggereerd. Het leek of Bert hier tegen kan. Als het echt zo is ….  gelukkig maar. Ik kan er slecht tegen. Zelfs bij een bord dat niet van mij is.

 

 

Ron levert – als gewoonlijk – zelf veel commentaar:

Eigenlijk heb ik uitstekend gespeeld en NERGENS verloren of echt slechter gestaan, ook al was ik daar eerst niet zo zeker van! Piet Reus dacht dat ik na de opening ergens niet zo goed zou hebben gestaan. Het is voor mij heel lang geleden dat ik zo'n klassieke Najdorf op het bord heb gehad (Marco offerde in ons vluggertje op b5 en dat is toch weer wat anders), maar ik ben het stellingsgevoel nog niet kwijt.

De witte stelling oogt niet alleen gemakkelijker, maar speelt dat ook. Waar wit zich kleine foutjes daar nog wel kan permitteren, wordt zwart direct opgerold. De verdediging in dit soort stellingen, waarin wit beschikt over diverse en echt gevaarlijke stukoffers, luistert heel nauw. Zo speel ik bijvoorbeeld in deze variant geen 10…, b4.

Ext5 Ron1

Er zijn daarbij dan heel veel complexe varianten (Pd5!?) , vaak kan wit remise forceren, maar wat ik vooral weet is dat de verdediging van zwart daar soms heel moeilijk te vinden is. Dat beheers ik allemaal nog niet.

Ook 20 jaar geleden koos ik daarom al voor 10…, Lb7. Na 11. Lxf6 kan ik zowel met pion als paard terugnemen. ( Ik had al gezien dat als ik met paard sloeg, ik op 12. g5, b4! moest spelen. ) Het ziet er nu na 13. Pcb5 dan allemaal eng uit, maar ik doe vervolgens wel steeds de sterkste!

Ext5 Ron2

 Op 15. Lxb5 (wel veel beter dan met het paard slaan zoals hij deed) kon gewoon 15…, Ke7 volgen. Omdat pion a2 dan nog steeds hangt heeft zwart voldoende spel. Na 16. Dd3 mis ik alleen voor mij het sterkere 16…, f5. Maar 16…, Txa2 is goed genoeg omdat ik daarna aldoor de sterkste zetten blijf vinden. Dus mijn zetten 12 t/m 27 zijn gewoon sterk,  met uitzondering van het schoonheidsfoutje op zet 16. 

In het eindspel kon ik het wel op diverse plaatsen beter doen, maar ja, daar begon tijdnood ook een rol te spelen. Het duurde inderdaad even voor ik het simpele plan met opstormen van pion h5 zag, wat jullie eromheen allemaal natuurlijk allang hadden gezien.

Maar een partij waar ik best trots op ben. Ik heb het Najdorf- gevoel nog steeds."

En dit positieve geluid is dan gelijk een mooi einde voor een verslag van een uiteindelijk toch positief ervaren avondje schaak in Andijk.