Categorie archieven: Externe competitie

Aris vleugellam

Verslag van Waagtoren5-Aris de Heer, dankzij zeer gewaardeerde medewerking van vijf speciale vogelbeschermers.

Ik heb het gezien: we zijn geen dreigende roofvogel meer, geen trotse pauw, geen brutale kraai, we werden vanavond gewoon een zielig gekwetst koolmeesje.  Aris werd een Avis, een Avis Miserabilis.  Het probleem zat vooral in de staart. De kop ging nog wel. Met een beetje geluk was het daar  4-1 voor ons geworden. Maar ook daar liepen we kwetsuren op.    Eerst een overzicht. Daarna wat highlights, voor zover beschikbaar.

Bert werd echt onze pechvogel. Hij stond totaal gewonnen maar   “Ik was erg moe en gebruikte teveel tijd. Ik kwam huizenhoog gewonnen te staan en wilde toen snel afwikkelen. Ik was eigenlijk aan het wachten tot hij opgaf. Toen kwam ik in tijdnood en heb het vergokt.”

Ron fluistert  troostende woordjes: “Bert had een heel boeiende partij. Ik dacht ten onrechte dat hij in de vijandelijke aanval ten onder zou gaan. Hoop dat je die partij van hem krijgt, want uiteindelijk blunderde hij in gewonnen stelling en zal dus wel balen. Maar Bert heeft lang heel knap gespeeld.”

Gerrit schijnt ook heel erg  goed te hebben gestaan.

“Was een spannende worsteling. Denk dat ik uiteindelijk rond de 25e zet veel beter stond met mijn sterke Paard op b6. Maar ik wist niet goed hoe dit verder te verzilveren.”

Ron:  ”Ook Gerrit speelde echt heel goed, die moet ergens gewonnen hebben gestaan, nadat hij zijn witte paard op b6 kreeg. Zijn tegenstander kwam erg passief te staan.”

Van Martin zelf kreeg ik voor dit overzichtje te laat materiaal binnen. Wel óver hem. Duidelijk is dat hij – anders dan bij hierboven genoemde  pechvogeltjes– zelfs met een beetje geluk – het niet gered zou hebben. Hij blijft toch onvoorspelbaar. Kan fraai gekleurd twinkelerend winnen en ook somberzwart krassend verliezen. Hij blijft gewoon een vreemde vogel.

Ron, zoals gebruikelijk,  zonder al te veel scrupules:  “Martin zat weer eens ouderwets te klooien. Hij kreeg in Siciliaans  Dxd4 tegen zich. Ik speel dan altijd a6 en daarna Pc6 met tempowinst. Martin deed direct Pc6 maar ook toen ging zijn tegenstander direct weg (naar d3). Er is dan niets aan de hand voor zwart. Ik stel me dan altijd op met g6 en Lg7 en ga niet e5 spelen zoals Martin deed. Want welk nut heeft die zet in deze stelling? Martin kwam niet goed te staan, offerde daarom maar een pion, maar dat werd dus zelfs een stuk. Tja, kansloos weg gespeeld.”

Gelukkig konden er twee de veren nog wat gladstrijken:

Daar was allereerst  Paul,  die me al op de wedstrijdavond om 22.00 uur zijn partij had gemaild. Die leek met de snelheid van een slechtvalk (360 km per uur) zijn partijtje te hebben uitgeschoven. Zo’n vogel is een snelle moordenaar, geen zangvogeltje.  Zijn eigen commentaar was dan ook superbeknopt en bijna onhoorbaar:   “Leuk potje, maar ging wel heel makkelijk. “  

Maar alle gekheid op een vogelstokje, u weet Paul leek wel even een snelle slechtvalk, maar dat is-ie natuurlijk niet. U weet, hij is natuurlijk gewoon onze secretarisvogel. Ook een moordenaar, maar niet zo snel.  In Wikipedia vond ik:  ‘Secretarisvogel: Voedsel: slangen, die hij in hun geheel inslikt, kleine zoogdieren, andere vogels. De secretarisvogel vangt zijn prooi door die met zijn lange poten dood te trappen.’ Dat laatste deed hij, volgens Ron:

“Paul walste over zijn tegenstander heen en besliste met een fraai stukoffer.”

En verder was er Ron, himself. 

“ Ik zal je een update geven, want ik heb genoten.” “ Volgens mij heb ik hier nu eens een foutloze partij gespeeld en zag veel. Kwam ook nog eens niet in tijdnood, hij had minder tijd dan ik. Gewoon heel fraai om met een pion te kunnen doorstomen naar e6 in een dergelijke stelling. Daarna kon ik op diverse wijzen winnen, maar wat ik koos was wel zo dwingend en volgens mij snelst.”

Heerlijk om onze Dr. Vogel nu ook eens met tevredenheid over zichzelf te horen zingen. Zoals u weet een zeer zeldzaam natuurverschijnsel.

Hoe teleurstellend ook, we zaten we aan de kop dus nog op 2,5-2,5.  Maar aan de staart ging het erg fout.

Niels zat als een ziek vogeltje gewoon thuis. Rest mij slechts hem beterschap te wensen.

Jasper, onze vrolijk tjilpende huismus leek het goed te doen. Ron: “Jasper speelde verrassend goed. Helaas brak gebrek aan ervaring hem op. Ik hoop dat je zijn partij krijgt, want als hij gewoon eerst op c3 slaat (beste zelfs direct na Dg5 en niet eerst g3 spelen; en niet de torens ruilt op d-lijn, waarna hij niet meer op c3 kon slaan) staat hij gewoon veel beter en waarschijnlijk gewonnen. Daarna heeft hij het nog wel geprobeerd, maar mocht niet baten.”  (Helaas kreeg ik de partij niet.)

Ab  is onze eigen kleurrijke halsbandparkiet. Een exoot, overgevlogen uit warmere streken maar inmiddels zich hier vestigend. Tot nog toe vooral in steden, maar hopelijk nu ook in dorpen als Middenbeemster.

Ron:  "Ook Ab werd, net zoals Martin, overspeeld. Ab probeerde het met èn g5 èn b5 met zwart en zijn koning in het midden houden, maar dat is natuurlijk niet goed. Wit kwam door centrum heel sterk in de aanval."

En zo kwam helaas ook Ab in het Alkmaarse vangnet terecht.

Een verdrietige avond. Blij dat ik het allemaal niet hoefde aan te zien. Wat kunnen we doen om deze met uitsterven bedreigde Av(r)is miserabilis  te redden? Naar verluid worden in Purmerend de trekvogels gewoon uit de lucht geschoten en als lekkernij opgepeuzeld, en HeerHugowaarders zijn er ook niet vies van. Blijven we dan toch dit jaar aan de lijmstok hangen? Ik vrees dat we het niet meer in eigen hand hebben. We mogen alleen nog  hopen dat de Heilooze koolmezen of Bakkumse roodborstjes  ook geen nieuwe fourageerplek meer kunnen vinden, en we dan op bordpunten of onderling resultaat net niet in een derdeklas volière worden opgeruimd.

( Als u vindt dat uw papegaai te veel vervelend lawaai maakt gooit u maar een doek over de kooi.)

Enkele highlights uit partijen die me werden gemaild:

Bert:

De vijandelijke aanval waar Ron het over heeft:

ExtBert1  ExtBert1

Wit heeft op de 21e zet een paard geofferd op h7. Daar krijgt hij 2 pionnen voor terug. Maar Bert toont aan dat dat niet voldoende is. 22. h5  d5! 23. Lxg6 Kh6  24. dxe5 Lg5! Bij zet 29 wint zwart ook nog een kwaliteit. Bij zet 30. nog een pion. Nu staat zwart een Toren voor tegen 1 pion. Het is uit en over.

ExtBert2  ExtBert2

Wit rommelt nog wat. Met e5-e6 waarna Bert het zekere voor het onzekere kiest en die vrijpion blokkeert met Le7.  Was niet echt nodig, maar het scheelt veel rekenwerk, en uit is het toch wel. In tijdnood volgend nog een paar mindere zetten, maar even goed  nog geschikt voor de winst. En dan volgt een blunder. Wat een ellende na zo’n gave partij! Eén moment van onbedachtzaamheid dat een hele avond werk verknoeit.

ExtBert3  ExtBert3

Hier is 37. … Kf8 voldoende om de witte vrijpion te blokkeren en tegelijk een akelig aftrekschaakje  te voorkomen. Maar Bert is inmiddels moe en gehaast. Zeer zelden vergist hij zich zo. Maar nu dus even wel.  37. ….  Kxf7 ?? 38. Ld3+ schaak met torenwinst. Zwart geeft op.

Gerrit

Staat inderdaad na de 25e zet veel beter.

ExtGerrit1 ExtGerrit1

Komodo 10 adviseert hier 26. c2-c4 met beter spel voor wit. “Het logische vervolg op het gespeelde 26. Tac1 Le8? was toch 27. c4! maar daarmee kwam ik wel met een geïsoleerde pion op d4 te zitten”  Maar Komodo zit daar niet mee: 27. .. dxc4 28. Lxc4 Lc6

ExtGerrit2  ExtGerrit2

29. d5!  Lost de geïsoleerde pion op! Gerrit’s zetten blijven heel goed, ook al denkt hij zelf later van niet. 29. …  exd5 30. Lxd5 Lxd5  31. Txc7!  Dxc7

ExtGerrit3  ExtGerrit3

Gerrit staat op winst. Onze Wijze Mijnheer De Uil adviseert hier :  32. Pxd5! omdat de zwarte Dame nauwelijks goede velden heeft! Op vrijwel alles volgt dodelijk Pe7+ met damewinst!  En indien 32. …  Dc4  dan 33. Pf6+ Kh8  34. Dh6!  met ondekbare matdreiging op h7. Het beste is 32. .. Dd8 maar na 33. Df4! blijven de witte dreigingen dodelijk. Zwart moet op de gaten in zijn koningsstelling letten, op de zetten Pf6+ of Pe7+, en ook op zijn  Toren op b8. Zwart zit zwaar in de problemen.  Maar Gerrit speelt 32. Dxd5 en onderschat daarmee de zet 32. … Td8! Waarmee het witte voordeel ineens verdampt is. Wellicht van de teleurstelling raakt wit nu de greep op de stelling een beetje uit. Zwart veert op. Wint een pion. Dat wordt ‘de verst verwijderde vrijpion’ in een toreneindspel. (Zo heet dat in de boekjes.) En die rukt alsmaar verder op! Griezelig.

ExtGerrit4  ExtGerrit4

Enige troost voor Gerrit: de zwarte Toren hoort achter zijn vrijpion en niet ervóór. Als wit nu maar tot alle prijs voorkomt dat die zwarte Toren even zijn plekje kan verlaten met een schaakje, is er nog hoop voor wit. En dat doet wit:  55. Kf4! Hierna zou een grootmeester met zwart misschien toch nog wel winnen, maar dit wordt begrijpelijkerwijs te moeilijk voor heer Poland.  Hij geeft zijn a2-pion op , in ruil voor een pion op de de f-lijn. Maar nu is zijn pluspion veel minder gevaarlijk dan toen die nog op a2 stond. Dit soort toreneindspelen (met  alle pionnen op één vleugel) zijn wel heel erg lastig. Het lukt zwart niet meer, en wit gaat knap zijn kansen op remise grijpen.

ExtGerrit5 ExtGerrit5

“Hij had het in het eindspel mogelijk wel beter kunnen doen……… Werd dus toch remise door eeuwig schaak of verlies van de zwarte pion op f6.”

Paul:

Hij bespeelde de zwarte Pirc met wit rustig en sterk. Won hier en daar een tempo wegens moeilijk te begrijpen zetten van zwart. (zet 11 ….  Dd8?  Zet 13 Tg8?) en sloeg keihard toe na  Een echte misser  van zwart  15. .. d5??  Want nu kan wit een stuk offeren. En dat zag onze listige secretarisvogel. Natuurlijk!

ExtPaul1  ExtPaul1

16 Peg5+  !!  hxg5  (schijnt wel te moeten omdat anders een familieschaak volgt op f7!) 17. Pxg5 +. Helaas voor zwart,  nu volgt desalnietteminniettegenstaandedat het familieschaak alsnog. 17. … Kh8 18.Pxf7   en  “The end” . Knap hoor.

Ron:

In een (met een ommetje uit Engels) Konings-Indisch doet zwart de vreemde zet 3.Pc6 en reageert Ron direct met 4. d4 en 5. d5. Het lijkt erop dat dit een lijfvariantje is van Toepoel. Bedoeld om de geëigende theorie te ontwijken. Nou dat lukte: Ron: “Na 3. .. Pc6 was ik echt al uit mijn theorie, want meestal wordt wat anders gespeeld (c5 of Pf6 of d6).” 

ExtRon1 ExtRon1

Wat niet wegneemt dat Ron toch lang ‘theorie’ speelt, die hij dus ter plaatse zelf bedenkt. Tot zwart ook uit zijn ‘theorie’ is. Waarna Ron toch steeds sterke zetten doet. Na zet 13 staat hij er prettig bij:

 ExtRon2 ExtRon2

De zwarte standaardzet b5 is verhinderd, na Pf6 zal wel spoedig het door de KI-spelers meestal niet erg enthousast  verwelkoomde Lh6 komen,  f5 zit er ook nog even niet in. En wits  f4 wel! Toepoel  heeft wrsch. geen zin in een passieve stelling en speelt het mijns inziens wonderbaarlijke 13. … h5? Komodo en ik kijken elkaar verbijsterd aan. Hij schudt hier het wijze grijze hoofd. En helemaal na 14. f4!  f6 ??

ExtRon3  ExtRon3

Iedereen zou hier in gepeins verzinken en naar het verleidelijke  15.  e5 gaan zitten kijken. In verband met dat tempootje, door dreiging Ld3xg6+. Ron ziet het natuurlijk ook!   Ron :  “de zwarte stelling stort nu snel in, f5 16. e6 (leuk om te kunnen spelen)”

ExtRon4  ExtRon4

Wat een misère voor zwart.  Hoewel Ron hierna wel eens de allersterkste mist, blijft het allemaal vooral plezierig voor wit.

ExtRon5  ExtRon5

“Het is hier al over en uit. Paul probeert nog wat drastische maatregelen. 21…, Lxe6 22. dxe6” Op de 23e zet verliest zwart nog een loper en staat dan 2 stukken achter! Kan dan nog wel even de witte koning opjagen, maar die vindt al gauw een veilig plekje. Niet moeilijk te zien, dus hier had zwart hier wel kunnen opgeven. Maar misschien gunt hij Ron een elegant slotcombinatietje:

ExtRon6  ExtRon6

Th1 (een klein grapje dat nu direct partij beslist)”. Zwart geeft op. Hij ziet dat na Dxh1 Taxh1 de zwarte Toren niet kan slaan op h1 wegens mat in 1 met Dg8+. Leuk allemaal. Voor wit althans.

Martin:

Ron doet vlg. Komodo en vlg. databases te negatief over de opening van Martin. Na wit’s 11e  zet staat zwart nog ongeveer gelijk!

ExtMartin1  ExtMartin1

Maar dan gaat het een beetje mis:  Martin: “Zet 11 had ik al vraagtekens bij gezet. Maar ik maak op zet 16 echt een blunder,… ik heb geen idee hoe ik dit heb kunnen laten gebeuren. Geen tijdnood. Nix.”

11. ..  Lxb5? (11. …..  Le6!?  11. ….  Lg4!?)  12. cxb5 d5  13. Lxf6 Lxf6  14. exd5 en dit is dan dat pionoffer waarover Ron het had. En na 14. … e4 15. Pxe4 Pxd5  16. Tfd1

ExtMartin2  ExtMartin2

is dit wat Martin een blunder noemt. Met 16. … Pb6 had hij nog een beetje in de buurt kunnen blijven. (Komodo: 1.39 voor wit) Maar 16. … Te8 verliest gewoon een stuk.  17. Dxd5 Dxd5  18. Pxf6+    Au!! Tussenschaakje gemist. Stuk pleite! 5 zetten later geeft zwart op.

Met het mea mea culpa van Martin besluit ik het verslag van deze verdrietige externe ervaring, waar ik gelukkig niet bij kon zijn. Met dank aan alle inzenders. (Sorry voor de vertragingen. Dat kon even niet anders.)

Eindcorrectie moet nog plaats vinden. Voor op- en aanmerkingen houd ik mij aanbevolen.

 

 

1

7468362 

Paul Toepoel

 1787

 – 

8529532 

Ron de Vink

 1883

0-1

2

7809285 

Albert van der Meiden

 1756

 – 

7185981 

Bert Kuijer

 1830

1-0

3

7282033 

Gerrit Lemmen

 1705

 – 

6808131 

Paul Verkooijen

 1741

0-1

4

7399469 

Nico Mak

 1725

 – 

7826654 

Martin Zwaneveld

 1682

1-0

5

6214153 

Jan Poland

 1724

 – 

7268195 

Gerrit van Dok

 1652

½-½

6

7210137 

Arjen Dibbets

 1720

 – 

 

 

 

1-0 R

7

7321534 

Ronald Kamps

 1605

 – 

8643855 

Jasper Ittmann

 

1-0

8

8182416 

Andre Bremmers

 1712

 – 

8749169 

 

 

1-0

 

 1716

 

 1757

 

 

 

 

 

 

 

Reservebank in actie

Ik dacht dat dat alleen met het Nederlandse voetbalelftal gebeurde. Alle sterren in de lappenmand. Mooie gelegenheid om de nieuwe talenten  in de basis op te stellen. Doen ze bij Ajax ook wel eens, tegen Standaard Luik bijvoorbeeld. ‘Die kunnen we wel hebben met onze jonkies. Kunnen ze eens met het echte werk ervaring opdoen die jongens. Leren ze dat ze nog veel moeten leren.’  

Aris de Heer deed dat ook tegen Koedijk.  Maar dat is geen team dat je gemakkelijk kan hebben met je tweede keus. Een team met geen enkele echt zwakke speler, alleen maar ouwe rotten.  Aris de Heer deed dat dan ook niet om strategische redenen. Het was gewoon pure noodzaak.

De gevolgen waren snel zichtbaar.

Jasper deed het een poosje helemaal niet onaardig. Hij gaf op de 4e zet een pion weg. Maar met enige goede wil kon je daar ook nog wel een interessant pionoffer in zien:  compensatie door snelle ontwikkeling van zijn stukken. Maar bij zet 16 zag hij een eenvoudige penning over het hoofd en verloor een dame. Tegen  een loper. Jammer!

jasperext1  JasperExt1

16. Ld5!  Dan mag je opgeven, maar Jaspertje wou nog even verder. ‘Het is hier toch leuker dan thuis in je bedje.  Ja toch?!’   Zijn terechte commentaar later: “Ja, jammer, maar ik heb mijn best gedaan!”

Ook Niels startte goed. Met wit, in een Philidor,   17 zetten lang niets aan de hand. 

nielsext1  NielsExt1

Zwart lijkt wat actiever te staan, maar Komodo ziet geen problemen na 18. f3  Ld7  19. Kh1 (even uit de dreigende penning) h4  20.  g4.  (Als zwart dan eindelijk ook lang gaat rocheren staat ook wit gereed voor zijn aanval, op de damevleugel.)

Maar dan kiest Niels een ogenschijnlijk logisch, maar toch minder goed plannetje.  18. Le2? Hij denkt  waarschijnlijk: “Zwart valt toch een beetje aan, stukken ruilen maar. Dat vertraagt zijn actie en wellicht smoort dat zijn plannen.”   Maar na 18 …  Dc8!  19. Lxg4 Dxg4 wordt de dreiging alleen groter.   Wit gaat nu een pion verliezen. Ook in de beste variant, die Niels keurig toepast! En nog erger,  de open torenlijn gaat hem nu toch onherroepelijk parten spelen.  Niels vecht voor zijn leven. Hij kiest daarna 10 zetten lang de beste voortzettingen, maar helaas dat doet zijn  tegenstander ook.  Dat levert zwart een  kansrijk eindspel op (die akelige vrijpion op de h-lijn).   Na nog een kleine witte onnauwkeurigheid bij zet 33.  (Lc1?) gaat het hard. Na zet 34. Txe4 beseft iedereen wel dat het hier ‘einde verhaal’ is.

nielsext2 NielsExt2

Niels doet nog lang zijn best, hoopt op een foutje van zijn  tegenstander. Maar dat komt niet. Die mijnheer is gewoon (nog) te sterk. Na 57 zetten geeft Niels op. En ook voor hem geldt:  “ik heb mijn  best gedaan.”   Stukken beter in ieder geval dan  in de vorige externe wedstrijd. Nu was hij  wel degelijk  “er met zijn hoofd bij.”   En hier kan hij ook weer van leren.

En die andere oudere jongere? Peter? Nou die deed ook zijn best. Hij moet bij zijn debuut in de externe wel een beetje zenuwachtig zijn geweest. En dat zal er niet beter op geworden zijn, toen hij een weinig gebruikelijke , behoorlijk agressieve opening op zijn bordje kreeg. 1. e4  Pc6 (OK, bestaat, maar weinig populair) 2. Pf3 f5? (OK, bestaat, maar kan niet goed zijn.) Iets uit de ouwe doos van het 19e eeuwse romantisch schaak. Ik denk dat de zwartspeler dat ook wel wist maar begreep dat hij een wat minder ervaren speler voor zich had, en dat hij zo probeerde verwarring te zaaien. Het is duidelijk dat Peter alles achter het bord zelf moet uitdenken. Maar dat doet hij niet onverdienstelijk.

peterext1  PeterExt1

De databases geven nu 3. exf5 als meest gespeeld  3. ….  d5  4. Lb5 Lxf5  5. Pe5 (of eerst d4) met veel beter spel voor wit). Peter kiest voor 3. e5 wat zeker niet slecht is, maar rustiger dan nodig. Zijn 5e zet is weer een voltreffer:  5.  d5!

peterext2  PeterExt2

5.  ..  e4?  (Pd4!?  Of Pb4!?) en nu had wit 6. Pg5 moeten spelen met goed spel. Op h6 volgt 7. Dh5+  Op Pe5 volgt 7. Dd4  Op Pf6 volgt 7. dxc6 Dxd1 8. Kxd1  h6? 9. cxb7!    Dat zag Peter niet, of hij vond het te gevaarlijk en hij speelde 6.  dxc6 maar zit dan na 6. ..  Dxd1 7. Kxd1 exf3 8. gxf3  (Lf4!?) opgescheept met het verlies van de rochade en een weinig gezellige pionnensteling .  En net als we bij die twee oudere jongeren hiervoor zagen, één onnauwkeurigheidje in een vroeg stadium en onze Arishelden komen dat niet meer te boven, ook niet als ze heel erg hun best blijven doen. Want die tegenover hen zetelende heren zijn gewoon (nog) te sterk. Ook Peter vecht hierna verdienstelijk voor zijn leven. Vrijwel foutloos. Tot hij verzeilt in de fase van de schaakpartij waarin hij zich nog heel erg onzeker voelt: het eindspel. Ondanks het feit dat zwart hier een enorme kans mist om de partij genadeloos snel te beëindigen ( 29. ..  Txf4?  i.p.v. Txd2 ), blijft wit hier kansloos, en vervalt zijn stelling steeds verder van kwaad tot erger. Rond zet 45 geeft Peter op.

Ik denk dat Paul Verkooijen het efficiënt uitdrukte: “Ik vind dat we het al met al niet slecht hebben gedaan. En chapeau voor de drie laatste borden, ze zijn er toch maar weer bij!”

En de kernploeg? Martin lijkt overspeeld te worden, maar misschien ontsnapt hij. Hij kan al spoedig geen vin meer verroeren. Afwachten maar. Ook Frank lijkt al spoedig enigszins klem te zitten. Idem.

Paul heeft bij zijn antwoord op het Leningrader Hollands wel wat strategische minpunten opgelopen (slechte loper, minder ruimte) maar zijn tegenstander weet er niet van te profiteren. 

paulext1  PaulExt1

Maar Paul vindt de weg naar gelijkheid zonder veel moeite.

paulext2  PaulExt2

Hier besluiten de kemphanen tot remise. En terecht!  Bijv.  22. …  Txd1 23. Dxd1 Da1 24. Dxa1 Lxa1  25. f3!  En de zielige loper komt weer tot leven. En als zwart de invloed op de open torenlijn nog niet wil opgeven?  Na 22. .. De7  23. Txd8 Dxd8 kan wit na Lf1 of f3 met vertrouwen een gelijkstaand eindspel tegemoet zien.

Gerrit speelt zijn Philidor  (1.e4 e5 2.Pf3 d6 3.Lc4 Le7 4.d4 exd4 5.Pxd4 Pf6) , en wit probeert eens wat anders met 6. De2 en 7. Pd2?  i.pv.  het normalere  6.Pc3 0–0 7.0–0 Pc6 8.a4. Maar dat levert hem weinig op. Integendeel zwart krijgt mogelijkheden.  En nog meer na 10. Ld3?

gerritext1 GerritExt1

dxe4 11.Lxe4 Pxe4 (11…Te8! 12.0–0 Lb4 13.Pg5 De7 14.f3 h6!) 12. Dxe4 Lf6  (La6!). Hoewel het nog wat sterker had gekund, staat zwart hierna minstens bevredigend. En dat blijft zo. Gerrit onderneemt niet veel, maar doet ook geen slechte zetten.

gerritext2

Achteraf meent hij dat het actiever had gekund en suggereert:   Lxd4 19.Lxd4 Txb2 Heb dit wel overwogen maar was te voorzichtig……..   maar Komodo ziet daarna 20.Te5! Tab8 (20…Le4 21.f3 f6 22.Te7 Lg6 23.Txc7 Te8) 21.Lxa7 en geen echte problemen voor wit. Misschien was Gerrit hier terecht wel voorzichtig.   Beide heren blijven behoedzaam  en in de eindstelling zijn ze het er roerend over eens: dit is remise.

gerritext3  GerritExt3

Alleen Komodo10 vindt dat zwart een fractie beter staat (-0.30). Maar ja, die vindt zoveel! Probeer dat als mens –zelfs als je eindspel-fan bent- maar eens te winnen van Jan van Dam!

Ron doet het goed met zwart. Het  jeugdige talent tegenover hem verkiest de Alapin-variant. (1.e4 e5 2. c3!?) Persoonlijk werd ik daar heel lang ‘niet blij’ van. Ik kocht het prachtige vuistdikke boek van Svesnikov  (ja dat genie van die fantastische jachtvariant in het Siciliaans) om er eindelijk snuffelend eens wat vat op te krijgen. (helemaal lezen onmogelijk: 574 bladzijden)  Svesnikov ziet 2 hoofdvarianten : direct 2. ….d5   of 2. .. Pf6, en vindt de 1e goed genoeg, en de 2e sterker. Maar eerst 2. … e6 kan ook wel. En dat doet Ron.  Svesnikov geeft er twee voorbeelden van in zijn bijbel:  Twee partijen van hemzelf  (Met wit. Ja als hij dat zelf  met wit speelt dan moet het wel goed en spannend zijn!) , één tegen Vaganian 1-0 en één tegen Polugajevsky  ½- ½. ) 3. d4 d5

ronext1  RonExt1

Hierna leert de database dat exd5 verreweg het meest gespeeld wordt. 1438 partijen. Score 50%.  Maar Svesnikov besluit zijn analyse van de partij tegen Polu met “After this theoretical important game I stopped playing the system with 4. exd5.”   Wegens 4. ..  exd5.

Zou  Brian Mollenkamp (1875) die bijbel gelezen hebben? Je weet het nooit met die jonge honden.  Hij speelt  4. dxc5 . En als Ron de 2. c3-variant al in zijn hoofd had, moet hij waarschijnlijk nu zelf al gaan denken.  4. .. Lxc5  5. exd5  En ook nu staat zwart voor de keuze 5. …  exd5 of    5. …  Dxd5 en zelfs  5. …  Pf6!  Slaan met dame vindt Komodo ietsje minder (maar niet slecht).  Dat doet Ron: 5. .. Dxd5 6. Dxd5 exd5 en het mindere enthousiasme van K. zal wel te maken hebben met die geïsoleerde d-pion. Waar best nog wel wat aan te doen is. Bovendien heeft zo’n pion ook nog wel voordeeltjes. Het bezwaar voor wit lijkt me dat de waarschijnlijk agressievere 2. c3- speler nu zijn dame kwijt is , en probeer zonder haar in deze stelling maar eens lekker-ingewikkelde aanvalspatronen te ontdekken. En de rochade van wit zal veel prenatale zorg vereisen.  Ron doet het goed. Wit krijgt dus inderdaad lichte problemen met het niet gerocheerd zijn van zijn koning.

ronext2  RonExt2

Met zijn konsekwente spel heeft Ron nu toch iets bereikt. Komodo geeft hier  17. .. f5! 18. g3  g5!  Of  17.  …  Lxe3  18  fxe3  Pe5 (loert naar c4) met wat beter spel voor zwart.

Ron speelt echter  17. ….Pe5? en vreemd genoeg kan wit zich nu 18. Txd5! veroorloven!(18. ..  Txd5 19. Pxd5 Pc4+ 20. Kf3 Pxb2  21. Pxb6  hxb6  22. Tb1 Pc4 met gelijke stand).   Maar logisch dat wit dat niet allemaal kan uitrekenen. Die speelt 18. Pd2 om veld c4 te dekken. Maar ook nu had Ron met f5 (eventueel voor of na Pg6) duidelijker voordeel kunnen krijgen. Hij speelt echter 18. ..  h5? Wat ook niet slecht is , zeker niet na het onduidelijke  19. Thf1 (of klopt de notatie hier niet?)  (Zie hieronder ook het commentaar van Ron)

ronext3  RonExt3

En nu was ook 19. .. f5 weer heel goed geweest. (20. Pxf5? Pc4!) Maar Ron speelt  minder duidelijk 19. … Te6. Nog steeds staat zwart wat beter. Maar de spelers besluiten tot remise. Ron ziet kennelijk geen duidelijk aanvalsplan. Maar had toch met zijn bedoelde Tde8 de boel voorlopig onder druk kunnen laten staan. En wit zal er wel mee tevreden zijn geweest, want die was al bijna de hele avond tot passiviteit gedoemd.

Bij Frank dacht ik al bijna de hele avond dat hij het moeilijk had.  Zwart speelde de Tartakower-variant van de Caro Kann. Niet de sterkste, maar wel een leuke! Voor beide partijen. Na 10 zetten is de ‘theorie’ in Powerbook op.  1.e4 c6 2.d4 d5 3.Pc3 dxe4 4.Pxe4 Pf6 !? (Tartakower)  5.Pxf6+ exf6 6.Pf3 Ld6 7.Ld3 0–0 8.0–0 Te8 9.h3 Pd7 10.c4 c5 11.d5

frankext1  FrankExt1

Wat niet wegneemt dat Komodo heel tevreden is over Frank.  (0.38)

Maar ik volgde het live en was er niet gerust op.

frankext2  FrankExt2

Wat een prachtige loper heeft zwart, vergeleken met die zielepoten op c2 en c1. Zwart kan veel gemakkelijker zijn stukken verder ontwikkelen en de verbinding tussen zijn torens laten opbloeien. Maar ik blijk weer eens weinig van het spel te begrijpen. Komodo geeft hier 0.82 voor wit! Na 19. b4!  En Frank schijnt het wel te begrijpen, want die speelt dat!  19. …  b6 en nu kan wit met bxc5  20. Lxc5  Lb2 een veelbelovende stelling verkrijgen. Nu heeft híj  ineens een mooie loperdiagonaal. En staat de zwarte koning  nog wel veilig? Frank ziet het licht aan het eind van de tunnel en speelt gelijk 20. Lb2, maar na Lxb2 is dan die mooie loperdiagonaal  er toch niet. Komodo geeft desondanks aan de witte stelling  toch de voorkeur, zeker na 20. .. Df6??

frankext3  FrankExt3

21.Lxd4 (21.La4!?) 21…cxd4 22.Tbd1 en zwart verliest een pion La6 23.Dxd4! Dxd4 24.Txd4

En geheel tegen mijn sombere verwachtingen in stevent wit nu af op een overwinning. Tot …. helaas ….

frankext4  FrankExt4

27.Lc6?? een blunder. Daar gaat de winst.  Maar door de tijdnood denk ik.   (27.Lb3 en wit staat stukken beter 27…Td6 28.f3 exf3 29.gxf3 Lb7 30.Kf2 en dat wordt voor wit een gezellig eindspel met een pion meer27…Txc6! (want de toren op d4 staat ongedekt) 28.b5 de enige 28…Lxb5 29.dxc6 Txd4 30.cxb5 Ke7 en inderdaad dit lijkt bedenkelijk op remise.  Ik dacht dat Frank hier voor een Houdini-act had gezorgd, maar dat was onjuist. Met evenveel recht zou je kunnen zeggen dat zwart ontsnapt, was.  Dus een sterke partij van Frank!

Was er dan bij Martin wel sprake van een Houdini- voorstelling  (de boeienkoning dus, niet het schaakprogramma)?

In een Paulsen-achtige variant van het Siciliaans komt Martin uit de kast met een wel heel eigenaardige en riskante voortzetting.

martinext1   MartinExt1

7. .. Df6? Ik stond ernaast en schrok er een beetje van. Dat vraagt –al of niet op termijn – toch om problemen voor die dame? Op zijn minst wordt het tempoverlies. Of erger: Dame in Last. Martin moet zijn tegenstander hebben willen provoceren. Maar voorlopig komt hij van een kouwe kermis thuis. Na zet 10. wordt het al een beetje lastig. Heeft die dame wel genoeg vluchtvelden?

martinext2 MartinExt2

Martin hoopt de problemen voor te blijven met 10. … Dh6  Maar dat werkt niet erg. Gelukkig is wit wat te haastig . 11. e5 (eerst Pc3!) f5 (de beste) 12. Tf3  (Pc3! Of 12. exf6)  g6? (g5!) 13. De2? (Th3! Dg7 14. c4 )   13. .. a6? (g5!)

martinext3  MartinExt3

Wit staat nu toch goed, maar profiteert niet.  Beide partijen blijven wat voortmodderen. Het blijkt te ingewikkeld voor ons 2e klassers.  Dat heeft Martin dan toch maar bereikt, met dat vissen in troebel water. Hij schijnt het te gaan redden.

Dan komt er een nieuw moeiijk te doorgronden plannetje (althans voor mij) :

martinext4 MartinExt4

16. .. Kf7?  17. c5!!  En nu wordt  het wel erg moeilijk om die onontwikkelde stukken op de damevleugel nog iets te laten betekenen. En wit gaat dat uitbuiten. Na zet 21. Ke8  :

martinext5 MartinExt5

Het is niet met droge ogen aan te zien. Zwart verkeert in doodsnood. Chronisch ruimtegebrek. Hoe kom je aan lucht? Alles bij wit staat gedekt. Zwart kan slechts afwachten wanneer de bom valt. Hij kan hoogstens hopen op wat gerommel richting  witte koningsstelling. Maar met te weinig stukken. Want half zwart staat op nonactief!  Na zet 24 ..  g5!?

martinext6 MartinExt6

Daar komt-ie. Dan maar aanvallen met slechts 2 stukken. ‘Het wordt natuurlijk niks, maar ik moet toch wat.’ Met 25. Kh1 kan wit de zwarte actie aanzienlijk vertragen,  25. .. Tg8   26. Tg3 Dh7  27. Dh5 en daarna zelf met de zwarte damevleugel kortemetten maken.  Maar vanaf hier begint wit danig te knoeien. En het is voor de toeschouwers haast een wonder te mogen beleven hoe Houdini-Zwaneveld zich met krachtige hulp van zijn tegenstander van zijn boeien mag bevrijden.

25.fxg5? (Kh1!) hxg5 26.Tfd3?? Th4! 27.De3?   Brrrr , geeft een stuk weg! Tijdnood? Txc4 Niet alleen dat wit nu een stuk achter staat, maar dankzij die toren op c4 komt er ook veel meer zicht op bevrijding van de invalide zwarte damevleugel. Veel denkwerk vraagt dat dan niet meer, wel geduld.

Dat heeft zijn voltooiing bereikt bij zet 40:

martinext7  MartinExt7

Wit staat een stuk achter en het zwarte probleem is opgelost. Wit geeft op.

Deze overwinning levert Martin eindelijk eens flink Elo-punten op.  En geeft de uitslag van deze bondswedstrijd een iets draaglijker aanzien. 

En nu maar hopen dat Bert en Jos volgende keer er wel bij kunnen zijn, en eventueel Ab Hauer lid is geworden en mee kan doen. En hoe zit het nu eigenlijk met Marco. Heeft die ook de benen genomen? En is Marko nog niet terug?

img_0890bweb

"Waar is mijn dame gebleven? Die nam de benen, terwijl ik toch zo mijn best heb gedaan."

12-12-2016 Aris de Heer  –  Schaakgroep Koedijk 3 – 5
1 8529532  Ron de Vink  1883  –  8295562  Brian Mollenkamp  1875 ½-½
2 6808131  Paul Verkooijen  1741  –  7635155  Danny Stoop  1852 ½-½
3 7826654  Martin Zwaneveld  1682  –  7421524  Jan Barteling  1783 1-0
4 7803114  Frank de Geus  1655  –  7728435  Hans de Jong  1740 ½-½
5 7268195  Gerrit van Dok  1652  –  7399216  Jan van Dam  1712 ½-½
6 8486467  Niels Kuijer    –  7691651  Paul Roomer  1670 0-1
7 8643855  Jasper Ittmann    –  7969379  Ron Mollenkamp  1648 0-1
8 7079655  Peter van Putten  1123  –  7386060  Jan Meringa  1616 0-1
   1622    1737  

Sint in Aartswoud

De Sint hield z’n intocht in Aartswoud. 

Dat zou natuurlijk een heerlijk avondje worden! De jarige heiligman die kadootjes ging uitdelen aan brave schakertjes. 

Nou, dat laatste ging op grote schaal gebeuren.

img_0686bweb0686bWEB

GROTERE OF BETERE FOTO'S. kLIK EROP!

Niels  was de eerste vreemdeling die verdwaald was zeker. Op de 10e zet speelde hij weer die bijna altijd dubieuze zet in het Slavisch  (zie vorige website-verslag) :

niels1  Niels1

Te vroeg 10. c5?  Daarbij zachtjes een sinterklaasliedje neuriënd :  ‘Wiedewiedewiet, ik hoor Eddy wel maar ik zie hem niet.’  Daarop volgde nu natuurlijk gelijk 10 … e5! Als destijds al enkele malen door mij geopperd. En als je dan daarna ook nog eens 11. Te1  speelt  (i.p.v. 11. dxe5 Pxe5 12. Pxe5 Txe5  13. Tb1 met ook dan nog beter spel voor zwart, maar vooruit, je krijgt misschien later toch nog wel wat lekkers in je lege schoen.) Na 11. Te1? roep je stukverlies middels de vork … e4 over je af.  “Ik was er met mijn hoofd niet bij”  was zijn verweer. Dat zal wel kloppen, want daarna gaf hij ook nog een kwaliteit weg.  Hij leek in niets op de Niels van een maandje geleden.

Frank  kreeg het met zijn Slavisch met een niet erg overtuigend plan toch wat lastig tegen de degelijke opzet van zijn tegenstander.  Die gelukkig toch ook weer niet altijd even konsekwent opereerde. En toen werd Frank wat overmoedig. Het kan toch niet zomaar zo’n saaie remise worden. Die hebben we de afgelopen week wel genoeg gezien in NewYork. Frank:  “Ik kwam niet voor niets bij het vallen van de avond helemaal uit Denemarken, waar ik deze dag moest wezen voor een andere intocht!  ‘Ja hij komt, door donkere nachten, in zijn wagen o zo snel!’  En dat zal wit weten ook.” 

frank1  Frank1

Zijn paardje huppelt  ongeduldig op en neer: 16. …  Pg4?  Die begreep ik niet erg. Zal wel het ‘Je moet toch wat!’ geweest zijn.  Wat is er nu tegen gewoon 17.  h3?  Vort, terughuppelen jij! Moet dan h3 te zijner tijd een verzwakking blijken?  Is dat de geheime bedoeling? Geen idee. Maar vreemd genoeg het werkt wel een beetje. Wordt de tegenstander een beetje zenuwachtig en bang dat deze roetpiet minder begrijpelijke plannetjes met hem heeft? 17. Lf1? Die begrijp ik ook niet. Wat doet dat nu weer?  Is dat om pion c4 te dekken?  Dat is onnodig want als zwart op c4 slaat, gaat pion e4 eraf en dat is een zwarte lastpost minder. Of wil wit zijn loper actiever opstellen en naar e2 spelen? Maar h3 is toch ook een mooi plekje voor de raadsheer. Ik voelde weer iets van de opwinding die me beving toen ik kleuter was, en al dat mysterieuze gebeuren  op zo’n sinterklaasavond niet erg begreep. 17. … Dg5?   ‘Je moet toch wat!’    18. h3 Hèhè.  18. ..  Pf6  En wat is er nu wezenlijk veranderd? 19 Kh2?  (Komodo geeft hier: 19. c5  en daarna met b4 en a4 op de damevleugel het initiatief pakken. ‘Die manoeuvres van zwart op de koningsvleugel, dat is toch allemaal maar verzinsel. Een sinterklaasverhaaltje waarin alleen heel jonge schakertjes nog geloven.’ )  19. .. h5! Als wit nu alsnog op de damevleugel gaat optreden wordt het misschien nog wel leuk. Het witte en het zwarte initiatiefje  zouden elkaar in evenwicht houden.  Maar wit laat zich intimideren. Hij is te voorzichtig. ‘Je moet toch uitkijken met zo’n regenboogpiet.’  Zwart krijgt heel heel langzaam toch wel iets in handen.

frank2  Frank2

24. Lc1?? Weer begrijp ik het niet. Goed dat ik ermee gestopt ben. Ik word echt te oud voor dit spelletje. Wat doet dit tegen dat dreiginkje? Zie, ginds komt de stoomboot, over de h-lijn.   ( 24. Kh1!? niet heel erg indrukwekkend, maar heeft tenminste nog wat nut: de koning weg om uit die penning door Lc7 te geraken.)  24. .. h4! 25 Ld1 Gelukkig die snap ik. Zo dekt de dame de velden f2 en g2 en maakt de weg vrij voor eventueel noodzakelijke manoeuvres richting koningsvleugel middels Pe2 , en/of De2, en/of Dg2.  25. .. hxg3 niet slecht. Maar Komodo10  vindt dat het eigenlijk tijd wordt om er nog een aanvallend stuk bij te halen.  Beter 25. Pe7!? op weg naar f5. En daarna hxg3.

frank3  Frank3

26. fxg3

En nu komt er een prachtig kado uit de zak van sinterklaas. Met gedicht: ‘Sint heeft lang lopen denken, wat hij Herman Pomstra nu kon schenken, Piet zei: dat zie ik zo, doe hem een lopertje kado”.  26. .. Lxg3 ??????  De omstanders kijken verbijsterd naar dit lieve vriendelijke gebaar. Na 26 … Pe7!  houdt de zwarte blufpiet  het betere spel, moedig bijeen gesprokkeld.  27. Txg3.    Zwart geeft op. ‘Ik heb me verrekend!’ stamelt hij nog.

img_0698bweb  0689bWEB

Bronstein speelde eens de voor hem ongebruikelijke Engelse Opening als  een eerbetoon voor zijn gastheren,   omdat hij op dat moment in Engeland aan een toernooi deelnam. Je zou dus verwachten dat er vanavond veel Spaans op de borden zou verschijnen. Maar dat was niet zo. Paul bijvoorbeeld kreeg een avondje Weens voor zijn kiezen. Minstens zo oud als de bisschop zelf. En nog steeds wel leuk! 1. Pc3 Pf6 2 e4 e5 4 3. f4  waarna 3. d5 een prima zetje  is. Maar na het gespeelde 3. …   d6 en 4. … Lg4  blijft het toch wat gezelliger voor wit. Dat waren dus de pepernoten, voorafgaand aan de echte pakjes, later op de avond. Langzamerhand komt er voor wit nog meer wat lekkers en wat zoets op het bordje.

paul1 Paul1

Komodo vindt dat wit na 9. d4 er heel braaf bij staat. En na eerst 10. 0-0 ook heel netjes. Maar wit weet het nu ook niet meer zo goed en speelt 9. d3 en dan heeft zwarte piet (sorry, andersgekleurde piet)  na 9. … Pe5 niet veel meer te vrezen.  Wit blijft zijn best doen, met Pe5 en g4, om ons hart vol verwachting te doen kloppen.

paul2  Paul2

Ron schreef me een paar dagen later:  ‘Paul snapte ik niet, tegen de storm in kort rocheren? Waarom? En als je dat doet moet je het daarna veel actiever spelen.’ Dat idee had ik als toeschouwer zonder computer ook al.  Komodo vindt echter een lange zwarte rochade niet nuttig en meent dat er na zet 14. toch echt nog niets aan de hand is.

paul3 Paul3

Volgens Komodo begint de narigheid pas bij zet 20:

paul4  Paul4

Nu krijgt Marcel Kuiper zijn kado.  20. .. g5 ?? Een ernstige verzwakking van de koningsstelling.  Het is zo’n ouderwetse surprise: een pak in de grootte van een koelkast waaruit je na het verwijderen van drie jaargangen kranten en een liter stroop een mooi gouden sieraadje moet vinden.  Marcel Kuiper begint welgemoed aan die opdracht, maar zijn bevende vingers hebben moeite om al dat plakband eraf te krijgen. Af en toe moet Paul een beetje helpen. Wit verdubbelt de torens op de h-lijn, laat ook de andere pion opstomen. Bijna heeft wit de klus geklaard. Maar dat laatste plastic, dat vereist toch nog wel wat nadenken. Niet zomaar de schaar erin en de inhoud beschadigen! Maar het lukt:

paul5  Paul5

25. Tf2! Pf7  ( 25. .. Tf7 26. Thf1 Dg7 27. Pf6+)  26. Pf6+ en zwart geeft op. Ook dit was toch een mooi kadootje, al kostte het wat meer moeite om het uit te pakken. Maar de ontvanger was er zichtbaar blij mee. “Dank je wel!” riep hij tevreden naar de pakjespiet.

img_0681bweb0681bWEB

En nog was de pakjesregen niet voorbij. Ook de tegenstander van Ron werd goed bedacht.   “Ik heb op zich heerlijk gespeeld. Heb wel VAN ALLES gemist. Ik heb op zet 21. echt ruim een half uur naar het prachtige Pf5 gekeken. Daardoor kwam ik later in enorme tijdnood en als klap op de vuurpijl bied ik in totaal gewonnen stelling remise aan! Ongelooflijk, maar het maakte toen voor onze club niet meer uit.”

Ron speelde heel sterk en constant. Al na zet 11. staat hij zichtbaar beter. En na zet 20:

ron1 Ron1

En hij heeft gelijk. Een mooie stelling: 21. Pf5! 

Een paar variantjes :

  • 21.Pf5 gxf5 22.fxe5 Pxe5 (22…dxe5 23.Dg5+) 23.Dg5+ Pg6 24.exf5+-
  • 21.Pf5 Dc5 22.fxe5 dxe5 23.Pxe7+ Dxe7 24.Lg5+-
  • 21. Pf5 Lf8 22.fxe5 dxe5 23.Lxf8 Txf8 24.Dh6 gxf5 25.Txf5+-

Ron speelt echter 21. Pf3  Ook nog wel goed. Zwart blijft onder druk. Maar bij zet 22, bij zet 23, en bij zet 26 mist wit de beste zetten. Desondanks houdt hij de beste kansen. Maar als gebruikelijk bij onze Ronaldus: ten koste van veel tijd! Het wordt voor hem een gevecht tegen de minuten. Desalniettemin, na zet 35 rest zwart niet meer dan de hoop dat de sint geen tijd meer heeft en nodig naar huis moet. Onder luidkeels gezang natuurlijk: “Luister naar ons afscheidslied”.  De enige manier om daar nog wat plezier aan te beleven is:

ron2  Ron2

42. Df1  onder het mompelen van een zwaar teleurgesteld  “Ik bied remise aan”.

Verbazingwekkend dat er na een volle avond schaken  nog zoveel op het bord staat! En wit accepteert dit kado met vreugde. Liever had hij een ander kadootje  gekregen, een vallende klok bijvoorbeeld,  maar hij is te sportief en te fatsoenlijk om de goede gever daar een verwijt van te maken. Komodo laat zien hoe het gewonnen had kunnen worden: De Dame gaat van f1 naar h1. Daarna zit o.a. Lc5 in de stelling en de zwarte Dame raakt overbelast. Die moet het paard op h7 helpen bewaken, maar ook pion d6. En als zwart op c5 neemt, gaat de dan ontstane vrijpion op stap: d5-d6. Met rampen als gevolg.

En Martin? Was ook daar sprake van een kadootje? Misschien. Maar dat is wellicht wat te simpel gedacht. Ron: “Martin heeft kansen gemist en speelde positioneel op gegeven moment slecht e4, kwam met remise weg.”

Martin speelde weer Engels, kreeg gelijk 1. f5 ten antwoord. Een zet die ik ook eens tegen hem deed en ermee verloor! Zijn commentaar destijds : “Ik ben nooit zo bang voor 1 ….  f5, want dan komt er toch een gat in die koningsstelling en een leuke diagonaal a2-g8.” Misschien is dat een beetje te simpel. Martin koos weer voor zijn handelsmerk: zo snel mogelijk b4. Omdat nu zwart zijn koningsloper niet fianchetteerde is dat hier niet zo riskant.

Is 10. e4 echt positioneel slecht? Ik denk ook van wel.

martin1  Martin1

Wit staat er gezellig bij. Maar na 10.  e4?    Met meer of minder geruil in het centrum, altijd wordt de werking van die mooie loper op g2 sterk gehinderd! Die stond zo mooi Maar het zal wel even duren voordat die weer mee mag spelen met zijn vriendjes. Zwart staat daarom gelijk beter en het duurt tot zet 16 dat wit ook weer wat te vertellen krijgt. Maar toch blijft die witte koningsloper  het witte plezier vergallen. Zelfs als wit een pion weet te winnen. Totdat ….

martin2   Martin2

Met Dh5 kan zwart een paar kleinigheden dreigen: Pe5 staat aangevallen, ruim baan voor een toren naar e8 of d8, en misschien wordt Pe2+ nog iets? Maar  zwart zet de dame naar de andere kant  van het  bord. Dat is niet handig   22 . ..  Da4?. Want dan is veld g6 niet meer gedekt.  23.Pg6! En nu volgt een heel boeiend maar heel moeilijk potje. Beide partijen hebben mogelijkheden.  De loper op g2 ontwaakt omdat zwart toestond dat zijn blokkerende pion op e5 door het paard werd geslagen. Maar de zwarte stukken doen ook allemaal mee. En zwart staat een pion voor! Van zet tot zet verschuift het voordeel. Van wit naar zwart, van zwart naar wit.

 martin3  Martin3

Gaat wit toch winnen?  30 Lh3 !! Eindelijk kan die ook meespelen. En hoe! Kan nu 30 …  Lxh3 ondanks kwaliteitsverlies (Dxe8)  wegens toenemende dreigingen tegen de witte koning? Als dat niet kan, moet de Dame terug naar c6 om e6 te dekken. En dat doet zwart niet graag, omdat hij dat stuk natuurlijk niet bij de aanval op de witte koning wil missen. En Tde7 kan natuurlijk ook niet omdat die toren niet op e6 kan terugnemen wegens Dxg7 mat! Ja ja, er stond ook nog een leuke loper op b2! Wat een heerlijke stelling. Het is dus niet zo dat Martin  met remise goed wegkwam. Hij speelt dus hier 30. Lf3?  Dat durf ik toch wel een klein kadootje te noemen. Niet Martin, maar Peter Couwenhoven komt hier goed weg! De stelling wordt zo ingewikkeld dat beide partijen om de beurt sterke zetten missen. Ik vind wel dat Martin bewonderenswaardig agressief bezig blijft. Hij is in deze fase echt even een beetje sterker dan zijn tegenstander. Het zwarte paard op e2 is zijn doelwit. Na zet 33. staat hij echt op winst.

martin4  Martin4

34. Tb4-b3! Die toren stond even aangevallen. Maar ook …..   waar moet dat zwarte paard nu naartoe? Doch Martin speelt het niet! Maar ook na het wel gespeelde 34. a3 blijft de stelling gevaarlijk voor zwart. Na de 35e zet mist Martin nog een kans om alsnog dat zwarte paard naar de slager te verbannen. (met –alweer- Tb3!) En daarna grijpt zwart de kans om zijn paard in veiligheid te brengen. Die mag eindelijk op stal om samen met de schimmel van de sint bij te komen van de emoties. Nu vervlakt het spel snel. En na 38. Kg2? zien beide heren in dat de lol er wel een beetje af is. Maar wat was het een spektakel! Beiden konden mijns inziens  vrolijk zijn over de afloop. “En ze zingen en ze springen en ze zijn ….” Nee, je kunt niet zeggen dat Martin goed weg kwam met remise. Ze kwamen beiden goed weg. Je kunt niet zeggen dat Couwenhove hier een kadootje kreeg. Ze gaven elkaar kleine kadootjes!! En een heleboel nog wel!

In de andere partijen werden geen kadootjes uitgereikt. Gerrit speelde een echte partij! Met zwart, en natuurlijk Philidor.  (Als die eens een Siciliaan zou spelen, zou ik mijn kamera uit mijn handen laten vallen van de schrik.) Na de 7e zet is wit door zijn theorie heen, en heeft zwart niet veel meer te vrezen. (Ja, zo blijft het bij Gerrit natuurlijk de Philidor, tot in eeuwigheid.)  Daarna gaat het vrijwel gelijk op. Soms heeft wit een heel klein beetje meer, en dan weer zwart. Maar echt adembenemend wordt dat niet.

Na 30 zetten waardeert Komodo de stelling als 0.00! Ja, meer gelijk kan niet.

gerrtit1  Gerrit1

Maar toch. Ik maakte me wat zorgen. Gaat die pion op b4 eraf? Die toren op e7 staat er wat onbeholpen bij. Hoe kun je die activeren? Maar Gerrit had het al lang zien aankomen.

Gerrit: “Van belang is mijn keuze na 26. Dxe4 terug te nemen met fxe4. Mijn keuze was ingegeven door de idee dat ik anders weinig meer kon doen tegen het ophalen van mijn b4- pion.” (ES: Die witte toren stond bij zet 26 nog op f3. Dus knap gezien! ) ‘Wit maakte vervolgens een fout met 30. g3. Hierdoor kon ik 30. ..  e3+ spelen en kwam hij aan het veroveren van pion b4 niet meer toe.’  Komodo vindt 30. g3 geen fout. Een andere zet zou 30. Ke3 geweest zijn. Maar ook dan is het goed dat  dankzij 26. fxe4  nu e3 mogelijk is.  30. Ke3 Pg3  31. Txb4 (toch) Pf5+ 32. Kf2 Ph4  en het rekenbeest vindt dit in alle varianten ook remise! Ondanks die pion meer. Een mooie stelling om eens lekker op te kauwen. Tussen de marsepein en borstplaat door.  Vooral als je wel van eindspelletjes houdt.

Resteren de  twee formaliteitjes van vanavond.  Jos en Bert. Beiden kennelijk niet gebrand op een hevige langdurige strijd.

img_0682bweb  0682bWEB

Bert: ‘Hier mijn partij. Ik wilde wat anders proberen dan gewoonlijk. Dus ging ik voor g3 en Lg2.  Maar het bleef allemaal veel te tam om er echt iets van te kunnen maken. In plaats van 12. Lb2 had ik beter eerst 12. Pb3 kunnen doen (bleek vooral in de analyse omdat hij daar niet zo goed op gereageerd zou hebben). Maar ook dan was er niets aan de hand bij goed spel van de tegenstander.’ Neemt niet weg dat Komodo  na 23 zetten toch een klein voordeel voor wit signaleert. Met een bord vol stukken. Maar de heren besluiten tot remise en zitten een goed deel van de avond gezellig samen te analyseren.

img_0700bweb 0700bWEB

Hoe Jos het iedere keer weer voor elkaar krijgt om aan een hoog bord, en vaak met zwart, na een handvol zetten de tegenstander remise te laten accepteren, is mij een raadsel. Ik zie het nooit gebeuren, want het heeft altijd al plaatsgevonden als ik binnenkom. Bedreigt hij ze? “Als je dat niet accepteert ga ik allerlei afschuwelijke dingen over je aan sinterklaas vertellen? “ Koopt hij ze om? Of heeft hij nog van vroeger zo’n enge reputatie dat ze maar gauw ja zeggen. Zegt hun wedstrijdleider tegen ze: ‘Buiten staat zijn knokploeg van antipieten op je te wachten, dus geef hem zijn zin maar.‘  Of roert hij ze tot tranen met een verhaal over een zwaar ziek kind waar hij snel naartoe moet om het te troosten en te bemoedigen? Of over de op handen zijnde geboorte van zijn kind, nou ja dat gelooft niemand, van zijn kleinkind. Of zaait hij twijfel over zijn gezondheid?  Ik weet het niet. Ik herinner me dat ooit mijn tegenstander, de bekende betonmiljonair  Pagel van Koningsclub Bergen, me helemaal van mijn à propos bracht door zwaar te gaan zitten zuchten, met een gekweld gezicht  zijn voorhoofd te masseren, mij om een asperientje te vragen, en halverwege de avond remise voor te stellen. Wat ik accepteerde hoewel ik gewonnen stond. Waar ik dus mijn hele verdere leven spijt van heb gehad.

Wel weet ik dat het bij Jos meestal na een wilde gambietachtige opening gebeurt. Dit keer ook, maar het was toch weer wat anders dan anders. Niet Jos koos voor herrie in de tent, maar zijn tegenstander. Die koos voor de Orang Oetan – opening.  1. b4 !?!   Ook wel beschaafder de Sokolsky-opening  genoemd. Niet populair bij de betere schakers. Rob Bijpost vermoedde wrsch. wie hij tegenover zich zou krijgen en nam aan dat hij het met een traditionele opening  niet zou gaan redden. En koos voor een  verrassingswapen. Maar Jos was niet verrast. Die wist nog van vroeger wat je dan kunt doen, om snel het gif uit die opening te halen. Eigenlijk is alles wel goed  (1. d5, 1. e5 of 1. Pf6), maar je moet er dan wel wat van weten, want het kan scherp worden. Maar de keuze van Jos is doodlogisch en simpel te onthouden. Om die reden heb ik zijn variant ook zelf ooit uitgezocht,  om iets eenvoudigs te hebben om tegen Gerrit te spelen. Gerrit, notabene Gerrit, die experimenteerde een poosje met 1. b4.   

1. b4!?  c6  2. Lb2 Db6! (gelijk aanvallen dat gekke ding) 3. a3 a5  4. c4  axb4 

jos1  Jos1

5. c5  Dc7 (Dxc5?  axb4 met torenwinst!) 6. axb4 Txa1 7. Lxa1 b6  8. e3  La6

Tot zover alles theorie! Ik vermoed dat wit het verder niet meer wist en geen zin had om tegen een theorieboek verder te spelen. En Jos vond vanavond  toevallig dat het leuk was om heel vroeg weer naar huis terug te keren. (“Hé Jos, ben je nu al weer terug?” “Ja, ze vierden daar pakjesavond, en daar houd ik niet zo van!”) Remise na 8 zetten. Een record, zelfs voor Jos, dat in het grote boek van de zwarte bisschop zal worden bijgeschreven.

Voor ons derdewereld-clubje  niet erg. Tenslotte konden die halfjes een nog veel beschamender uitslag  een heel klein beetje voorkomen.

Maar desastreus werd  de uitslag wel.

img_0712bweb  0712bWEB

 

We wonnen er niet één! Omdat er heel veel kadootjes werden uitgedeeld.  Nou ja, voor de gezelligheid. Voor een keertje. Maar zo kon het natuurlijk zeker voor ons geen heerlijk avondje worden!

esweb ESWEB

Dit kiekje werd me opgestuurd door de webmaster van Aartswoud. Sta ik er ook eens op!

Toen ik wegging kon ik in de zaal die knechten horen lachen. ‘Wie slim speelt krijg lekkers, wie stom is de roe.’

Enigszins aangeslagen parkeerde ik wat onhandig uit, zag een klein paaltje niet, en reed mijn voorbumper een beetje aan gort. Maar een beetje schade kost tegenwoordig gelijk duizend euro.  Gelukkig ben ik allrisk verzekerd.

Of ik ook zo goed verzekerd ben tegen zulke nederlagen van ons schaakclubje, betwijfel ik. Als dat nog een keer gebeurt, kunnen ze zingen:  “Zou die goede vent wel komen, nu hij het weer zo lelijk vindt.”

Nee, vanavond scheen de maan niet door de bomen.

Eindcorrectie moet nog plaatsvinden

 

Bakkummer Bittertje

Nee, die combinatie bedenk ik ter plekke zelf. Al die plaatsen in Noord-Holland hebben tegenwoordig hun eigen onzinnige drankjes en hapjes: Ik ken een biertje Beemster Blond, een Beemster Kaasje,  (zelfs een Beemster Frietje bij Chris) en een Rijper Bittertje.

En die naam Bakkum is prachtig, en lijkt me zeer geschikt voor smakelijke combinaties als Bakkummer Bollen,  Bakkummer Bittertje (let op die prachtige alliteratie),  en voor Bakkummer Kermis, Bakkummer Oorlog. Dat laatste bestaat echt, maar geen idee wat het betekent. Het heeft iets met hun kermis te maken.

Natuurlijk, Bakkum is daarmee beroemd geworden!

En natuurlijk met zijn camping vol gevluchte Amsterdammers. En natuurlijk met zijn schaakclub. Eigenlijk net als wij een “derde wereld”-clubje. Balancerend op de rand van de afgrond qua ledental. Maar in leven gehouden door het enthousiasme van de velen van die enkelen.

(En de plaats Bakkum heeft – ontdekte ik onlangs –  één van de in NoordHolland zeer, zeer,  zeldzame mogelijkheden tot schaak op de middag, voor veteranen!)

Ze kwamen, de Bakkummers,  afgelopen maandagavond voor een smakelijk hapje en afzakkertje.

De week ervoor :  “Paul, weet je dat 31 oktober Marco en Jos niet kunnen, Marko veel te ver weg is, en Sven gedeserteerd. Hoe denk je een team bij elkaar te krijgen?”  “Oh, dat is geen probleem. Met zes man kunnen  we dat ook nog wel winnen!”
Dit gesprekje vervulde mij met zorg.

Ja, ik had gezien dat ons Elo-gemiddelde iets hoger lag, maar dat dan onze laatste borden, zonder Elo, daarbij niet meetellen. En ik zag in hun team een paar sterke topborden, en verder -qua Elo-  nergens echt zwakke spelers, waar onze onervaren jeugdspelers een kans tegen zouden hebben. En ik herinnerde me nog heel goed de zeperd van vorig jaar, tegen hekkensluiter Volendam2, denkelijk tengevolge van onze tomeloze arrogantie en zelfoverschatting.

Gelukkig was daar ineens weer, na weken afwezigheid, onze hoop op betere tijden…..   : Niels Kuijer !!!  Maar die had natuurlijk even geen wedstrijdritme meer. En dan moest Jeugdige Jasper (Let alweer op die prachtige alliteratie! Ja, mijn gevoel voor klank en rijm is onovertroffen!) maar weer proberen op het achtste bord zijn privé-recept te bereiden: avondje lang met een stuk minder de tegenstander toch een te hoge bloeddruk bezorgen.

Al gauw bleek mijn zorg niet geheel onterecht, en Paul’s optimisme wel geheel lichtvaardig. Nee, dit werd geen amuse, geen smakelijk tussengerechtje, geen eitje. Dit werd stevige kost.

Ron de Vink viel met zwart als gebruikelijk weer als uitgehongerd aan, met 2. ….  f5 tegen het Engels, maar ontdekte al snel dat Henk van der Eng (1833) niet van plan was zich zomaar de kaas van het brood te laten eten.

Foto's groter en beter: op klikken!

img_0654bweb

Ik had het idee dat Paul zijn tegenstander wat te veel aanmoedigde om het voordelige en toch altijd gezonde menu van de dag te kiezen: rechtstreeks  op de zwarte koning af.

Martin leek weinig te bereiken met zijn Engelse schotel. Maar we weten dat Martin het meestal pas halverwege de avond echt lekker gaat vinden.

Gerrit had zich sterk vergist in de keuze van zijn gerecht tegen het Schots gambiet en zich vervolgens behoorlijk verslikt. Het zag ernaar uit dat dit partijtje hem heel zwaar op de maag zou gaan liggen.

img_0661bweb

Frank speelde onlogisch 3. exd5 met vrijwillige bevrijding van het Franse zorgenkind op c8, en dat tegen nota bene zijn eigen lievelingsrecept, het Frans. 

Jasper serveerde natuurlijk ook deze tegenstander op het dienblad een kwaliteit, en vond later dat hij dat toch nog een beetje moest garneren, zodat het op een toren leek. Tenslotte is een heel stuk weggeven zijn favoriete gerecht.

Alleen het spel van de familie Kuijer stemde tot tevredenheid. Niels deed na zijn  onsmakelijke  – al jaren geleden door mij slecht gerecenseerde éénsterren-zet  (1. d4, d5 2. c4 Pf6????? ) weinig meer fout, had het geluk dat zijn tegenstander van die openingsmisser niet erg profiteerde, en had spoedig een gezond en calorierijk bordje voor zich, en

Bert  moest proberen het (door hemzelf ook vaak aan zijn gasten voorgeschotelde) Koningsfianchetto te verorberen. Hij koos daarvoor een Joegoslavische variant van de Pirc, sterk gekruid met een 6. f4 !? Ik had al gauw het gevoel dat dat voor hem een kwestie zou worden van flamberen en snel afblussen.

Wat ging dat worden? Hoezo zwakker? Hun 3e,4e,5e,7e en 8e bord hadden een hogere rating dan wij. En hun 6e bord een ongeveer gelijke rating. Dus alle hoop op bord 1 en 2 gevestigd.

Pas rond 22.00 uur kwam er wat meer tekening in de strijd.

Gerrit had zijn voorgerecht tot ieders verbazing toch nog redelijk geconsumeerd, zijn hoofdgerecht netjes weggewerkt en begon nu opgewekt aan zijn favoriete gang, het dessert: een eindspel, met een vleugje winstmogelijkheid. Voor iemand als Gerrit althans.

Ook Frank lijkt na zet 18  een lekker stoofschoteltje in de oven te hebben gezet. Iets met een geïsoleerde pion van zwart, en een halfopen torenlijn van wit. Een heerlijke combinatie. Zou dat toch nog wat worden? In ieder geval lijkt er niet veel meer echt mis te kunnen gaan. Die zal  altijd remise hebben!

Bij Paul komen er ineens pittige specerijen op tafel: Schlosser offert een stuk voor een gepeperde  aanval.  Maar Paul lijkt te weten hoe daar mee om te gaan. Gewoon pureren en daarna blancheren en tenslotte een beetje gratineren.  Maar toch …..  Hij oogt wel zeer zelfverzekerd en koel als een glas champagne, maar als ik later zijn notatieboekje nodig heb, blijkt zijn handschrift vanaf hier volslagen onleesbaar te worden. Van de zenuwen natuurlijk!

Ron kookt ‘au bain Marie’ een listige aanval voor.  Met een paar stukken, van een goed jaar. Het kan bepaald niet à la carte. Zijn tegenstander wordt een beetje in het defensief gedrongen. Wordt dit een grand cru, met zoete afdronk? Voorlopig valt nog niet te zien hoe dat dan verder moet.

Martin lijkt rond zet 17 een enigszins mislukte hap voor zich te hebben staan. Zal niet meevallen om daar nog een Bourgondisch feest van te maken.

Bij Niels gaat het ineens hard: Na diens ongelukkige 15e zet krijgt toch zijn tegenstander ineens de smaak te pakken en ondanks zijn ongelukkige achtergebleven e-pion dreigt hij er met zijn loperpaar een aanvalspecialiteitje ‘van de chef’ van te maken. Maar hij let even niet op, de boel brandt aan, en na zijn belabberde 20e zet is ineens zijn product onverteerbaar. Niels veert op, en met een serie kordate handelingen gaat het hele witte p(l)annetje in de afvalbak, en creëert onze  leerling-kok een eigen verrukkelijk dessert. Voor de afwisseling niet met een Dame blanche, maar met een Dame noire.

Jasper haalt bij lange na zijn vorige lastpak-niveau niet. Hij bakt het nu echt al te bruin. Bleijendaal bezorgt hem eigenlijk een koekje van eigen deeg. Jasper wordt met eenvoudige oud-hollandse receptuur domweg ingeblikt.

Maar Bert ….. ? Hij proefde al vroeg de smaak van de overwinning, maar toch viel het hem niet mee. Zijn tegenstander deed er alles aan om Bert’s smakelijke, fijnzinnige gerecht in een onsmakelijke vette hap om te zetten. Maar dat lukte toch uiteindelijk niet. Pas na 50 zetten en vlak voor sluitingstijd kon de rekening worden opgemaakt. Dus toch, wil je tegen Bert stand houden, moet je uit nog een ander vaatje tappen.

Toen pas was ook duidelijk dat wij toch het zoet van de overwinning mochten smaken.

Want Martin kon intussen dankzij een zwakke 17e zet van  Vermeulen ineens zijn smakeloze hap aan de hond voeren, en zelf weer trek krijgen. Maar aan het eind van de avond, na zet 28,  was hij toch zelf zo verzadigd dat hij met remise genoegen nam.

img_0656bweb

Het eindspel van Gerrit zag er wel hoopvol uit, maar zelfs onze eindspelfanaat kon  er toch geen chocola meer van maken. Ook remise. Frank kreeg aan het eind van de avond van zijn tegenstander nog een smakelijk digestiefje aangeboden, maar dat sloeg hij af. Ook hij was na een lange avond tafelen, geheel voldaan, met remise. Ron’s grand cru bleek toch een beetje naar de kurk te smaken. Hij had erg zijn best gedaan, een frisse melange van aanvalszetten op een bedje van degelijkheid op het bord getoverd, maar zijn tegenstander liet zich niet verleiden. Ook remise.

Maar Paul had intussen veel te veel lekkere hapjes van het bordje van Schlosser gejat, en die had dan ook geen trek meer. Gelukkig nog iemand die wint.

img_0665bweb

Toen we aan het eind van de avond de eindrekening opmaakten, bleken we tot onze verbazing toch met 5-3 gewonnen te hebben.

Maar de Bakkummer Bollebozen verdienen zeker Beemster Lof.  Zij zetten ons deze avond allerlei avontuurlijke gerechten voor. Waar heel wat aan te proeven en te smullen was. Het was zeker geen Beemster patatje met een Beemster bal.  En ook lieten ze ons het Bakkummer Bittertje poeven. Best een opwekkend drankje, maar toch wel met een klein beetje een nasmaak.  Het woord zegt het al.

Nog wat highlights:

Het geweigerde digestief bij Frank:

Na zet 18:

bakkumfrank1  BakkumFrank1

Komodo10 geeft hier 19. Tad1 met fors voordeel voor wit. Bijv. Lxg3  20. fxg3 Kg7 (paard op f6 staat in!)   21. Pxd5 Pxd5  22  Txd5  Frank schrokte te haastig en kreeg de hik : 19. Pxd5 Pxd5 20 Dxd5 en toen werd het al gauw remise.

Het bittere voorgerecht van Gerrit:

1 e4 e5  2. Pf3 Pc6 3. d4 exd4 4. Lc4 Le7? (theorie: 4 …  Pf6!  5 e5 d5! 6 Lb5 Pd7) 5. 0-0 d6  6. c3 (niet de beste, maar wel een leuk gambiet) Pe5 ?? (theorie: 6. …  Pf6 7 cxd4 Pxe4)  7 Pxe5  dxe5

  bakkumgerrit1  BakkumGerrit1

8. Dh5 is dodelijk! … g6  9. Dxe5  Pf6  10. Lh6 

Gespeeld werd  8. Db3 Ook eng! Maar minder dan Dh5  Le6 (de enige) 9. Lxe6 fxe6 (Ik zag deze stelling en gaf geen stuiver meer voor zwart! Wat een ellende!  Daar durf je niet verder naar te kijken!)  Maar wit durft niet op b7 te slaan en verknoeit zijn voordeel met 10 cxd4? exd4  11. Dxe6 (Dxb7) en na Dd6 doet zwart ineens weer mee.

Gerrit’s dessert:

 bakkumgerrit2 BakkumGerrit2

23.Kf2 zwart staat best een heel klein tikje beter, maar de winstkansen die Ron en ik tegen elkaar fluisterend (ssstttt!!!!) hier dachten te zien, bleken wel erg miniem, wat de gasten achter het bord gaan demonstreren  23…Td5! [Dat had ik ook gespeeld. Ze hadden het achteraf over 23…g5!? 24.Ke2 d3+ 25.Kd2 ( ‘een vrijpion is een crimineel en moet altijd en zo spoedig mogelijk geblokkeerd worden, liefst met een paard’  Nimzowitsch, 1926 maar met een koning mag natuurlijk ook) 25…Td4 26.Ke3 (26.Ta5 a6 27.Ta3 gxf4) 26…Tb4 en dit wordt ook remise]  24.Tfc1 Tfd8? [en nu wordt het wel erg remise] [laatste poginkje was geweest: 24…Txc5 25.Txc5 Tc8! dreigt b6] 25.Ke2 T5d7 remise [25…Txc5 26.Txc5 d3+ 27.Kd2 g5=]

Gerrit’s bloedeigen commentaar:  “Het gebrek aan theoretische kennis brak mij in het begin weer eens op. 6. …..Pe5 schijnt niet goed te zijn. Dat bleek. Ik kwam daardoor in ernstige moeilijkheden. Maar wit speelde 8 Db3. In de analyse achteraf bleek wit hier veel beter 8. Dh5 te kunnen spelen. Met 12. Dxd6 ruilde wit tot mijn grote opluchting de dames af. Volgens mij had wit hier met zijn dame nog wel  leukere dingen kunnen doen. Wit gaf na afloop aan bang te zijn geweest voor 23. ……g5. Heb daar wel naar gekeken maar zag er op dat moment geen voordeel in. Graag een analyse van jouw computer of dit voordeel voor zwart geeft.”  Zie daarvoor hierboven.

Jasper’s gegarneerde kwaliteit:

bakkumjasper1  JasperBakkum1

Jasper heeft met 11. Txb7? geslagen terwijl hij na het mindere 10.  … f6? Gewoon 11. e4 had moeten spelen of 11. c4 Nu werd met 11 …  Lb6! zijn toren ingesloten. Later verzeilt na wat omwegen de witte dame op a6, om Tb7 te dekken, maar dat maakt de zaak alleen maar erger na Lc8 en Pa5. Wat zijn tegenstander natuurlijk moeiteloos zag. Jasper had als een man (dat vergeten we wel eens, dat is hij toch al bijna!?) zijn fout moeten erkennen en met Tbxb6  axb6 gewoon de kwaliteit moeten geven. Maar hij liet de hele toren op b7 slaan. Wat gaat er nu toch in zo’n te weinig ervaren hoofd om?

Pittige specerijen bij Paul:

bakkumpaul1  BakkumPaul1

17.Tg3? (een moedig maar dubieus stukoffer,  beter gewoon 17 exd4!? =)  dxc3 18.Dh5 f5 19.bxc3 Kh8 20.Tg6 Tf7 21.g4 [21.a4] 21…Le4

bakkumpaul2  BakkumPaul2

En hier zal Schlosser wel hebben doorgekregen dat het biefstukje wel eens te taai zou kunnen blijken. Paul heeft niet eens de allerbeste zette zetten gedaan, maar dat was ook niet nodig! Hierna neemt Paul al of niet doodzenuwachtig het initiatief over, gaat zelf in de aanval en wit is, met een stuk minder, kansloos. Ik leg Paul’s eigen commentaar aan Komodo10 voor : “Weer een foutloze partij gespeeld, als gewoonlijk.” Komodo10 glimlacht vriendelijk “ Nou ja, foutloos ? OK,  voor een gewoon mens lijkt het er wel op!”

Vurrukkulluk nagerecht van Niels:

Met twee slechte zetten achter elkaar gunt wit in wat betere stelling aan Niels een stuk!

bakkumniels1  BakkumNiels1

21 …  d4! Mag niet geslagen worden want dan hangt ineens van alles  22.e4 dxc3 23.Txc3 Dd7 24.Td1 Pd4 25.Dd3

bakkumniels2  BakkumNiels2

25 …. Tad8! Slim 26.Tc4  ‘Zo win ik mijn stuk terug!’ Pe2+ ! ‘Mooi niet!’  27.Dxe2 Dxd1+ 28.Dxd1 Txd1+ opgegeven, want nu is wit een toren achter!

Ron’s frisse aanvals-mélange op bedje van degelijkheid

bakkumron1 BakkumRon1

Na 23 Dc1 Pg4 is dit de stelling  (Ik zag eerder ter plekke 22 … h5 gebeuren en dat leek me toen niet zo nuttig. Oprukken haalt weinig uit. Ik keek zelf naar Tf6 voor Th6, maar dat levert na Kh1 en Tg2 ook niet veel op.  Komodo vond ook h5 iets minder, had gelijk 22 … Pg4 gespeeld, en die h-pion maar laten staan. Maar geeft toch ook maar een klein voordeeltje.)

Nu loopt de aanval eenvoudig dood:

24.Tg2 Kf7? (24…h4!? wie h(a) zegt moet ook h(b) zeggen) 25.Kh1! Ph6 26.Dd1 Dg4 27.Pg1 Dxd1 28.Pxd1 en zonder dames is het snel remise!

Bert’s koekje van eigen deeg:

bakkumbert1 BakkumBert1

Na 12  e5! zag ik grote overeenkomsten met mijn geliefde koningsindische vierpionnenspel, waar Bert derhalve ook veel ervaring mee heeft. Aanschouw die hulpeloze zwarte loper. Aanschouw die slappe zwarte pionnetjes op de damevleugel. Zie met vreugde die mooie halfopen lijnen voor de zware  witte stukken. Geef mij maar wit! Flamberen en afblussen dus. Maar dat viel dus tegen. Zwart vecht met alles wat hij nog heeft verder!

Maar Bert maakt geen echte fouten, en de druk op de zwarte stelling blijft. Na zet 38, minder zware stukken, maar nog steeds die gammele pionnetjes en die belabberde zwarte loper, en nu ook een pion minder.

bakkumbert2  BakkumBert2

38 …   Pd4  en dit is de definitieve fout. (Eindelijk)   [38…Pa5 maar ook dat is niet voldoende]  39.Lxd4 cxd4 40.c5!  De witte koning stopt de zwarte vrijpion afdoende af, vooral omdat zwart geen zwarte stukken ter ondersteuning in de buurt kan krijgen. Maar de witte vrijpion, binnenkort ook ondersteund door een vrije b-pion, en met de belangeloze assistentie van de witte toren en loper, gaat het spel beslissen.

Oef!

Ideetje van Ron: ditmaal geen ‘man of the match’ maar een ‘family of the match’’de Kuijertjes.

 

img_0658bweb          img_0660bweb

 

(Eindcorrectie moet nog plaatsvinden.)

 

31-10-2016

Aris de Heer

 – 

Bakkum

5 – 3

1

 

Ron de Vink

 1883

 – 

 

Henk van der Eng

 1833

½-½

2

 

Bert Kuijer

 1830

 – 

 

Pim Hoff

 1772

1-0

3

 

Paul Verkooijen

 1741

 – 

 

Arno Schlosser

 1779

1-0

4

 

Martin Zwaneveld

 1682

 – 

 

Fons Vermeulen

 1716

½-½

5

 

Gerrit van Dok

 1652

 – 

 

Han Kemperink

 1673

½-½

6

 

Frank de Geus

 1655

 – 

 

Gren Noteboom

 1642

½-½

7

 

Niels Kuijer

 

 – 

 

Hans Mantjes

 1591

1-0

8

 

Jasper Ittmann

 

 – 

 

Jacob Bleijendaal

 1504

0-1

 

 

1740

 

 

1688

 

 

 

De Titaantjes van Oppositie Heiloo

Het misschien wel beroemdste boek uit de Nederlandse literatuur begint aldus : " Jongens waren we.. .. Maar aardige jongens. Al zeg ik het zelf."  Het boek heet 'Titaantjes' en is van Nescio. Leerlingen plaatsten het vaak op hun boekenlijst. Logisch. Het gaat herkenbaar over jonge mannen die heel anders willen leven dan hun ouders, het is in eenvoudige taal geschreven, is grappig, en bovenal …. het is niet dik! En alle docenten Nederlands hemelen het op.

Ik moest aan  die  beginzinnetjes denken aan het eind van een avondje 'Trefpunt Heiloo'.  Alwaar Aris de Heer moest optornen tegen Oppositie. Aan het begin van de avond was ik er niet gerust op. Die club heeft wel dertig leden! Wij moeten heel erg ons best doen om er 8 bij elkaar te vegen.

In de loop van de avond gebeurde er voorlopig  niet veel dat een afzien van mijn normale, altijd op de loer liggende, zwartgalligheid zou rechtvaardigen. Maar na half tien begonnen er voor ons ook leuke dingen te gebeuren. En aan het eind van de avond wist ik hoe ik die Heiloo-ers het best zou kunnen tekenen: 'Jongens waren het. Maar aardige jongens!'

Net als de Titaantjes hebben die mannen van Oppositie  weinig op  met het hedendaagse haastige materialisme. En evenzeer zeldzaam in deze egoïstische  tijd: ze hebben bijna een overdosis aan sociaal gevoel. Die willen duidelijk anders leven.  Misschien dankt die vereniging daar haar naam wel aan!

De ongelofelijke vanzelfsprekendheid  waarmee ze ons – ja eigenlijk tegenwoordig een beetje een derde wereld-clubje – hun gulle donaties toestopten.  Niets was ze te veel: Bert had het moeilijk tot hij een toren kado kreeg van Simon Smit, ook Martins tegenstander deed het niet voor minder, Cor v. Etten stelde zelfs zijn dame belangeloos beschikbaar, iets dergelijks ondervond ook Gerrit tegen Herman Limmen, Kees Jongkind had er alle begrip voor dat onze Jos vroeg naar bed moest en steunde hem hartelijk door het accepteren van remise na 12 zetten in een stelling waarin  het spel eigenlijk nog moest beginnen, en last but not least, Peter Folkertsma gaf een paard, maar nog mooier, gunde Ron de winst door af te zien van zijn bijna absolute zege op de klok, waarop  Ron nog slechts een ruim minuutje had. Ongelofelijk sportief. Ik ben al jaren een fan van deze intelligente, maar bescheiden nestor, volg stiekem op internet zijn verrichtingen  als hij alweer ergens in Nederland aan een toernooi meedoet. Niet gehinderd door leeftijd of tijdelijk teleurstellende resultaten. Maar na deze demonstratie van zijn sportiviteit van vanavond vrees ik zelfs een stalker van Folkertsma te gaan worden. Paul Vonk steunde ook ons noodlijdend clubje, zij het op iets discretere wijze, door Paul, die dreigde zijn aanval te gaan verknoeien, geduldig de weg te wijzen  naar de winst. De enige die niet echt aan inzamelen voor een goed doel wilde meewerken was Matthijs Műhren. Wat niet wegneemt dat die in zijn speelstijl tegen Jasper toch wel dat eigenwijze, eigenzinnige van de titaantjes demonstreerde. Toen ik Jasper na afloop aansprak met 'Zo wildebras!' reageerde Matthijs direct trots: 'Maar dat ben ik ook!' En terecht! Hij gaf dan wel niks echt weg, maar zijn zetten leken nauwelijks op die van de meeste, keurige, saaie, conventionele schuivers. Er viel veel te beleven op zijn bord.Maar daar hielp inderdaad Jasper ook heel erg aan mee. Inderdaad, gewoon twee kwajongens  die aan het 'keten' waren.

En zo vertrokken we opgelucht uit Heiloo. Met een mijns inziens belachelijk  geflatteerde overwinning op zak. En een prettige herinnering aan heel aardige mensen aldaar. Niemand maakte zich daar druk om de nederlaag, van zichzelf of van het team. Iedereen grinnikte er maar een beetje om. Nou ja, Simon Smit deed een beetje geblesseerd, maar zijn gebaren van boosheid en zelfkastijding  waren niet op zijn tegenstander gericht en hadden toch meer iets van een bewust komische act. 

( foto groter of beter? Klik erop)

img_0556bweb     IMG_0556bWEB

Jos was het eerste klaar. Hij moest met zwart optornen tegen een iets uitgestelde London: 1. d4 d5  2.Pf3 (het uitstel)  e6  3. Lf4 (alsnog) . Tot en met zet 8 komt het in mijn digitale boekwerkjes voor met positieve waardering, maar daarna ging Kees Jongkind op eigen benen verder. Zijn 9e, 10e , 11e , 12e zet waren echter geen van allen de sterkste en toen stond Jos gewoon ineens beter, althans volgens Ron en mijn digitale rekentuig.

josoppositie1  JosOppositie1

Komodo10 gaat nu verder met 12. .. cxd4  of 12. .. b5  of 12.  .. d6  met heel plezierige stelling voor zwart. (Dat paard op e5 zal spoedig moeten wijken, de loper op b7 is een juweel, de pion op f5 staat daar heel gezellig, en zwart heeft ook nog het loperpaar.) Maar Jos speelt hier 12. ..  Le4? Wat de mogelijkheid opent voor 13  Lxe4  Pxe4  14. d5! en als zwart slaat met exd5, wint wit na Dd3 die d5-pion of pion f5 weer terug, en is zwart enkele van zijn  voordelen kwijt geraakt.  Jos bood nu remise aan, na  12 zetten. Ik denk dat wit de nivellerende voortzetting nog niet zag, en nog steeds dacht dat hij slechter stond. Die accepteerde dus gretig. En Jos kon dus vroeg naar huis. ‘Morgen (vroeg) gezond weer op!’

Bert deed het rustig aan. Fianchetteerde als voor hem gebruikelijk met wit zijn koningsloper. Verder kreeg het ver weg iets van een klassiek damegambiet. Alles al eens eerder gespeeld  en in de databases te betrappen. Ook de volgende stelling:

bertoppositie1  BertOppositie1

Nu vond Bert het tijd voor een gewaagd grapje. ‘Ik ga echt b2 niet dekken. Die zwarte dame komt op b2 natuurlijk in de problemen! Hoe , dat zien we dan later wel.’ Hij herinnerde zich natuurlijk mijn eerdere citaten ‘toebietoe or not toebietoe, dets the kwestjun!’ (Hort)  en ‘Sla nooit op b2, ook niet als het goed is’ (van wie eigenlijk ?) Die gezegdes zou Simon Smit natuurlijk ook wel kennen! Bert speelt 13. e4.  Maar Smit bekijkt het lang en degelijk en ….  slaat wel!! 13. .. Dxb2!  En Komodo is het in dit geval met hem eens. Vanaf nu moet Bert bewijzen dat hij genoeg compensatie heeft. En  dat lukt eigenlijk niet echt. Tot zwart vriendelijk zijn medewerking verleent met een wat mindere 17e zet. Actief wit spel compenseert vervolgens die pion wel een beetje. Het gaat dus daarna min of meer gelijk op. Tot Bert met een wat mindere 27e zet ( 27.  Lg2-f1 ) even uit de koers raakt.

bertoppositie2    BertOppositie1

In deze explosieve situatie kan zwart zich 27.  .. Tab8  veroorloven. Met tegenspel. (bijv. via Tb1) Hij blijft dus een gezonde pion voor. Wit mag niet slaan op a5 wegens 28. .. Pf5! Een kwaliteit offeren op e6 is onvoldoende:  28.  Txe6  fxe6  29. Txg7 Kf8 30. Tg6 Pf5!! (daar is hij weer!)

Maar zwart verkijkt zich hier totaal!!  De blunder van de avond! In betere stelling.  27. .. Pc8?  Leuke paardvork! Maar er is niets tegen 28. Txa8 !! want zwart mag niet slaan op e7 wegens Ta8xd8+   Tjonge!

U ziet dat op het gezicht van de clubkampioen van Oppositie de verbijstering bij de post mortem nog niet geweken is. Ik heb mensen voor minder zien stoppen met schaken.

img_0572bweb  IMG_0572bWEB

Of was de blunder van de avond die van Cor v. Etten tegen Frank? Nee, toch niet.   Want Frank stond inmiddels beter. En u weet : “als goede zetten ontbreken komen de slechte van zelf.” (Tarrasch)

frankoppositie1  FrankOppositie1

29 .. g6 ?????

Maar voor het zover was moest Frank door de hel. Eigen schuld: een opening spelen waarvan je de theorie niet erg kent.

1 e4 e5 2 Pf3 Pc6 3. Lc4 Pf6 4. Pc3? (d3!?) Pxe4  ( mogelijk, wegens 5 … d5 )

frankoppositie2  FrankOppositie2

5. Lxf7 Dapper, maar niet goed. In recordtijd worden de zwarte stukken ontwikkeld. En voor wit blijft het daarmee tobben. Wanneer kan wit eindelijk rocheren?  Nee, v. Etten weet duidelijk waar hij mee bezig is;

frankoppositie3  FrankOppositie3

Maar nu beginnen er ook scheurtjes in de zwarte opzet op te treden. 12. .. d4 blijkt niet het sterkste plan (beter bijv. 12. .. Dd6 en Tad8 of ….  Dh4 (13.  exd5  Tad8  14. c4  Dxc4) . Nu komt een korte witte rochade weer in zicht! Als wit die d-pion kan afstoppen met een stuk op d3, blijft hij zijn eigen pion die vervelende loper op c5 barricaderen. En zo geschiedt. Frank speelt daarna sterk. Doet nergens rare dingen meer. Zijn stukken gaan geleidelijkaan steeds sterkere velden bezetten. Krijgen aanvalsmogelijkheden.

frankoppositie4  FrankOppositie4

28  ..  Txd3  (zal wel moeten) 29 Txd3 (Hij houdt die dame liever nog even op g7 gericht!)  g6????  Want die zwarte  dame wil ook wel eens een ommetje kunnen maken en niet aldoor aan de dekking van g7 vast zitten.  30. Ph6 met damewinst. Al met al toch nog een hele prestatie van Frank.

img_0558bweb  IMG_0558bWEB

Paul speelde met wit zijn Schotse opening niet supersterk. Miste een sterke 7e zet (e5!). Maar kreeg na een mindere 12e zet van Paul Vonk toch de touwtjes in handen. Met geduldig manoevreren bereikte hij bij zet 17 zelfs een prachtige aanvalsstelling, wat resulteerde in het volgende lekkers:

pauloppositie1 PaulOppositie1

19. Kh1 ?

Dialoogje tussen twee heren: Uw wepmeester: “Waarom speelde je geen 19 f6 !! ? Dan kan je na Lx6 met je toren slaan op f6. ” Paul: “Neeeeee, hij heeft toch een tussenschaakjeop c5!”   Uw wepmeester ”Nou en? Dan is die loper na Kh1 nog machtelozer in de verdediging. De witte dame omgroeperen en op weg naar mat!” Paul: “Nou nee hoor. En ik dacht. Die dreiging blijft er toch wel in.”

Nee dus! Na 19 Kh1 is zwart nog net op tijd met 19 .. Lf6! En eigenlijk heeft wit dan niet veel meer.

Nu ik dit schrijf geeft Komodo mij groot gelijk:  19. f6! Lc5+ 20 Kh1 g6 21. Dg5 Tfd8 (die toren moet daar weg om de loper met Lf8 ter verdediging te laten assisteren  22 h4! En de witte aanval dendert voort!     Maar goed. Zo ging het dus niet. Paul rommelt nog wat:  dan maar gelijk 20 h4? En na Tad8 of Tfd8 vindt Komodo notabene dat zwart iets beter staat. Maar zwart speelt 20 ..  Dd8? Na Tfd1!  met stukwinst kunnen nu de stukken wel in de doos! 21.  h5? 

pauloppositie2   PaulOppositie2

Zwart kan nu 21. .. De7 spelen. Na 22. h6 Tfd8 23 hxg7 

Le8 komt wit niet verder. Een leuk voorbeeld van de eigenaardige omstandigheid dat een aangevallen koning soms ook achter een vijandelijke pion kan schuilen!

Gelukkig gaat nu zwart de mist in.  21. .. Lg5?? Na eenvoudig 22. Txd7 Dxd7 (dekking van Lg5 weg)  23. Dxg5 Dd8 gaf zwart op zonder 24. f6 met mat of dameverlies af te wachten.  Dat bedoelde ik dus toen ik vermeldde dat Paul V. de vastgelopen aanval van zijn naamgenoot heel discreet weer op weg hielp. Ook hij reuze sociaal dus.

Martin speelde een gave partij.  Ron schreef me: “Ik denk verder dat je Martin als man of de match mag bestempelen. Hij heeft volgens mij heel goed gespeeld (ik zat ernaast) en zag met bewondering hoe hij zijn tegenstander in de Leningrader van het Hollands overspeelde.”

Ikzelf weet nu dat ik -als ik ooit nog eens zou schaken- tegen Martin geen Leningrader meer zou spelen. Zijn opzet met heel snel b4 lijkt gewaagd  (steeds je dametoren in de gaten houden wegens die sluipmoordenaar op g7!) , maar is heel logisch (tegen f5 en het zwarte fianchetto: aanvallen op de damevleugel, net als in het KoningsIndisch) en lastig voor zwart.

martinoppositie1  MartinOppositie1

Bedachtzame mensen zouden hier –safety first- eerst maar even 10. Lb2 spelen, maar Martin houdt van snelle actie. 10.  b5! Hij trekt zich hierna terecht niets aan van wat lichte dreiging op de koningsvleugel. Dat is geen storm maar een onschuldig briesje. Wits stukken staan al gauw veel beter.

martinoppositie2 MartinOppositie2

Zwarts laatste zet 21. .. Tc8? maakte alles alleen maar erger. Hier kan wit met het voor de hand liggende Pxf5, gevolgd door Lf3! materiaal winnen en de zwarte koningsstelling ruïneren. Hij speelt echter 22. c5? Maar wit staat zo overheersend  (die akelige loper op d6 en die akelige vrijpion op e5 en die akelige zwakte op c6) dat  dat niet heel veel uitmaakt.  En na 22. .. Le6? (Pe6!? maar veel helpt het niet) 23. Da6!! wordt de situatie toch weer desastreus voor André van der Ark. Spoedig materiaalverlies wordt onvermijdelijk. Bij zet 27  gebeurt dat en het betreft een toren. Ik denk dat zwart hier niet in de gaten had dat hij een  toren achter stond. Zoiets geef je anders toch op! Martin en ik wisselden stiekem blikken van ongeloof. Of wilde zwart zo graag vissen in troebel water? Maar voor Martin was er niks troebels aan. Die zag het gewoon allemaal helder.  Gewoon in hoog tempo secuur uitschuiven. Pas bij zet 36 gaf wit op.

Folkertsma hield lang stand tegen Ron. Die voor de afwisseling eens een m.i. heel ouderwetse Benoni speelde, en van zijn geliefde  “wodka”-gabiet (Bert) afzag.  1. d4 Pf6 2. c4 c5 3. d5  e5!?  En dat dan zonder fianchetto. Wit sloeg en passant naar e6, wat me niet de sterkste lijkt. Na de 5e zet zijn beide heren uit de theorie, maar zwart is wel het zwarte openingsnadeel al kwijt. Er volgt een stabiel partijtje. Waarin zwart heel langzaam een beetje voordeel verwerft. Dat ook weer even prijsgeeft. Maar dan knap terug verovert.

ronoppositie1  RonOppositie1   

30  … Db6! 31. Dc2?  Peter F. zette zelf direct al een vraagteken achter deze zet in zijn notatieboekje. “Ik dacht dat c4 niet zou kunnen  omdat dan Txd4 zou volgen, maar zag daarna pas dat Db6 ook d4 blijft dekken.”  Tot zijn troost mag opgemerkt dat de opmars c4 toch niet goed is tegen te houden, ook niet met b3, wat we ten onrechte na afloop opperden.  Ron: “De stelling met mijn 3 fraaie pionnen op rij is wel leuk om af te drukken in het verslag, wat een mooie stelling was dat.”  Wit staat zichtbaar onder druk, enige paniek en verwarring volgt. Hij overtreedt de schaakwetten derhalve bij zet  33 Dc3, nog zonder bekeuring,  maar als met veel tegenwoordigheid van geest ontsnapping misschien nog net mogelijk is, volgt zet 37. Pe4? , met echt aanhouding en voorgeleiding.

ronoppositie2   RonOppositie2 

Dat geeft het stuk op d4 weg.  P4f3 was nog heel speelbaar, beweert Komodo.  (Gek genoeg. Ik zou hier ook heel zenuwachtig van geworden zijn.)  Met een stuk meer zou het voor Ron een eitje moeten zijn. Ware het niet dat ……   u raadt het al ………  hij in hevige tijdnood zat. Maar Folkertsma is zo sportief om op te geven als Ron nog maar 1,24 minuten op de klok heeft. Pas daarna  kregen ze door dat de 10 seconden-bonus waarmee een zet wordt beloond op de klok niet stond ingesteld. Mede daardoor was Ron extra in tijdsproblemen geraakt. Toch een mooi partijtje, van beiden !

Analyse van de kwajongensstoeipartij van Jasper en Matthijs Mühren laat veel fouten zien. 1 e4 e5 2. d4  En gelijk weet Jasper het nu al niet meer . Een Noords, of Deens gambiet. Na de rare en slechte zet 2. .. Ld6 (staat de d-pion in de weg, Komodo10 crasht bijna van verbazing)  maakt Matthijs er een soort Göring-gambiet van, een variant van het Schots gambiet. En dat is heel goed gezien, want een sterk antwoord is daar d5, en dat kan nu niet. (En Jasper, gambieten moet je (bijna) altijd aannemen. Hoe vaak moet ik dat nog schrijven wildebras!) Wit houdt een pion minder maar heeft  een lastige voorsprong in ontwikkeling. Maar die speelt ook niet altijd even secuur en na de 14e zet is er voor zwart niet veel meer aan de hand. Krijgt die drommelse junior van ons toch weer een beetje gelijk. Zal hij nog eigenwijzer van worden, vrees ik. En dan gaat hij over tot wat hij het liefste doet: aanvalluuuh! Maar wel een tikkie onbesuisd. Als vaak. Ach ja, je bent jong, en je wilt wat. Maar daar wordt Matthijs voorlopig niet nerveus van.

jasperoppositie1  JasperOppositie1

Dat wordt hij wel na 17 ..  h4 ??  Welja, een stukoffer. Dat wit gemakkelijk kan aannemen:  18.  fxe5 hxg3 19  Pf4!! gxh2+ 20 Kh1 en het zwarte tegenoffensief loopt dood. Maar ik moet toegeven, om dat allemaal uit te rekenen, dat is misschien wat teveel gevraagd.  Het is niet de eerste keer dat ik denk (in navolging van Jos) : “die drommelse junior,  enig gevoel voor een stelling is hem toch niet vreemd.” Alweer jaagt Jasper – als in vorige weken, en weer op zeer aanvechtbare wijze-  toch zijn tegenstander in de gordijnen! Matthijs houdt het simpel: 18.  Te3 en staat nog steeds beter, maar minder overtuigend. Het stuk op e5 wint hij dan toch , maar wel à raison van een eigen stuk, en een pion. Maar dan, na een onnauwkeurige 21e zet van zwart, gaat die kwetsbare positie van de ongerocheerde zwarte koning de overmoedige eigenaar ervan toch parten spelen!

jasperoppositie2  jasperoppositie2

22.  exd6 (Pxc7!) Df5?? ( met c5 had zwart het nog een poos kunnen volhouden) 23. dxc7+  en Konmodo voorspelt mat in 8 of 9. Dat hoef je niet vantevoren allemaal uit te rekenen. Al die open lijnen voor werkelijk alle witte stukken,  maken dat je de weg vanzelf vindt. En dat lukt ook die andere wildebras, Matthijs :

23 ..  Ke8 24. Te3+

jasperoppositie3  jasperOppositie3

Kf8  25. Db4+  Kg8  26. Pe7+  Kh7  27 Dh4+  en mat in 1.

Daar moet je als jonge witspeler toch een enorme kick van krijgen!  “Dat heb ik hem toch maar mooi geflikt. Mij wacht een grote toekomst!”

En Jasper ? Ach, u weet, die blijft lachen  en het positieve van de wereld zien .  “Kijk Eddy, ik stond aan het eind niet eens een stuk achter zoals anders!”

En Eddy?   “Toch leuk allemaal!  Wat te weinig zelfbeheersing, maar wel gevoel voor  spanning en avontuur. Misschien wordt het toch nog wat, als we wat geduld hebben.”

Martin man of the match? En Gerrit dan? Ik heb het lekkerste voor het laatst bewaard. OK.  Gerrit deed het in het begin niet geweldig. Hij speelde de best speelbare en voor zijn doen niet al te saaie Tarrasch-variant in het klassiek damegambiet, maar kreeg langzamerhand toch moeilijkheden.  Gerrit: “Mijn 11e zet De5 was niet goed. Had de eenvoudige verdediging  12. Pf3 over het hoofd gezien. Had het gevoel dat ik na 17. b3 helemaal niet goed stond. Veel te veel in de verdrukking. Vraag me af of wit hier niet meer had kunnen bereiken met een volle aanval op de koningsvleugel.”  Misschien. Maar het is duidelijk dat Herman Limmen  (Ik ken hem, net als Folkertsma, dankzij toch best wel leuke ervaringen op het schaakbord in een ver verleden) na 21…… Dxb5 nog geen winnende, maar wel een prettige stelling heeft:

gerritoppositie1  GerritOppositie1

Maar dan gaat er iets fout: 22. Td8?  Ik had een computerprogramma nodig om vast te stellen dat dit niet de sterkste is ( 22. Pc5!) . Ik had zelf Td8 ook best leuk gevonden. En waarschijnlijk precies dezelfde denkfout gemaakt.  22. .. Lb7 (La6 kan ook) 23. Txe8 ??  (met de gedachte 23. ..  Taxe8 Pd6! Met tegenaanval op Dame en Toren) . Maar Gerrit had gezien:23.  Dxe8. Shit, dat plannetje gaat dan niet door. Nu staat Gerrit ineens een kwaliteit voor. En hij gaat er met zorg en geduld mee om. En dat leidt tot de volgende stelling bij zet 27:

gerritoppositie2  gerritOppostie2 

Wits laatste zet was 27. Tf1-c1! Logisch toch. Had ik ook gedaan! En dan komt Gerrit met een superhypermega- antwoord. Bijna geen menselijk antwoord. Wie dacht dat Gerrit eigenlijk meestal te lui is om iets echt uit te rekenen, die moet nu beschaamd voor zich kijken! U raadt het niet!!

28. ..  Tf8-b8!!!!!! Limmen zat hierna eerst ongelovig en later verbijsterd een kwartier naar het bord te kijken. Een  s c h i t t e r e n d e zet!! De zet van de avond. Wat zeg ik: de zet van de maand! Zoiets vurrukkuluks  heb ik in tijden niet gezien! Omdat de dame nergens de Toren op c1 kan blijven dekken  (29.Da1  Ld3! en de situatie blijft onveranderd. 29. Dc2 Dxc2 en wit mag niet terugslaan wegens mat op b1!). Maar wit kan toch leuk een schaakje geven, kan nooit kwaad. Zijn dame staat toch ook in?  29. Dxb8 Txb8 en nee , als we de dame slaan gaan we ook mat op b1!  En vernuftig 29. Pb7 (kost een paard maar ja) Txb7  30. Da1Dxc1 31. Dxc1 Tab8 en de dreiging Tb1 zorgt voor dameverlies of mat!

img_0568bweb IMG0568bWEB

Gerrit kijkt er zelf ook van op                      

Conclusie: Martin was de  “man of the match”. En Gerrit de winnaar van 'de mooiste zet van de maand'-trofee.  Ik zou graag Gerrit hiervoor een gouden medaille geven , maar ja we kunnen niet aan de gang blijven. Hij kreeg er een maand geleden al twee.

De echte Titanen waren reuzen, in de Griekse mythologie. In onze taal werden het 'reusachtige, sterke, onverslaanbare figuren" Ze vochten wat af. Dat werd dan een 'titanenstrijd'

De Titaantjes waren Bavink, Koekebakker, Japie (o.a.) van Nescio. Dat waren 'aardige' jongens, die het leven eens anders wilden, niet die haast en die jacht op materiële geneugten.

Het werd me de volgende dag ineens duidelijk:

De mannen van Oppositie, die speelden deze maandagavond voor Titaantjes.

Die zeven mannen en die ene jongen van Aris de Heer speelden deze maandagavond de rol van de Titanen.

Toch wel een leuke rolverdeling. En voor ons best een leuke première.

 

 

Eindcorrectie moet nog plaatsvinden.